De activiteiten van nachtwinkels verschillen fundamenteel van deze van de gewone kleinhandel: de openingsuren situeren zich grotendeels tijdens de nachtrust van de meeste omwonenden, ook wordt een enigszins ander publiek aangetrokken. Dergelijke situatie kan leiden tot grotere inspanningen vanwege de gemeente wat betreft de inzet van de lokale politie voor de handhaving van de openbare rust en de verkeersveiligheid en de inzet van de gemeentediensten die instaan voor de openbare reinheid.
Lokale besturen kunnen een belasting inzetten om een zeker gedrag of een zekere situatie aan te moedigen of te ontmoedigen. Onder andere het opgelegde tarief kan daartoe bijdragen. Het tarief dat bijvoorbeeld aan nachtwinkels opgelegd wordt, mag echter niet in die mate disproportioneel zijn dat de belasting een prohibitief karakter krijgt.
Het belastingreglement op het uitbaten van nachtwinkels vervalt op 31 december 2025 en dient te worden vervangen. Ten opzichte van het vorig belastingreglement dat van kracht is tot 31 december 2025 wordt voorgesteld om het tarief van de openingsbelasting te verminderen tot het tarief van de jaarbelasting. In dat geval betaalt een eigenaar of uitbater van een nachtwinkel eenzelfde bedrag bij de opening van de nachtwinkel als nadien als jaarlijkse belasting.
| Art. 1: | Voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031 wordt een belasting geheven op het openen en uitbaten van nachtwinkels op het grondgebied van de gemeente Gavere. |
| Art. 2: | Onder nachtwinkel moet worden verstaan elke winkel waarbij:
|
| Art. 3: | Het bedrag van de belasting is bepaald als volgt:
|
| Art. 4: | De openingsbelasting en de jaarlijkse belasting zijn ondeelbaar. Zij zijn verschuldigd voor het hele aanslagjaar, welke ook de aanvang- of de stopzettingsdatum van de economische activiteit of de wijziging van uitbating tijdens het aanslagjaar is. Er wordt geen enkele korting of teruggave van de belasting gedaan, om welke reden dan ook. |
| Art. 5: | De belasting is solidair en ondeelbaar verschuldigd door de eigenaar van de handelszaak, de uitbater ervan en de eigenaar van het pand waar de nachtwinkel is gevestigd. |
| Art. 6: | De eigenaar van de handelszaak, de uitbater ervan en de eigenaar van het pand zijn ertoe gehouden voorafgaandelijk aan elke economische activiteit hiervan aangifte te doen bij het gemeentebestuur. Deze aangifteplicht geldt voor elke wijziging van belastbare gegevens en voor elke stopzetting. De nodige bewijsstukken dienen worden bijgevoegd. Teneinde de belasting te heffen, stuurt het gemeentebestuur naar alle nachtwinkels in uitbating een aangifteformulier dat voor 1 augustus van het aanslagjaar behoorlijk dient te worden ingevuld en ondertekend teruggestuurd aan het college van burgemeester en schepenen, Markt 1 te 9890 Gavere of per e-mail aan info@gavere.be. Het aangifteformulier dat het gemeentebestuur ter beschikking stelt, kan gedownload worden via www.gavere.be/reglementen of op eenvoudig verzoek toegestuurd worden. |
| Art. 7: | Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 6 gestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, kan de belasting ambtshalve worden ingekohierd. |
| Art. 8: | Elke wijziging of stopzetting van de nachtwinkel dient onder verantwoordelijkheid van de belastingplichtige onmiddellijk te worden ter kennis gegeven aan het college van burgemeester en schepenen, Markt 1 te 9890 Gavere. |
| Art. 9: | De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen. |
| Art. 10: | De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. |
| Art. 11: | De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstbewijs afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan. |
| Art. 12: | De vestiging en de invordering van de belasting, alsook de regeling van de geschillen ter zake, gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen. |
| Art. 13: | Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2026. |
| Art. 14: | Onderhavige beslissing wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285, 286 §1 1 en 287 van het decreet lokaal bestuur. De toezichthoudende overheid wordt in kennis gesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur. |