De voorzitter opent de zitting op 20/11/2023 om 22:19.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur.
Art. 1: |
De notulen van de zitting van de OCMW-raad van 16 oktober 2023 goed te keuren. |
Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de OCMW-raad van 16 oktober 2023 goed te keuren. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 84 §6.
Het vast bureau houdt een volledig en geactualiseerd overzicht bij van alle verenigingen, stichtingen en vennootschappen waarin de gemeente deelneemt.
Het Decreet Lokaal Bestuur schrijft voor dat de raad voor maatschappelijk welzijn minstens eenmaal per jaar op de hoogte wordt gebracht van het geactualiseerde overzicht met een toelichting van alle wijzigingen die zich sinds de vorige toelichting hebben voorgedaan.
Art. 1: | De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het actueel overzicht van de samenwerkingsverbanden. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
Met het Plan Samenleven wil de Vlaamse overheid lokale besturen ondersteunen om samenleven in diversiteit te bevorderen. Het Plan Samenleven bevat 7 doelstellingen met 24 acties, die de besturen zelf inhoudelijk kunnen invullen. Besturen kiezen zelf hun acties en bepalen zelf welke KPI ze willen halen per actie. De eigenlijke subsidie wordt dan per KPI berekend op basis van standaardwaarden. De lokale besturen kunnen deze middelen aanwenden voor het subsidiëren van partners of het zelf opzetten van acties. Verder zijn er ook nog financiële stimulansen voor het opnemen van mentorschap of voor het investeren in een vernieuwend traject.
Om in aanmerking te komen voor subsidies moeten lokale besturen van eenzelfde referentieregio samen meer dan 7.500 inwoners van niet-EU-14 herkomst tellen. Anders dan in de voorgaande oproep kan een lokaal bestuur maar in één samenwerkingsverband vertegenwoordigd zijn. Stad Deinze vroeg lokale besturen Merelbeke, Nazareth en Gavere om aan te sluiten bij deze projectoproep. Agentschap Integratie en Inburgering zal praktische ondersteuning bieden op ons grondgebied.
Beoogde acties bij partnerbesturen:
Beoogde acties in Gavere:
Deze samenwerking past binnen de actie 352 "Vermaatschappelijking van lokale sociale hulp- en dienstverlening": het lokaal bestuur organiseert sinds 2022 een buddywerking en wenst oefenkansen Nederlands voor nieuwkomers verder uit te bouwen, gelet op de positieve effecten op integratie in de maatschappij en op tewerkstellingskansen. Voor de overige acties genieten wij mee van de ondersteuning van het Agentschap Integratie en Inburgering op ons grondgebied en nemen we good practices over in de bestaande werking.
De lokale besturen verbinden zich ertoe de cofinancieringsverplichting van 50 % aan te tonen (in dit geval onder de vorm van 3.000 euro aan personeelskost) in de individuele jaarrekening door middel van vermelding van de rapportagecode ABB-Samenleven.
Om subsidiemiddelen te ontvangen, dienen de deelnemende besturen een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten.
Art. 1: |
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de overeenkomst met betrekking tot de intergemeentelijke samenwerking in het kader van Plan Samenleven goed, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: |
De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur worden gemachtigd de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen. |
Art. 3: |
Het benodigde krediet wordt opgenomen in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 bij actie 352 "Vermaatschappelijking van lokale sociale hulp- en dienstverlening". |
Art. 4: |
Het vast bureau te gelasten met de uitvoering van de onderhavige beslissing. |
Art. 5: |
Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan de afdeling Mens, de afdeling Interne Zaken (dienst Administratie Organisatie en dienst Financiële Organisatie) en het lokaal bestuur Deinze. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
Via een aardgasbudgetmeter is een gegarandeerde minimale levering om technische redenen niet mogelijk. Wie niet oplaadt en ook zijn noodkrediet heeft opgebruikt, dreigt dan geen aardgas meer te hebben.
Met de ‘minimale levering via de aardgasbudgetmeter’ wil de Vlaamse Regering de OCMW’s een middel aanreiken om gezinnen die de middelen ontberen om de budgetmeter aardgas op te laden en die dus het risico lopen zonder verwarming te vallen in de winterperiode, te ondersteunen door hen een ‘minimale hoeveelheid’ aardgas ter beschikking te stellen:
De ‘minimale levering via de aardgasbudgetmeter’ is van toepassing in de periode die in dit verband gedefinieerd is van 1 november tot en met 31 maart.
Deze regeling is steeds optioneel voor de OCMW’s: zij kunnen beslissen al dan niet in het systeem te stappen.
Eens het principieel engagement genomen is, gaat het OCMW geval per geval na, aan de hand van een sociaal onderzoek, of de hulpvraag gegrond is en de mogelijkheid om menswaardig te leven dus in het gedrang is.
In de context van de energiecrisis gaf de Vlaamse Regering op 30 september 2022 haar principiële goedkeuring aan bijkomende maatregelen om de impact van extreem hoge energieprijzen voor de gezinnen te verlichten:
De minister roept alle OCMW's op om deze tussenkomsten aan te bieden.
Het OCMW kan voorwaarden verbinden aan het ter beschikking stellen van de minimale leveringen en opteert voor:
Het niet naleven van deze voorwaarden kan dan voor het OCMW een reden zijn om de toekenning van tussenkomsten voor de minimale levering van aardgas via de budgetmeterkaart stop te zetten of in een volgende winterperiode de ‘minimale levering aardgas via budgetmeter’ niet toe te kennen.
Voor 2023 werd er € 2.000 in uitgave voorzien en € 1.800 in ontvangst, voor 2024 € 10.000 in uitgave waarvan 70% terugvorderbaar in ontvangst.
De kasstromen worden opgenomen bij beleidsitem 0900-00, actie 299 - (kinder)armoedebestrijding en AR 648170 (kost) en 748170 (terugvordering).
Het resterende percentage wordt gerecupereerd bij de hulpvrager, tenzij het bijzonder comité voor de sociale dienst oordeelt dat het niet mogelijk is.
Een OCMW dat wenst in te stappen in dit systeem dient dit voor te leggen aan de raad voor maatschappelijk welzijn.
Art. 1: | De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de instap in het systeem voor de minimale levering voor aardgas en exclusief nachttarief goed tijdens de gedefinieerde periode 2023-2024. |
Art. 2: | De hulpvrager laat een energiescan uitvoeren met het oog op het verminderen van gebruik. Het percentage ten laste van het OCMW wordt in beginsel gerecupereerd bij de hulpvrager, tenzij het bijzonder comité voor de sociale dienst gemotiveerd oordeelt dat dit in de concrete situatie niet mogelijk is. |
Art. 3: | Onderhavige beslissing treedt in werking op 1 november 2023. |
Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de afdeling Mens en het bijzonder comité voor de sociale dienst. |
OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en die bestemd is voor de raad voor maatschappelijk welzijn, wordt meegedeeld aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt dat de beslissingen van de algemene vergadering van de welzijnsverenigingen ter kennisname worden voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
OCMW-raadsbesluit van 25 oktober 2021 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019).
De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht aan de voorzitter van het vast bureau en aan het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 20/11/2023 om 22:26.
Namens OCMW-raad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de OCMW-raad