Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten en in het bijzonder op artikel 43.
Het centraal kerkbestuur dient de meerjarenplanwijzigingen van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen.
Het advies van het Bisdom, de meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 en de strategische nota bij het meerjarenplan werden digitaal ontvangen op 6 juli 2022.
De meerjarenplanwijziging werd bij de gemeente ingediend op 23 juni 2022. Het advies van het bisdom werd digitaal ontvangen op 5 juli 2022.
De gemeente dient zich over de meerjarenplanwijziging uit te spreken binnen een termijn van 100 dagen na ontvangst van het advies van het Bisdom. Deze termijn verstrijkt op 13 oktober 2022.
In deze meerjarenplanwijziging wordt een wijziging van de investeringstoelagen gevraagd voor dringende instandhoudingswerken aan de kerk. De uitvoering van deze werken was voorzien in 2021 en wordt nu doorgeschoven naar 2022.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere € 40.410,99. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 29.488,41. De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere € 0. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2022 bedraagt € 50.000. De gemeentelijke investeringstoelage in meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 van kerkfabriek Sint-Amandus Gavere stijgt met € 50.000.
De financieel directeur verleende op 4 augustus 2022 zijn visum voor de dotaties aan Sint-Amandus Gavere.
Art. 1: |
De meerjarenplanwijziging 2 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: |
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan het centraal kerkbestuur, het kerkbestuur, het bisdom en aan de provinciegouverneur. |