Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
Het OCMW beschikt over diverse financiële instrumenten om energiearmoede aan te pakken, waaronder de toeleiding naar het sociaal tarief voor gas en elektriciteit, de lokale en federale verwarmingstoelage of een financiële tussenkomst uit het gas- en elektriciteitsfonds (federale toelage).
Het laatste vindt zijn oorsprong in de wet van 4 september 2002 die 2 doelstellingen bevat inzake de begeleiding en financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering:
De wijzigingen van het reglement hebben betrekking op: de verhoging van het maximale bedrag per begunstigde van € 500 naar € 600.
|
|
Begunstigden en toepassingsgebied |
| Art. 1: |
De volgende personen komen als begunstigde voor de toepassing van onderhavig reglement in aanmerking:
|
|
|
Tussenkomsten |
| Art. 2: |
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn verleent aan de begunstigden die niet over een actieve budgetmeter beschikken een financiële tussenkomst voor de betaling van onbetaalde gas- en/of elektriciteitsfacturen. Deze tussenkomst is beperkt tot het bedrag van de factuur met een maximum van € 600. |
| Art. 3: |
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn verleent aan de begunstigden die over een actieve budgetmeter beschikken een financiële tussenkomst van maximaal € 50 per maand voor de oplading van de budgetmeter elektriciteit en/of aardgas op voorwaarde dat de begunstigde zelf voor minstens € 50 per maand aan opladingen verricht. Indien de begunstigde minder dan € 50 per maand oplaadt, komt het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn voor die betrokken maand maximaal tussen voor hetzelfde bedrag. |
| Art. 4: |
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn verleent aan de begunstigden een tussenkomst in preventieve acties met een maximum van € 600 per huishouden, wanneer uit het sociaal onderzoek blijkt dat de uitgave op lange termijn zinvol is. |
| Art. 5: |
De tussenkomsten vermeld in artikel 2, 3 en 4 zijn cumuleerbaar indien de totale tussenkomst per huishouden een totaal van € 600 niet overschrijdt. |
|
|
Voorwaarden |
| Art. 6: |
Het verlenen van de tussenkomsten vermeld in artikel 2, 3 en 4 geldt onder de voorwaarde dat de begunstigde in zijn woning een energiescan laat uitvoeren indien uit het sociaal onderzoek blijkt dat een energiescan nuttig zou zijn. Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn neemt de eventuele kosten hiervan ten laste. |
|
|
Slotbepalingen |
| Art. 7: |
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2026 en blijft van kracht zo lang de federale overheid de steunmaatregel financieel ondersteunt. |
| Art. 8: | Onderhavig reglement vervangt met ingang van dezelfde datum het OCMW-raadsbesluit van 21 februari 2022 houdende verlenen van tussenkomsten in het kader van het gas- en elektriciteitsfonds - vaststellen reglement (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015). |
| Art. 9: |
Onderhavige beslissing wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285, 286 §1 1 en 287 van het decreet lokaal bestuur. De toezichthoudende overheid wordt in kennis gesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur. |
| Art. 10: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan:
|