Missie
Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening die tot doel heeft eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. De openbare centra voor maatschappelijk welzijn (OCMW's) hebben als opdracht deze dienstverlening te verzekeren volgens de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Elke persoon heeft recht op maatschappelijke integratie. De OCMW's hebben tot opdracht dit recht te verzekeren volgens de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.
Visie
Het OCMW Gavere vertaalt de wettelijke opdracht in haar aanpak, in de lijn met de Vlaamse beleidsprioriteiten 2026-2031 in het kader van het lokaal sociaal beleid. De focus ligt op geïntegreerde zorg en ondersteuning en toegankelijke hulp- en dienstverlening met aandacht voor onderbescherming.
Doelstelling
De kosten van essentiële levensbehoeften zoals huisvesting, energie, voeding en gezondheidszorg blijven toenemen. Basisuitkeringen en minimumlonen groeien trager, waardoor mensen moeite hebben om rond te komen. Voor veel mensen zijn basisuitkeringen of lage inkomens net voldoende om in dagelijkse basisbehoeften te voorzien, waarbij een onverwachte uitgave – zoals een kapotte koelkast, medische kosten of een huurwaarborg – kan leiden tot financiële instabiliteit.
Het OCMW streeft ernaar zowel curatief als preventief op te treden om financiële en sociale problemen bij inwoners aan te pakken. Om die menselijke waardigheid te garanderen kunnen OCMW’s verschillende soorten steun aanbieden waaronder sociale, medische en financiële steun. Als lokaal bestuur beschikken wij over een grote beleidsvrijheid om ons sociaal beleid vorm te geven. Deze vrijheid laat ons toe om steun te koppelen aan inspanningsverbintenissen en zo inwoners te stimuleren stappen te zetten naar meer zelfredzaamheid. Dit creëert een wederkerige relatie waarin mensen worden ondersteund én gestimuleerd om actief bij te dragen aan hun situatie.
Kleine gerichte steuninterventies kunnen hier een aanzienlijk verschil maken en een grote maatschappelijke meerwaarde opleveren. Een beperkte financiële tussenkomst kan immers vermijden dat inwoners hun woning verliezen, hun werk niet kunnen behouden of geconfronteerd worden met een zware mentale belasting. Aanvullende steun creëert ademruimte en opent kansen, zoals de mogelijkheid om een kind naar de opvang te brengen, dringende medische kosten te betalen of een huurwaarborg te voldoen en zo woonzekerheid te garanderen. Een relatief kleine financiële steun kan met andere woorden een groter probleem verhelpen, vaak met een veel hogere maatschappelijke kost.
Aanvullende financiële steunverlening beschouwen wij als een strikt residuaire maatregel. Steun wordt pas geboden na uitputting van alle mogelijke rechten en na optimalisatie van inkomsten en uitgaven. Dit garandeert dat de hulp gericht is op de meest dringende situaties en dat er efficiënt met middelen wordt omgegaan. Aanvullende financiële steunverlening door het OCMW is aldus niet alleen een kwestie van solidariteit, maar ook van efficiëntie en verantwoordelijkheid. Door een evenwichtige combinatie van curatieve en preventieve maatregelen ondersteunen we onze inwoners op een duurzame manier en verhogen we de maatschappelijke meerwaarde.
Handelingskader
Tussen oktober 2021 en maart 2023 voerde Audit Vlaanderen de thema-audit niet-terugvorderbare steun uit bij lokale besturen. Audit Vlaanderen bundelde de belangrijkste bevindingen, die relevant zijn voor alle lokale besturen, in een globaal rapport. Door de aanbevelingen te toetsen aan de werking in eigen bestuur bouwt het bestuur aan een handelingskader voor maatschappelijk werkers en mandatarissen.
Het OCMW beschikt over verschillende, verouderde reglementen die niet meer beantwoorden aan de complexe noden van vandaag. Daarnaast hanteert het OCMW een aantal interne afsprakenkaders bv. inzake huurwaarborgen of therapiekosten. Het is wenselijk om zowel formele als informele kaders te herdenken cfr. huidige maatschappelijk uitdagingen zodat ze de juiste doelgroepen bereiken én te integreren tot één overzichtelijk geheel.
Er wordt voorgesteld om een algemeen geïntegreerd reglement voor aanvullende financiële steunverlening in gebruik te nemen.
De volgende reglementen worden per OCMW-raadsbesluit van 17 november 2025 uit gebruik genomen:
De volgende reglementen worden afzonderlijk herzien gelet op de federale subsidiëring:
De volgende reglementen vallen buiten de scope van aanvullende financiële steunverlening wegens specifieke thematiek:
Budgettaire impact
Er wordt geen substantiële budgetimpact verwacht door de hervorming van de reglementen an sich, aangezien de principes op heden al informeel worden toegepast. Het uitgavenbudget wordt wel sterk beïnvloed door maatschappelijke ontwikkelingen extern aan het lokaal bestuur (denk bv. aan energiecrisis), wordt nauwgezet gemonitord en kan bijgestuurd worden bij elke meerjarenplanaanpassing.
|
|
Doel |
| Art. 1: |
Dit reglement beoogt kansen op menswaardig leven te verhogen door toekenning van een aanvullende financiële steunverlening bij ontoereikende bestaansmiddelen, met aandacht voor een uniforme én individuele benadering, waarbij rechten systematisch onderzocht en benut worden. |
| Art. 2: |
De aanvullende financiële steunverlening is geen onvoorwaardelijke toelage en kan slechts toegepast worden bij hoogstnoodzakelijke basisuitgaven en in situaties waar geen andere perspectieven zijn, zoals het uitputten van sociale rechten en optimaliseren van inkomsten en uitgaven. Hiermee wordt het subsidiair karakter van de aanvullende financiële steunverlening onderstreept. |
|
|
Toepassingsgebied |
| Art. 3: |
Bevoegdheid De territoriale bevoegdheid van de OCMW's, zoals geregeld door de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, is van toepassing. |
| Art. 4: |
Behoeftigheid Om te bepalen of de cliënt in staat is een menswaardig leven te leiden, worden binnen het OCMW referentiekaders gehanteerd:
|
| Art. 5: |
Begunstigden De volgende personen komen als begunstigde voor de toepassing van onderhavig reglement in aanmerking:
Personen die verblijven in het lokaal opvanginitiatief (LOI) en materiële steun ontvangen komen niet als begunstigde voor de toepassing van onderhavig reglement in aanmerking.
|
|
|
Toekenningsmodaliteiten |
| Art. 6: | Indien de toepassing van de REMI-tool leidt tot een negatief resultaat, dat wil zeggen dat de maandelijkse inkomsten lager zijn dan het overeenstemmend referentiebudget, dan gaat de maatschappelijk werker de volgende elementen onderzoeken:
Het onderzoek moet blijken uit een sociaal verslag waarin een toekenning of weigering van een tussenkomst wordt voorgesteld. |
| Art. 7: | Het OCMW kan aan de begunstigde een eenmalige financiële tussenkomst verlenen om een dringende, hoogstnoodzakelijke basisuitgave op verschillende levensdomeinen zoals gezondheid, mobiliteit, huisvesting, onderwijs, ... mogelijk te maken. De toegekende eenmalige tussenkomst kan nooit hoger zijn dan de openstaande factuur. Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn kan aan de begunstigde een periodieke financiële tussenkomst verlenen ten bedrage van het berekende recht op aanvullende maximale steun volgens REMI-tool met een maximum van 75 euro per maand, verhoogd met 25 euro per kind, met een totaal maximum van 175 euro (= 1 week leefgeld) per maand. |
| Art. 8: | Een periodieke toekenning kan maximaal 6 maanden lopen. Deze periode kan telkens maximaal met eenzelfde periode verlengd worden na evaluatie en op basis van gegronde argumenten. Hierbij is belangrijk dat, indien bepaalde stappen werden afgesproken in de ruime zin, wordt nagegaan of de cliënt zich hiervoor effectief heeft geëngageerd. Dit moet dan ook weergegeven worden in het sociaal verslag dat wordt opgemaakt voor een eventuele verlenging van de steun. |
|
|
Algemene begeleidingsvoorwaarden |
| Art. 9: |
Voor elke vorm van aanvullende steuntoekenning geldt dat de betrokkene actief meewerkt aan het verbeteren van zijn of haar situatie, door alle rechten uit te putten om het inkomen te verhogen, acties te ondernemen om de leefkosten te verlagen, deel te nemen aan een activeringstraject indien mogelijk, begeleiding te aanvaarden bij het beperken van vaste kosten, zich in te schrijven voor sociale huisvesting zonder beperkende voorwaarden, periodiek financiële inzage te geven en een spaarrekening te openen waarop maandelijks middelen voor toekomstige noden worden gereserveerd, met verantwoording indien dit spaargeld wordt aangesproken.
Deze begeleidingsvoorwaarden gelden voor elk meerderjarig gezinslid. |
| Terugvorderbaarheid | |
| Art. 10: | De aanvullende financiële steunverlening is in regel terugvorderbaar. In bepaalde gevallen kan het OCMW afzien van de terugvordering van de betrokkene:
In bepaalde gevallen kan het OCMW overgaan tot een terugvordering van de betrokkene:
|
|
|
Sancties |
| Art. 11: |
Het niet nakomen van deze voorwaarden wordt voorgelegd aan het bijzonder comité voor de sociale dienst en kan aanleiding geven tot stopzetting. De toekenning van de aanvullende financiële steunverlening wordt beëindigd indien er:
Met het oog op een eventuele herziening moet de betrokkene onmiddellijk aangifte doen van elk nieuw gegeven dat een weerslag kan hebben op het hem toegekende bedrag of op zijn situatie als rechthebbende. Met hetzelfde oogmerk controleert het OCMW geregeld, en minstens om de 6 maanden of de toekenningsvoorwaarden vervuld blijven. De beslissing van de herziening heeft uitwerking op de eerste dag van de maand waarin de reden is ontstaan die aanleiding heeft gegeven tot de herziening. |
|
|
Slotbepalingen |
| Art. 12: | Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2026. |
| Art. 13: | Onderhavige beslissing wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285, 286 §1 1 en 287 van het decreet lokaal bestuur. De toezichthoudende overheid wordt in kennis gesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur. |
| Art. 14: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan:
|