De voorzitter opent de zitting op 19/12/2022 om 23:09.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur.
| Art. 1: |
De notulen van de zitting van de OCMW-raad van 21 november 2022 goed te keuren. |
| Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de OCMW-raad van 21 november 2022 goed te keuren. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 78 2e lid 17°.
Met BBC 2020 worden de nominatieve subsidies niet meer automatisch toegekend bij het vaststellen van het meerjarenplan.
Bijgevolg dient de OCMW-raad de nominatieve subsidies voor het huidige of het komende boekjaar in een afzonderlijk besluit toe te kennen. Deze subsidies worden niet toegekend op basis van een subsidiereglement.
De volledige lijst van alle toegestane werkings- en investeringssubsidies door de gemeente en het OCMW zit in bijlage bij het meerjarenplan 2020-2025. Deze lijst omvat eveneens de subsidies die toegekend worden op basis van een subsidiereglement, zowel voor de gemeente als het OCMW.
| Art. 1: |
De OCMW-raad kent volgende nominatieve subsidies toe gekoppeld aan boekjaar 2022:
|
| Art. 2: |
De OCMW-raad geeft opdracht aan het vast bureau om de nominatieve subsidies toe te kennen binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in artikel 1 van dit besluit. Een nominatieve subsidie wordt uitgevoerd op basis van een dotatiebesluit of een subsidieaanvraag. Na controle kan een nominatieve subsidie uitbetaald worden onder voorbehoud dat het uitvoeren van een nominatieve subsidie een controlerecht inhoudt en dat de nominatieve subsidie (deels) kan teruggevorderd worden wanneer de subsidie niet wordt aangewend voor de algemene werking van de begunstigde aanvrager. |
| Art. 3: |
Onderhavige beslissing vervangt het OCMW-raadsbesluit van 13 december 2021 houdende nominatieve subsidies 2022 - vaststellen. |
| Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie en dienst financiële organisatie) en de afdeling mens. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 78 2e lid 17°.
De OCMW-raad kent de nominatieve subsidies per boekjaar in een afzonderlijk besluit toe. Deze nominatieve subsidies worden niet toegekend op basis van een goedgekeurd subsidiereglement.
De volledige lijst van alle toegestane werkings- en investeringssubsidies door de gemeente en het OCMW zit in bijlage bij het meerjarenplan 2020-2025. Deze lijst omvat eveneens de subsidies die toegekend worden op basis van een subsidiereglement, zowel voor de gemeente als het OCMW.
| Art. 1: |
De OCMW-raad kent volgende nominatieve subsidies toe gekoppeld aan boekjaar 2023:
|
| Art. 2: |
De OCMW-raad geeft opdracht aan het vast bureau om de nominatieve subsidies toe te kennen binnen het voorziene krediet per begunstigde zoals opgenomen in artikel 1 van dit besluit. Een nominatieve subsidie wordt uitgevoerd op basis van een dotatiebesluit of een subsidieaanvraag. Na controle kan een nominatieve subsidie uitbetaald worden onder voorbehoud dat het uitvoeren van een nominatieve subsidie een controlerecht inhoudt en dat de nominatieve subsidie (deels) kan teruggevorderd worden wanneer de subsidie niet wordt aangewend voor de algemene werking van de begunstigde aanvrager. |
| Art. 3: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie en dienst financiële organisatie) en de afdeling mens. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
Het OCMW verleent sinds 2010 logistieke steun aan de kinderbegeleiders onder vorm van gratis huisvuilzakken, omdat de kinderbegeleiders (voornamelijk) grote hoeveelheden luierafval hebben.
Het OCMW verleent sinds 2014 financiële steun voor de installatie van de kinderbegeleiders. Deze steun werd vroeger verleend door Kind & Gezin maar werd later opgenomen in de algemene werkingssubsidie van de dienst voor onthaalgezinnen. De steun de toelage is bedoeld als tussenkomst in de kosten van het opstarten, zoals aanpassen van de woning en de tuin, het toepassen van de voorschriften inzake brandveiligheid, aankopen van materiaal en speelgoed, …
Het OCMW verleent sinds 2018 financiële steun (onder de vorm van aankoopbonnen voor speelgoed) aan de kinderbegeleiders die tijdens het kalenderjaar minstens 3 vormingen hebben bijgewoond. De dienst voor onthaalgezinnen is verplicht deze vormingen aan te bieden. Om de kwaliteit van de dienstverlening op peil te houden is het belangrijk dat de kinderbegeleiders regelmatig de vormingen bijwonen. Kinderbegeleiders in het sui generis-statuut volgen deze vormingen in hun vrijetijd (zonder vergoeding of compensatie) en het is dus belangrijk om hen op een positieve manier te stimuleren om de vormingen bij te wonen. Kinderbegeleiders in het werknemersstatuut bouwen tijdens de vormingen overuren op. De kinderbegeleiders zijn vragende partij om de aankoopbonnen voor speelgoed te vervangen door generieke aankoopbonnen, zoals Gavere-bonnen.
Het OCMW verleent sinds 2019 logistieke steun aan de kinderbegeleiders onder vorm van terbeschikkingstelling van tablets om aan te sluiten op de software gebruikt door de dienst voor onthaalgezinnen.
Het vast bureau ontving op 20 oktober 2022 een schrijven dat door een groot deel van de kinderbegeleiders werd ondertekend. De kinderbegeleiders wijzen er in hun schrijven op dat de huidige energiecrisis een grote impact heeft op hun werking en hun inkomen. Ze verzoeken om een maandelijkse tussenkomst in de energiekosten van € 250.
De Vlaamse Regering heeft intussen verklaard dat zij zal voorzien in een eenmalige energiepremie voor de kinderbegeleiders. Voorlopig circuleert het bedrag van € 120 per kindplaats.
De septemberverklaring van de Vlaamse Regering bevat een actieplan kinderopvang waarbij ongeveer 100 miljoen euro wordt geïnvesteerd in de sector. Een deel van deze middelen gaat naar een vereenvoudiging van het trappensysteem. Gavere beschikt over 118 gesubsidieerde plaatsen: 4 T2A-plaatsen en 114 T2B-plaatsen. De T2B-plaatsen worden afgeschaft en vanaf 1 januari 2023 gesubsidieerd als T2A-plaatsen. Dit levert op basis van een bezettingspercentage van 80-85 % een geraamde extra subsidie van € 16.044,36 op.
Het vast bureau stelt voor om de extra subsidie integraal aan te wenden voor een structurele inkomensversterking van de kinderbegeleiders en daarbovenop nog een extra inspanning te leveren.
Voor de kinderbegeleiders sui generis-statuut kan dit onder de vorm van financiële steun (€ 82,50/maand of € 990/jaar). Voor de kinderbegeleiders werknemersstatuut moet dit de vorm aan nemen van een toelage of sociaal voordeel voorzien in de lokale rechtspositieregeling.
| Logistiek ondersteuning | |
| Art. 1: | §1. OCMW Gavere verleent aan elke kinderbegeleider aangesloten bij de dienst voor onthaalgezinnen logistieke ondersteuning onder de vorm van huisvuilzakken. Elke kinderbegeleider ontvangt eenmaal per jaar:
§2. De kinderbegeleider die prestaties levert op een opvanglocatie waar de afvalverwerking is inbegrepen zijn uitgesloten van deze vorm van logistieke steun.
|
| Art. 2: | §1. OCMW Gavere verleent aan elke opvanglocatie aangesloten bij de dienst voor onthaalgezinnen logistieke ondersteuning onder vorm van terbeschikkingstelling van hardware om aan te sluiten op de softwaretoepassing die door de dienst voor onthaalgezinnen wordt gebruikt. §2. De kinderbegeleiders mogen de hardware enkel gebruiken in functie van de werking van de opvang. |
| Financiële ondersteuning | |
| Art. 3: | §1. OCMW Gavere verleent aan elke kinderbegeleider (sui generis-statuut) aangesloten bij de dienst voor onthaalgezinnen financiële ondersteuning onder de vorm van een toelage voor vorming. §2. De toelage heeft de vorm van een Gavere-bonnen ter waarde van € 20,00 per vorming die werd bijgewoond. |
| Art. 4: | §1. OCMW Gavere verleent aan elke kinderbegeleider (sui generis-statuut) aangesloten bij de dienst voor onthaalgezinnen financiële ondersteuning onder de vorm een toelage voor inkomensversterking. §2. De toelage bedraagt € 82,50 per volledige maand waarin de kinderbegeleider aangesloten is bij de dienst voor onthaalgezinnen. |
| Art. 5: | §1. OCMW Gavere verleent aan elke kinderbegeleider aangesloten bij de dienst voor onthaalgezinnen financiële ondersteuning onder de vorm een toelage voor de installatie. De toelage wordt toegekend in de volgende gevallen:
§2. De kinderbegeleider dient de toelage aan te wenden voor kosten die verbonden zijn aan de start of de mutatie van de opvang van baby’s en peuters. In het geval van groepsopvang blijft het materieel dat met de toelage werd aangekocht verbonden aan de locatie van de groepsopvang. §3. De toelage bedraagt (aan 100 %, basisjaar 2013)
te vermenigvuldigen met het nationaal indexcijfer der consumptieprijzen (NICP, zoals bekendgemaakt door het Federaal Planbureau) van de maand van de start of de mutatie van de opvangactiviteit. De toelage voor de mutatie van een opvangactiviteit is beperkt tot de werkelijke kosten die de kinderbegeleider maakte in de 3 maanden voor en de 3 maanden na mutatie. De kinderbegeleider dient hiertoe uiterlijk op het einde van de 6e maand, volgend op de maand van de mutatie de nodige bewijsstukken in te dienen. §4. De toelage is verworven:
§5. De toelage wordt gestort op de rekening van de kinderbegeleider in de maand, volgend op de maand waarin de kinderbegeleider de toelage verworven heeft.
|
| Slotbepalingen | |
| Art. 6: | Onderhavige beslissing vervangt met ingang van 1 januari 2023:
|
| Art. 7: | Onderhavige beslissing bekend te maken overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur. |
| Art. 8: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 78 2e lid 3° en 269.
OCMW Gavere diende op 30 november 2021 een aanvraag in tot deelname aan het vernieuwend project werknemersstatuut van de kinderbegeleider gezinsopvang. Voor de publieke sector waren 27,7 VTE beschikbaar. OCMW Gavere vroeg 3 VTE aan.
Agentschap Opgroeien kende OCMW Gavere 3 VTE toe met ingang van 1 februari 2022 tot en met 31 maart 2023.
Aangezien het project een proefproject is, zijn de loon- en arbeidsvoorwaarden niet opgenomen in de besluiten van de Vlaamse regering die de rechtspositie van het personeel van de lokale besturen regelt. Er werden daarom tussen de werknemers en de vakorganisaties van de publieke sector een afspraken vastgelegd. Het uitgangspunt hierbij is dat de kinderbegeleider in werknemersstatuut de rechtpositieregeling van het OCMW-personeel volgt, behoudens wanneer de afsprakennota in afwijkingen voorziet.
De kinderbegeleider ontvangt naast een loon (in weddeschaal E1-E3) ook een maandelijkse (onbelaste) kostenvergoeding voor de kosten die verbonden zijn aan de huisarbeid. Deze kosten worden gecompenseerd door:
Eén van de voorwaarden waaraan OCMW Gavere dient te voldoen is het voeren van een weloverwogen selectiebeleid. Hierbij kan gesteund worden op de rechtspositieregeling enerzijds en de selectiecriteria zoals samengesteld door het Steunpunt Kinderopvang van VVSG.
Kinderbegeleiders in werknemersstatuut worden tewerkgesteld in het statuut van huisarbeid, waarbij een voltijdse werkweek 50 uur omvat. Het arbeidsreglement en het reglement inzake arbeidsprestaties werden hieraan intussen aangepast.
De septemberverklaring van de Vlaamse Regering bevat een actieplan kinderopvang waarbij ongeveer 100 miljoen euro wordt geïnvesteerd in de sector. Een deel van deze middelen gaat naar een vereenvoudiging van het trappensysteem. Gavere beschikt over 118 gesubsidieerde plaatsen: 4 T2A-plaatsen en 114 T2B-plaatsen. De T2B-plaatsen worden afgeschaft en vanaf 1 januari 2023 gesubsidieerd als T2A-plaatsen. Dit levert op basis van een bezettingspercentage van 80-85 % een geraamde extra subsidie van € 16.044,36 op.
Het vast bureau stelt voor om de extra subsidie integraal aan te wenden voor een structurele inkomensversterking van de kinderbegeleiders en daarbovenop nog een extra inspanning te leveren.
Voor de kinderbegeleiders sui generis-statuut kan dit onder de vorm van financiële steun (€ 82,50/maand of € 990/jaar). Voor de kinderbegeleiders werknemersstatuut moet dit de vorm aan nemen van een toelage of sociaal voordeel voorzien in de lokale rechtspositieregeling. De voorkeur gaat uit naar een verhoging van het werkgeversaandeel van de maaltijdcheques (€ 4,50/cheque of € 990/jaar).
| Principe | |
| Art. 1: | Deel te nemen aan het "vernieuwend project werknemersstatuut van de kinderbegeleider gezinsopvang" gedurende de gesubsidieerde periode aanvangend op 1 februari 2022 en eindigend op 31 maart 2023. |
| Specifieke loon- en arbeidsvoorwaarden | |
| Art. 2: | De rechtspositieregeling van het OCMW-personeel is van toepassing op de kinderbegeleider in werknemersstatuut, behoudens volgende uitzonderingen:
|
| Selectiebeleid | |
| Art. 3: | OCMW Gavere voert een selectiebeleid, zoals bedoeld in artikel 10 2° van het besluit van de Vlaamse regering van 22 februari 2019, en steunt daarvoor op:
|
| Art. 4: | De selectiecommissie aangeduid door de aanstellende overheid hanteert de selectiecriteria, voornoemd in voorgaand artikel, geheel of gedeeltelijk om de rangschikking onder de kandidaten te bepalen. |
| Art. 5: | De aanstellende overheid selecteert voor het vernieuwende project alleen:
|
| Slotbepalingen | |
| Art. 6: | OCMW Gavere meldt aan het Agentschap Opgroeien
|
| Art. 7: |
Onderhavige beslissing vervangt met ingang van 1 januari 2023:
|
| Art. 8: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 161.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stellen het gezamenlijk organogram van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast. Volgens de memorie van toelichting bij het decreet lokaal bestuur "komt het de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn toe om een gezamenlijk organogram van de diensten van zowel de gemeente als het OCMW vast te stellen, elk binnen het eigen bevoegdheidsdomein. Het begrip “gezamenlijk” staat voor een identiek voorstel. Dat betekent dat er twee besluiten over eenzelfde voorstel zullen worden genomen".
Het organogram geeft de organisatiestructuur van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn weer, duidt de gezagsverhoudingen en de functies aan waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden.
De algemeen directeur zorgt in overleg met het managementteam voor het voorontwerp van het organogram.
Het managementteam besprak het voorontwerp tijdens zijn vergadering van 7 oktober 2022 en gaf een positief advies.
Het hoog overlegcomité besprak het ontwerp tijdens zijn vergadering van 15 november 2022 en gaf een gunstig advies.
Het organogram werd op de volgende punten gewijzigd:
De personeelsformatie vermeldt het aantal betrekkingen per graad in voltijdse equivalenten en maakt een onderscheid tussen de statutaire betrekkingen en de contractuele betrekkingen.
Hoewel de besluiten van de Vlaamse regering met betrekking tot de minimale personeelsformatie van gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn onverkort gelden, heeft de decreetgever het begrip in het decreet lokaal bestuur niet hernomen wegens "niet (...) eigentijds en adequaat (...) voor de weergave van de reële personeelsbehoefte en voor het concrete personeelsbeheer". De decreetgever gaat evenwel uit van een vorm van personeelsplanning want hij meent dat "het organogram de vertaling is van het personeelsbehoefteplan dat onder meer het aantal betrekkingen per graad, een vermindering of vermeerdering van het aantal betrekkingen (de behoefte), het afschaffen en de omvorming van betrekkingen voor een welbepaalde dienst aangeeft. De concrete vaststelling van dit personeelsplan (PEP) is een beslissing tot vaststelling van de personeelsformatie als vermeld in artikel 11, §1, 1°,van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel". De geldende personeelsformaties van gemeente en OCMW zijn gebaseerd op een globaal personeelsbehoeftenplan dat daarna telkens incrementeel wordt bijgestuurd, zodat ze verder als instrument van personeelsplanning kunnen aangewend worden. We gebruiken voortaan de term personeelsomkadering.
De personeelsomkadering werd op de volgende punten gewijzigd:
De financiële effecten werden berekend op basis van de gemiddelde loonkost (gemiddelde van de 1e weddeschaal-trap 6 en de 3e weddeschaal-trap 27).
De financiële effecten op het meerjarenplan kunnen als volgt samengevat worden:
| Art. 1: |
Het organogram vast te stellen, zoals gezien in bijlage. In het organogram de functies aan te duiden waaraan het stemgerechtigd lidmaatschap van het managementteam verbonden is. Het gaat in concreto om de volgende functies:
De burgemeester, of de schepen door hem aangewezen, maakt met raadgevende stem deel uit van het managementteam. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Art. 2: |
De personeelsomkadering als volgt vast te stellen:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Art. 3: |
De uitdovende personeelsomkadering als volgt vast te stellen:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Art. 4: |
Onderhavige beslissing treedt in werking op 1 januari 2023 en vervangt integraal:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Art. 5: |
De nodige aanpassingen van de personeelskredieten worden opgenomen in de eerstvolgende meerjarenplanaanpassing. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Art. 6: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie en dienst financiële organisatie) en aan alle diensten. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 186.
De algemeen directeur zorgt in overleg met het managementteam voor het voorontwerp van de rechtspositieregeling.
Het managementteam besprak het voorontwerp tijdens zijn vergadering van 7 oktober 2022 en gaf een positief advies.
Het bijzonder onderhandelingscomité besprak het ontwerp tijdens zijn vergadering van 15 november 2022 en sloot een protocol van akkoord af.
De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op:
De overige wijzigingen worden geduid in het ontwerp.
| Art. 1: | De rechtspositieregeling vast te stellen, zoals gezien in bijlage. |
| Art. 2: | Behoudens andersluidende bepalingen treedt de rechtspositieregeling in werking op 1 januari 2023. Onderhavige beslissing vervangt bij zijn inwerkingtreding het gemeenteraadsbesluit van 20 juni 2022 houdende rechtspositieregeling gemeentepersoneel - vaststellen (vervangen gemeenteraadsbesluit van 13 december 2021). |
| Art. 3: | Deze beslissing wordt in toepassing van artikel 286 van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt op de gemeentelijke website. Deze beslissing wordt in toepassing van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur gemeld aan de toezichthoudende overheid. |
| Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie). |
Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, artikel 4.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 12 maart 2021 creëerde mogelijkheden om bepaalde voordelen om te zetten in een theoretisch budget waarmee het personeel voordelen ter bevordering van de fietsmobiliteit kan kiezen.
Lokaal bestuur Gavere koos voor de mogelijkheid tot omzetting van de eindejaarstoelage. Deze mogelijkheid werd ingeschreven in artikel 231 van de lokale rechtspositieregeling.
De fietslease werd na het voeren van een overheidsopdracht gegund aan O2O, Farmanstraat 40 te 9000 Gent.
In overleg met O2O werd, op basis van het model van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur (ABB) een fietspolicy opgemaakt die beantwoordt aan de contractuele voorwaarden. Deze fietspolicy dient als bijlage toegevoegd te worden aan het arbeidsreglement.
| Art. 1: |
De bijlage 'fietspolicy' aan het arbeidsreglement voor het OCMW-personeel vast te stellen, zoals gezien in bijlage. |
| Art. 2: | Het arbeidsreglement wordt ter beschikking gesteld op de dienst administratieve organisatie. |
| Art. 3: | Onderhavige beslissing treedt in werking op heden. |
| Art. 4: | Onderhavige beslissing wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur. Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan:
|
OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en die bestemd is voor de raad voor maatschappelijk welzijn, wordt meegedeeld aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt dat de beslissingen van de algemene vergadering van de welzijnsverenigingen ter kennisname worden voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015).
De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht aan de voorzitter van het vast bureau en aan het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 20/12/2022 om 23:35.
Namens OCMW-raad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de OCMW-raad