De voorzitter opent de zitting op 12/09/2022 om 20:00.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
Art. 1: |
De notulen van de zitting van de gemeenteraad van 20 juni 2022 goed te keuren. |
Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de gemeenteraad van 20 juni 2022 goed te keuren. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 13.
Het gemeenteraadslid dat ontslag wil nemen, deelt dat schriftelijk mee aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is definitief zodra de voorzitter van de gemeenteraad de kennisgeving ontvangt. Het lid van de gemeenteraad blijft zijn mandaat uitoefenen tot zijn opvolger is geïnstalleerd.
Het ontslag houdt van rechtswege het ontslag van lid van de raad voor maatschappelijk welzijn in.
Mevrouw Nele Melkebeke deelde haar ontslag schriftelijk mee aan de voorzitter van de gemeenteraad op 27 juli 2022. De voorzitter van de gemeenteraad heeft op dezelfde datum kennis genomen van het ontslag, waardoor het ontslag definitief geworden is.
Art. 1: | Kennis te nemen van het ontslag van gemeenteraadslid Nele Melkebeke. Het gemeenteraadslid blijft zijn mandaat uitoefenen tot zijn opvolger is geïnstalleerd. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken en aan mevrouw Nele Melkebeke. De algemeen directeur opdracht te geven de noodzakelijke aanpassingen te verrichten in de Mandatendatabank. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 14.
Het gemeenteraadslid dat ontslag heeft genomen, wordt vervangen door zijn opvolger, die wordt aangewezen overeenkomstig artikel 169 van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011. De geloofsbrieven worden onderzocht overeenkomstig artikel 6, § 3. De vervanger legt de eed af in openbare vergadering in de handen van de voorzitter van de gemeenteraad.
De opvolgers van Groen zijn:
1. mevrouw Sara De Mulder
2. de heer Pieter-Jan Verbanck
(...)
Mevrouw Sara De Mulder diende op 25 augustus 2022, 1 september 2022 en 5 september 2022 haar geloofsbrieven in.
De gemeenteraad heeft de geloofsbrieven van mevrouw Sara De Mulder onderzocht en er zijn geen beletsels om die goed te keuren.
De voorzitter van de gemeenteraad heeft mevrouw Sara De Mulder uitgenodigd om, alvorens het mandaat te aanvaarden, de volgende eed in zijn handen af te leggen: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen." Van deze eedaflegging wordt een individuele en afzonderlijke akte opgemaakt.
De opvolgers die na de installatievergadering als gemeenteraadslid worden geïnstalleerd, nemen in volgorde van hun eedaflegging een rang in.
Art. 1: | De geloofsbrieven van mevrouw Sara De Mulder goed te keuren. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 2: | Akte te nemen van de eedaflegging van mevrouw Sara De Mulder en vervolgens mevrouw Sara De Mulder met ingang van 12 september 2022 te installeren als gemeenteraadslid. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 3: | De rangorde van de gemeenteraadsleden als volgt vast te stellen:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 4: | Tegen deze beslissing is beroep mogelijk bij de Raad voor Verkiezingsbetwistingen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 5: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de voorzitter van de gemeenteraad, aan raadslid Nele Melkebeke en aan mevrouw Sara De Mulder. De algemeen directeur opdracht te geven de noodzakelijke aanpassingen te verrichten in de Mandatendatabank. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 201.
De mandaten in de commissie worden door de gemeenteraad evenredig verdeeld over de fracties waaruit de gemeenteraad is samengesteld.
Elke fractie wijst de mandaten toe door middel van een schriftelijke voordracht gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Om ontvankelijk te zijn moet de voordracht minstens ondertekend zijn door de meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-lid deel van uitmaakt.
De mandaten zijn als volgt verdeeld:
Gemeenteraadslid Nele Melkebeke is ontslagnemend. De fractie Groen wenst het mandaat van Nele Melkebeke toe te wijzen aan Jef Vermaere.
Art. 1: | In de deontologische commissie de volgende stemgerechtigde leden aan te duiden:
|
Art. 2: | In de deontologische commissie de volgende raadgevende leden aan te duiden:
|
Art. 3: | Onderhavige beslissing vervangt met ingang van heden het gemeenteraadsbesluit van 24 januari 2022 houdende samenstellen deontologische commissie (vervangen gemeenteraadsbesluit van 13 december 2021). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
De mandaten in de commissie worden door de gemeenteraad evenredig verdeeld over de fracties waaruit de gemeenteraad is samengesteld.
Elke fractie wijst de mandaten toe door middel van een schriftelijke voordracht gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Om ontvankelijk te zijn moet de voordracht minstens ondertekend zijn door de meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-lid deel van uitmaakt.
De mandaten zijn als volgt verdeeld:
Gemeenteraadslid Nele Melkebeke is ontslagnemend. De fractie Groen wenst het mandaat van Nele Melkebeke toe te wijzen aan Jef Vermaere.
Art. 1: | In de gemeenteraadscommissie "algemeen beleid" de volgende stemgerechtigde leden aan te duiden:
|
Art. 2: | In de gemeenteraadscommissie "algemeen beleid" de volgende raadgevende leden aan te duiden:
|
Art. 3: | Onderhavige beslissing vervangt met ingang van heden het gemeenteraadsbesluit van 13 december 2021 houdende samenstellen gemeenteraadscommissie "algemeen beleid" (vervangen gemeenteraadsbesluit van 9 september 2019). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 404 §5 tweede lid.
Cultuurregio Leie Schelde is een intergemeentelijke projectvereniging die tot doel heeft door intergemeentelijk overleg en samenwerking tussen diverse actoren, meerwaarden te realiseren op vlak van cultuur en erfgoed in de regio.
Volgens de statuten dient de raad van bestuur jaarlijks de jaarrekeningen, samen met activiteitenverslag en het verslag van de accountant, aan de gemeenteraden voor te leggen.
De raad van bestuur keurde de rekening goed in de zitting van 15 maart 2022.
Art. 1: |
De jaarrekening 2021 van de projectvereniging Cultuurregio Leie Schelde, inclusief activiteitenverslag en het verslag van de accountant, goed te keuren, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: |
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de projectvereniging Cultuurregio Leie & Schelde, Tolpoortstraat 79, 9800 Deinze en aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
Het Wijk-Werken is de opvolger van de vroegere PWA’s.
De projectvereniging ‘Wijk-Werken Leie en Schelde’ werd opgericht per 1 januari 2018 met als deelnemende besturen Merelbeke (maatschappelijke zetel), Deinze, De Pinte, Destelbergen, Gavere, Melle, Nazareth, Nevele, Sint-Martens-Latem en Zulte.
In de statuten van de projectvereniging is voorzien dat, naast het Wijk-Werken, ook andere tewerkstellingsinitiatieven voor doelgroepen binnen de vereniging kunnen georganiseerd worden. Zo werd in 2019 beslist dat de projectvereniging de regierol sociale economie op zich kan nemen.
Eind 2019 werd beslist om met de negen besturen van de projectvereniging in te dienen voor de oproep Regierol Sociale Economie en Werk vanuit het Departement Werk en Sociale Economie. Lokaal bestuur Gavere besliste in de gemeenteraad van 21 oktober 2019 om deel te nemen in deze samenwerking. Nu deze samenwerking intussen volledig vorm kreeg wenst de projectvereniging opnieuw in te dienen voor de vernieuwde oproep lokale regierol Sociale Economie en Werk. Dit is een uitbreiding op de reeds bestaande oproep die vanaf dan ook komt te vervallen. Er dient bijgevolg opnieuw ingediend te worden op de hernieuwde oproep wil de projectvereniging de rol als regisseur sociale economie behouden.
Voor de nieuwe indiening dient bij een wijziging van de regio ook rekening gehouden te worden met de regiovorming. Voor ons bestaand werkingsgebied heeft deze beslissing geen impact. Andere omliggende gemeentes zullen hier wel hinder door ondervinden. Zo richtte het lokaal bestuur van Wetteren de vraag tot de projectvereniging of zij samen met Laarne, Lochristi en Wachtebeke kunnen toetreden tot de projectvereniging. Dit teneinde alle pistes te bekijken. Een andere mogelijkheid bestaat erin dat zij zelf een eigen regiegebied oprichten.
De Vlaamse overheid voorziet in een subsidie van 3 miljoen per jaar, gedurende de periode 2023-2025 te verdelen over alle regiegebieden die zullen indienen. De middelen worden als volgt verdeeld:
De Vlaamse overheid verplicht enkel vier breed geformuleerde acties per jaar:
Het betreft acties op het niveau van de regierol, het is m.a.w. niet de bedoeling om zelf activiteiten te ontplooien zoals bvb. het opzetten van een maatwerkbedrijf. Mogelijke voorbeelden zijn: een kennismakingsbeurs voor de reguliere economie en de sociale economie, opleidingsaanbod versterken voor doelgroepmedewerkers, het verduurzamen van overheidsopdrachten, ...
Het indienen van het voorstel moet gebeuren voor 15 januari 2023 en zou gebeuren via de projectvereniging.
De actie 380 'regierol sociale economie' is reeds voorzien in het meerjarenplan.
Er is geen financiële impact voor het lokale bestuur. De Vlaamse subsidie wordt aan de projectvereniging uitgekeerd, er worden geen bijkomende financiële bijdragen van de deelnemende besturen verwacht.
De subsidie werd als volgt gesimuleerd op basis van voorlopige cijfers, potentieel aantal indienende gebieden, etc. Het uiteindelijke bedrag zal dus nog afwijken van onderstaande prognose:
Huidig samenwerkingsverband |
Huidig samenwerkingsverband |
Huidig samenwerkingsverband |
|
Prognose regiemiddelen op basis van 3 miljoen en geen blinde vlekken |
€ 61.243,46 |
€ 70.483,57 |
€ 76.002,16 |
Art. 1: | De gemeenteraad is akkoord dat de regierol sociale economie wordt opgenomen door de projectvereniging Wijk-Werken Leie en Schelde. |
Art. 2: | De actie 'Regierol sociale economie' wordt verder opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025. Hiertegenover moeten geen kosten/ontvangsten geboekt worden vermits alles via de rechtspersoonlijkheid van de projectvereniging verloopt. |
Art. 3: | De gemeenteraad verklaart zich principieel akkoord met de eventuele toetreding van Wetteren, Laarne, Lochristi en Wachtebeke onder de nog door de besturen te bepalen voorwaarden. |
Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de projectvereniging Wijk-Werken Schelde en Leie. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
In het traject naar een woonmaatschappij kunnen sociale huisvestingsmaatschappijen een verlenging van hun erkenning als sociale huisvestingsmaatschappij tot 30 juni 2023 bekomen. Dat kan als zij er tegen 1 januari 2023 niet in slagen om aan alle voorwaarden te voldoen. Dat kan enkel als zij kunnen aantonen dat zij op 30 juni 2023 wel aan alle voorwaarden zullen voldoen door zichzelf om te vormen tot woonmaatschappij, ofwel door een herstructurering (fusie, splitsing…) door te voeren met een andere woonmaatschappij of met een sociale huisvestingsmaatschappij, ofwel door een herstructurering (fusie, splitsing…).
Om de verlenging van hun erkenning te krijgen moet zij een aanvraag indienen bij het agentschap Wonen-Vlaanderen. Daarbij moeten zij aantonen dat ze zich uiterlijk op 30 juni 2023 zal kunnen omvormen tot woonmaatschappij, mede ondersteund door een stappenplan en een advies van de lokale besturen uit het werkingsgebied (art 223, §2, 2de lid van het BVR van 17 december 2022 tot wijziging van verschillende besluiten over wonen).
Op 17 juni 2022 ontvingen wij een brief van de sociale huisvestingsmaatschappij Volkshaard BV, met maatschappelijke zetel te Ravensteinstraat 12, 9000 Gent, ingeschreven in de Kruispuntbank voor Ondernemingen onder nummer 0400.067.887. Daarin wordt gevraagd om tegen uiterlijk 10 augustus 2022 een advies uit te brengen over het traject dat zij willen doorlopen om tegen uiterlijk 30 juni 2023 deel uit te maken van de woonmaatschappij die in het werkingsgebied, waar onze gemeente deel van uitmaakt, zal worden gevormd. De vraag werd gewijzigd tot advisering van de loutere verlenging van de erkenning van de huisvestingsmaatschappij in een volgend schrijven op 21 juni 2022.
Art. 1: | De gemeenteraad neemt kennis van de aanvraag tot verlenging van de erkenning van de sociale huisvestingsmaatschappij tot en met 30 juni 2023. |
Art. 2: | De gemeenteraad geeft als advies aan de Vlaamse Regering dat het bij voormelde aanvraag gevoegde stappenplan naar de woonmaatschappij voldoet aan de doelstellingen van de gemeente. |
Art. 3: | Om te zorgen voor voldoende lokale netwerkvorming, lokale inbedding en verankering wordt bij de verdere uitrol van het stappenplan voldoende aandacht besteed aan de afspraken die werden vastgelegd in het afsprakenkader, in het bijzonder onder punt 5, dat werd opgemaakt naar aanleiding van het advies over het werkingsgebied van de woonmaatschappij en werd goedgekeurd in de gemeenteraad op 25 oktober 2021. |
Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan De Volkshaard. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikelen 43, 48 en 50.
Het centraal kerkbestuur dient de meerjarenplanwijzigingen van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen.
De meerjarenplanwijziging werd bij de gemeente ingediend op 10 juni 2022. Het advies van het bisdom werd digitaal ontvangen op 18 augustus 2022.
De gemeente dient zich over de meerjarenplanwijziging uit te spreken binnen een termijn van 100 dagen na ontvangst van het advies van het bisdom. Deze termijn verstrijkt 26 november 2022.
In deze meerjarenplanwijziging wordt een investeringstoelage gevraagd voor:
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2023 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Martinus Asper € 18.019,44. De door de kerkraad voor 2023 gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage bedraagt € 18.019,44. De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2023 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Martinus Asper € 440.074,20. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2023 bedraagt € 444.421,73. De gemeentelijke investeringstoelage in de meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 stijgt met € 4.347,53 tot € 444.421,73.
Art. 1: | De meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper goed te keuren zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Martinus Asper en aan het centraal kerkbestuur. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 18.019,44. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 16.138,92. De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 440.074,20. Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Martinus Asper, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 11.503,00. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 6.901,45. De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 3.800. Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 18.390,15. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 12.009,56. De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 30.800. Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten en in het bijzonder op artikel 43.
Het centraal kerkbestuur dient de meerjarenplanwijzigingen van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen.
Het advies van het Bisdom, de meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 en de strategische nota bij het meerjarenplan werden digitaal ontvangen op 6 juli 2022.
De meerjarenplanwijziging werd bij de gemeente ingediend op 23 juni 2022. Het advies van het bisdom werd digitaal ontvangen op 5 juli 2022.
De gemeente dient zich over de meerjarenplanwijziging uit te spreken binnen een termijn van 100 dagen na ontvangst van het advies van het Bisdom. Deze termijn verstrijkt op 13 oktober 2022.
In deze meerjarenplanwijziging wordt een wijziging van de investeringstoelagen gevraagd voor dringende instandhoudingswerken aan de kerk. De uitvoering van deze werken was voorzien in 2021 en wordt nu doorgeschoven naar 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere € 40.410,99. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 29.488,41. De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere € 0. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2022 bedraagt € 50.000. De gemeentelijke investeringstoelage in meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere stijgt met € 50.000.
De financieel directeur verleende op 4 augustus 2022 zijn visum voor de dotaties aan Sint-Amandus Gavere.
Art. 1: |
De meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: |
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan het centraal kerkbestuur, het kerkbestuur, het bisdom en aan de provinciegouverneur. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48 en 50.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over de ingediende budgetwijziging. Met betrekking tot de budgetwijziging 1 2022 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere vangt deze termijn aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere € 40.410,99. De gebudgetteerde exploitatietoelage voor 2022 bedraagt voor dit boekjaar € 29.488,41. De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende budgetwijziging 1 2022 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere € 0. De gebudgetteerde investeringstoelage voor 2022 bedraagt voor dit boekjaar € 0. De gemeentelijke investeringstoelage in de budgetwijziging 2022/1 stijgt met € 50.000 tot € 50.000 voor dringende onderhoudswerken aan de Sint-Amanduskerk die niet werden uitgevoerd in 2021 en worden doorgeschoven naar 2022. De investeringstoelage blijft binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De financieel directeur verleende op 5 augustus 2022 zijn visum voor de dotaties 2022 aan kerkfabriek Sint-Amandus Gavere.
Art. 1: | Kennis te nemen van budgetwijziging 1 2022 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere en aan het centraal kerkbestuur. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 41.273,61. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 27.377,01. De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 0. Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikelen 43, 48 en 50.
Het centraal kerkbestuur dient de meerjarenplanwijzigingen van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen.
De meerjarenplanwijziging werd bij de gemeente ingediend op 16 juli 2022. Het advies van het bisdom werd digitaal ontvangen op 19 augustus 2022.
De gemeente dient zich over de meerjarenplanwijziging uit te spreken binnen een termijn van 100 dagen na ontvangst van het advies van het bisdom. Deze termijn verstrijkt 27 november 2022.
In deze meerjarenplanwijziging wordt een investeringstoelage gevraagd voor:
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2023 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake € 20.669,88. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 20.669,88. De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2023 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake € 0. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2023 bedraagt € 133.998,21. De gemeentelijke investeringstoelage voor 2023 in de meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 stijgt met € 133.998,21.
De financieel directeur verleende op 8 augustus 2022 zijn visum voor de dotaties aan kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake.
Art. 1: | De meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake goed te keuren zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake en aan het centraal kerkbestuur. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 20.669,88. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 11.977,39. De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € € 133.998,21. Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48 en 50.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over de ingediende budgetwijziging. Met betrekking tot de budgetwijziging 1 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste vangt deze termijn aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
Deze budgetwijziging voorziet krediet voor erelonen voor privaat patrimonium.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Martinus Vurste € 10.037,39. De gebudgetteerde exploitatietoelage voor 2022 bedraagt voor dit boekjaar € 6.040,27. De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende budgetwijziging 1 2022 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Martinus Vurste € 133.998,21. De gebudgetteerde investeringstoelage voor 2022 bedraagt voor dit boekjaar € 133.998,21. De gemeentelijke investeringstoelage in de budgetwijziging 2022/1 is ongewijzigd.
Art. 1: | Kennis te nemen van budgetwijziging 1 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste en aan het centraal kerkbestuur. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste aan op 25 augustus 2022 en eindigt op 14 oktober 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 10.248,73. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2023 bedraagt € 2.994,47. De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 0. Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 263.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bepalen wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd.
Er wordt minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar voorgelegd.
Dit opvolgingsrapport omvat:
De informatie die vervat zit in dit opvolgingsrapport dateert van 30 juni 2022, met uitzondering van de voorlopige staat van opbrengsten en kosten (het J5-schema) dat de toestand op 16 augustus 2022 weergeeft.
De financiële realisaties in de schema's betreffen de effectieve aanrekeningen van de uitgave- en ontvangstkredieten. Vastgelegde kredieten die nog niet aangerekend zijn (lees: gefactureerd door de leverancier/opdrachtnemer), worden niet opgenomen in de realisatiegraad van de kredieten. Vastgelegde verbintenissen die door de leveranciers bijgevolg wel reeds uitgevoerd zijn, maar (nog) niet op 30 juni aan de gemeente of het OCMW gefactureerd werden, zijn dus niet opgenomen in de financiële schema's vermits aanrekeningen van uitgaven in de boekhouding geregistreerd worden na ontvangst van de factuur.
Er zijn geen nieuwe of bijkomende financiële risico's die nog niet gerapporteerd werden in de laatst vastgestelde meerjarenplanaanpassing (nr. 2 2020-2025) en/of in de laatst vastgestelde jaarrekening (boekjaar 2021).
Art. 1: | Kennis te nemen van het opvolgingsrapport 2022, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Het opvolgingsrapport 2022 omvat op datum van 30 juni 2022:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 11°.
Op 4 oktober 2021 werd een omgevingsvergunning afgeleverd voor het slopen van 3 woningen en bouwen van 12 appartementen en 1 ondergrondse parkeergarage, gelegen Onderstraat 90-92-94.
De bouwheer is ertoe gehouden om de blauw gearceerde stroken langs de Onderstraat en de Liefkenswegel (over te dragen grond), die overeenkomstig het RUP "Sint-Rochus - Sint Amandswijk" bestemd zijn voor openbare wegenis, ten kosteloze titel af te staan aan de gemeente ter realisatie van de nieuwe rooilijn.
Het betreft:
Zoals deze goederen (rood gearceerd) staan afgebeeld als loten 4 tot en met 9 op een - blijkens verklaring van partijen, ongewijzigd - metingsplan, opgemaakt door landmeter-expert Ronny Van Eester.
Art. 1: |
De ontwerpakte, met betrekking tot de kosteloze grondafstand van
goed te keuren, zoals gezien in bijlage.
|
Art. 2: |
De gronden worden geaffecteerd aan het openbaar domein van de gemeente Gavere. |
Art. 3: |
De voorzitter en de algemeen directeur te machtigen om de akte namens de gemeente te ondertekenen. |
Art. 4: |
De FOD Financiën in te lichten over de opname van de percelen in het openbaar domein van de gemeente Gavere. |
Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, artikel 37.
Het schoolbestuur moet voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt. Meer specifieke afspraken worden, na overleg in de schoolraad, opgenomen in de afsprakennota.
Het huidig schoolreglement gewoon basisonderwijs (inclusief de afsprakennota) is aan actualisatie toe.
De belangrijkste wijzigingen:
Art. 1: | Het schoolreglement (inclusief afsprakennota) vast te stellen, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Het schoolreglement gewoon basisonderwijs en de afsprakennota wordt bij elke inschrijving van een leerling en nadien bij elke wijziging, ter beschikking gesteld (op papier of via een elektronische drager) aan de ouders, die ondertekenen voor akkoord. |
Art. 3: | Onderhavige beslissing vervangt het gemeenteraadsbesluit van 20 juni 2022 houdende gemeentelijke basisschool De Vierklaver - vaststellen schoolreglement (inclusief afsprakennota) (vervangen gemeenteraadsbesluit van 20 juni 2022) |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 161.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stellen het gezamenlijk organogram van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast. Volgens de memorie van toelichting bij het decreet lokaal bestuur "komt het de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn toe om een gezamenlijk organogram van de diensten van zowel de gemeente als het OCMW vast te stellen, elk binnen het eigen bevoegdheidsdomein. Het begrip “gezamenlijk” staat voor een identiek voorstel. Dat betekent dat er twee besluiten over eenzelfde voorstel zullen worden genomen".
Het organogram geeft de organisatiestructuur van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn weer, duidt de gezagsverhoudingen en de functies aan waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden.
De algemeen directeur zorgt in overleg met het managementteam voor het voorontwerp van het organogram.
Het managementteam besprak het voorontwerp tijdens zijn vergadering van 1 juli 2022 en gaf een positief advies.
Het hoog overlegcomité besprak het ontwerp tijdens zijn vergadering van 19 augustus 2022 en gaf een gunstig advies.
Het organogram werd op de volgende punten gewijzigd:
De personeelsformatie vermeldt het aantal betrekkingen per graad in voltijdse equivalenten en maakt een onderscheid tussen de statutaire betrekkingen en de contractuele betrekkingen.
Hoewel de besluiten van de Vlaamse regering met betrekking tot de minimale personeelsformatie van gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn onverkort gelden, heeft de decreetgever het begrip in het decreet lokaal bestuur niet hernomen wegens "niet (...) eigentijds en adequaat (...) voor de weergave van de reële personeelsbehoefte en voor het concrete personeelsbeheer". De decreetgever gaat evenwel uit van een vorm van personeelsplanning want hij meent dat "het organogram de vertaling is van het personeelsbehoefteplan dat onder meer het aantal betrekkingen per graad, een vermindering of vermeerdering van het aantal betrekkingen (de behoefte), het afschaffen en de omvorming van betrekkingen voor een welbepaalde dienst aangeeft. De concrete vaststelling van dit personeelsplan (PEP) is een beslissing tot vaststelling van de personeelsformatie als vermeld in artikel 11, §1, 1°,van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel". De geldende personeelsformaties van gemeente en OCMW zijn gebaseerd op een globaal personeelsbehoeftenplan dat daarna telkens incrementeel wordt bijgestuurd, zodat ze verder als instrument van personeelsplanning kunnen aangewend worden. We gebruiken voortaan de term personeelsomkadering.
De personeelsomkadering werd op de volgende punten gewijzigd:
De financiële effecten werden berekend op basis van de gemiddelde loonkost (gemiddelde van de 1e weddeschaal-trap 6 en de 3e weddeschaal-trap 27).
De financiële effecten op het actuele meerjarenplan van de implementatie van de conclusies van de analyse van de microstructuur kunnen als volgt samengevat worden:
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |
Burgerzaken | € 76.196 | € 70.622 | € 70.622 | € 79.696 | € 79.696 | € 79.696 |
Onthaalgezinnen | € 27.870 | € 27.870 | € 27.870 | € 27.870 | € 27.870 | € 27.870 |
Omgeving | € 41.662 | € 41.662 | € 41.662 | € 106.710 | € 106.710 | € 106.710 |
Publieke ruimte | € 11.398 | € 11.398 | € 11.398 | € 11.398 | € 11.398 | € 11.398 |
Personeel | € 37.179 | € 37.179 | € 37.179 | € 37.179 | € 37.179 | € 37.179 |
Financiën | € 95.122 | € 95.122 | € 95.122 | € 95.122 | € 95.122 | € 95.122 |
Totaal | € 289.426 | € 283.852 | € 283.852 | € 357.974 | € 357.974 | € 357.974 |
Het financieel effect op het actuele meerjarenplan van de invoering van een nieuwe functie van coördinator sociaal beleid en zorg kan als volgt samengevat worden:
2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |
Sociaal huis | € 65.048 | € 65.048 | € 65.048 | € 65.048 | € 65.048 | € 65.048 |
Art. 1: |
Het organogram vast te stellen, zoals gezien in bijlage. In het organogram de functies aan te duiden waaraan het stemgerechtigd lidmaatschap van het managementteam verbonden is. Het gaat in concreto om de volgende functies:
De burgemeester, of de schepen door hem aangewezen, maakt met raadgevende stem deel uit van het managementteam. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 2: |
De personeelsomkadering als volgt vast te stellen:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 3: |
De uitdovende personeelsomkadering als volgt vast te stellen:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 4: |
Onderhavige beslissing treedt in werking op 1 oktober 2022 en vervangt integraal:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 5: |
De nodige aanpassingen van de personeelskredieten worden opgenomen in de eerstvolgende meerjarenplanaanpassing. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 6: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie en dienst financiële organisatie) en aan alle diensten. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
Bij gebrek aan een hellend vlak - die de toegankelijkheid vanuit de Kloosterstraat voor minder mobiele kerkgangers zo goed als onmogelijk maakt zonder hulp - stellen we vanuit de fractie Gavere durft/ N-VA de aanleg van een pad voor om de toegankelijkheid vanuit de Kloosterstraat bruikbaar én veilig te maken.
Overwegende dat:
Om deze redenen vragen we vanuit de fractie Gavere durft/ N-VA om dan ook een nieuw en beter toegankelijk pad aan te leggen.
Het voorstel van beslissing luidt:
Art. 1: | Het voorstel van beslissing wordt verworpen. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
De energiecrisis plaatst ons ook als lokaal bestuur voor een enorme uitdaging. Er zijn twee invalshoeken:
I. Hoe wordt de werking van het bestuur hierdoor getroffen en welke maatregelen kunnen we daartegenover stellen?
II. Welke initiatieven kan het bestuur nemen om, als aanvulling op de maatregelen van federale en regionale overheden, onze medeburgers bij te staan in deze beproeving?
Wat de directe gevolgen op het bestuur zelf betreft, is het van belang:
Wat bijstand aan burgers in moeilijkheden betreft:
Het voorstel van beslissing luidt:
De gemeenteraad / OCMW-raad verzoekt het College Burgemeester en Schepenen en het Vast Bureau op korte termijn een plan van aanpak uit te werken om op lokaal vlak aan de energiecrisis het hoofd te bieden, ondermeer door:
Art. 1: | De gemeenteraad neemt kennis van het antwoord van het college van burgemeester en schepenen met betrekking tot de maatregelen die zijn genomen of worden voorbereid. |
Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.
De verslagen en de einddocumenten van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 12/09/2022 om 22:58.
Namens Gemeenteraad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de gemeenteraad