De voorzitter opent de zitting op 18/12/2023 om 21:40.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur.
Art. 1: |
De notulen van de zitting van de OCMW-raad van 20 november 2023 goed te keuren. |
Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de OCMW-raad van 20 november 2023 goed te keuren. |
ESF Capacity building is de opvolger van de vroegere ESF-oproep 457 ‘outreach en activering ‘ en de ESF-oproep 510 en 528 ‘lokale partnerschappen voor jongeren'. Deze projecten lopen ten einde op 31 december 2023.
Met deze nieuwe oproep wil Europa WSE duurzame en dynamische partnerschappen opzetten waarin VDAB, lokale overheden en andere relevante dienstverleners samen inspelen op diverse vragen en noden van niet-beroepsactieven en werkzoekenden met een complexe multiproblematiek.
Aan het partnerschap en per werkingsgebied ging een uitgebreid voorbereidend traject vooraf (bepaling problematieken, selectiecriteria en dienstverleners).
Het partnerschap wil alle deelnemers met een complexe problematiek een kans geven op een zinvolle en duurzame deelname aan en een plek in de samenleving en op de arbeidsmarkt. Het partnerschap ambieert om met 2,5 VTE integraal trajectbegeleiders én 1 VTE trajectbegeleider focus werk 75 deelnemers per jaar te begeleiden. Voor Gavere zijn dit 5 begeleidingstrajecten per jaar. Er wordt een uitstroom geambieerd van gemiddeld 20% richting betaalde arbeid. Daarnaast wordt er ingezet op zinvolle opleiding en/of andere activeringstrajecten.
De financiering van de toekomstige lokale partnerschappen bestaat uit 40% EU WSE-middelen, 30% VCF-middelen en 30% cofinanciering. De cofinanciering wordt gelijkwaardig verdeeld over VDAB en de lokale besturen. Deze cofinanciering kan zowel via de inbreng van personeelsinzet als via middelen. De kosten bestaan uit de inzet van projectmedewerkers van de promotor en partners in het project. Bovenop deze loonkosten wordt vanuit Europa WSE een forfait voor alle andere kosten toegekend.
In totaal wordt er voor het samenwerkingsverband een minimale cofinanciering gevraagd voor een bedrag van € 61.540,01 per jaar. De raming geeft geschatte kosten weer voor elk bestuur:
De cofinanciering in loonkost van de 2 halftijdse arbeidstrajectbegeleiders vanuit Werken Leie en Schelde en de financieel verantwoordelijke vanuit de Stad Deinze wordt binnen het ESF berekend op € 80.310,62 per jaar. De effectieve loonkosten werden door Werken Leie en Schelde begroot op € 58.167,43 euro per jaar. De kostenverrekening zal gebeuren op basis van onkostennota’s vanuit Werken Leie en Schelde op basis van de reële loonkost.
De overeenkomst, zoals gezien als bijlage, verankert de afspraken, organisatie en rollenverdeling van het partnerschap. De overeenkomst treedt in werking op 01 januari 2024 onder voorbehoud van goedkeuring van het projectvoorstel in bijlage en zal gelden voor de duur van het ESF-project Lokaal Partnerschap Leie en Schelde met begindatum 1 januari 2024 en de einddatum 31 december 2029.
Art. 1: |
De OCMW-raad keurt de partnerschapsovereenkomst tussen de lokale besturen, VDAB, Projectvereniging Wijkwerkorganisatie Leie en Schelde en partnerorganisaties, zoals gezien als bijlage, goed in het kader van ESF+ programma 2021-2029 Capacity Building. |
Art. 2: |
De voorzitter van de OCMW-raad en de algemeen directeur worden gemachtigd de partnerschapsovereenkomst te ondertekenen. |
Art. 3: |
Het benodigde krediet is opgenomen bij ACT-300 Inzetten op tewerkstelling, beleidsitem 0904-00 Activering van tewerkstelling, algemene rekening 613210 erelonen en vergoedingen voor externe expertises vanaf het boekjaar 2024 en de volgende jaren. |
Art. 4: | Het vast bureau te gelasten met de uitvoering van de onderhavige beslissing. |
Art. 5: |
Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
UiTPAS is een project van de Vlaamse overheid in samenwerking met gemeenten uit Vlaanderen en Brussel. Het is een instrument om de vrijetijdsparticipatie in het algemeen te stimuleren, via een spaar- en voordelenprogramma, met bijzondere aandacht voor mensen in armoede. De algemene realisatie en coördinatie gebeurt door publiq vzw in opdracht van de Vlaamse overheid, die de algemene gebruikersvoorwaarden bepaalt.
Samenwerkingsverband UiTPAS Leie Schelde maakt deel uit van het overkoepelend initiatief ‘UiTPAS' en staat in voor de lokale gebruikersvoorwaarden. De lokale besturen binnen UiTPAS Leie en Schelde engageerden zich om samen één UiTPAS met kansenstatuut te hanteren voor de regio. De voorwaarden om in aanmerking te komen voor een UITPAS Leie Schelde met kansentarief zijn opgenomen in de lokale gebruikersvoorwaarden.
Op heden zijn de begunstigden:
Het lokaal bestuur kan deze lokale gebruikersvoorwaarden verder uit te werken in specifieke gebruikersvoorwaarden. Het is wenselijk om dit te doen voor de volgende categorie van aanvragers:
'Indien de aanvrager niet behoort tot één van bovenstaande categorieën maar in een sociaal en/of financieel precaire situatie verkeert, kan deze persoon via doorverwijzing op maat een UiTPAS met kansentarief aanvragen in het Sociaal Huis/OCMW van zijn/haar/hun gemeente. Een maatschappelijk werker van het Sociaal Huis/OCMW voert hiervoor een beperkt sociaal onderzoek.'
De raad voor maatschappelijk welzijn is bevoegd om de reglementen van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast te stellen.
|
Toepassingsgebied |
Art. 1: |
Het onderhavig reglement concretiseert en vormt een aanvulling op de algemene en lokale gebruiksvoorwaarden voor UITPAS Leie Schelde, zoals vastgesteld in de zitting van de gemeenteraad van 18 december 2023 en eventuele latere wijzigingen. In geval van tegenstrijdigheid hebben de algemene dan wel de lokale gebruiksvoorwaarden voorrang. |
Art. 2: |
Een UiTPAS Leie Schelde met kansenstatuut geeft de pashouder, bovenop het spaar- en voordelenprogramma, automatisch recht op 80% korting op de kostprijs voor deelname of inschrijving. |
Begunstigden |
|
Art. 3: |
Om een UITPAS Schelde Leie met kansenstatuut in Gavere aan te vragen dient de aanvrager
|
Doorverwijzing op maat |
|
Art. 4: |
Indien de aanvrager niet behoort tot één van de bovenstaande doelgroepen maar in een sociaal en/of financieel precaire situatie verkeert, kan de aanvrager via doorverwijzing op maat een UiTPAS met kansentarief aanvragen in het Sociaal Huis. |
Art. 5: |
Het Sociaal Huis verleent een UITPAS met kansentarief bij doorverwijzing op maat aan:
|
Art. 6: |
De aanvrager geeft toestemming aan het lokaal bestuur om op basis van beschikbare data in authentieke bronnen na te gaan of een persoon recht heeft op een UiTPAS met kansenstatuut. |
Art. 7: |
De aanvrager dient zijn rechten maximaal uit te putten. |
Looptijd |
|
Art. 8: | Het kansentarief wordt telkens toegekend tot 30 april van het volgende kalenderjaar. |
Art. 9: | Het Sociaal Huis is belast met de jaarlijkse controle van de UiTPAS met kansentarief. |
Groeps- en/of organisatiepas aan kansentarief |
|
Art. 10: | §1. Een aantal personen verblijft in een zorginstelling binnen de regio van UiTPAS Leie Schelde. Deze personen zijn niet noodzakelijk gedomicilieerd binnen de regio. Om groepen uit deze instellingen aan kansentarief te laten participeren, zullen de zorginstellingen een groepspas kunnen ontvangen. Op deze pas kan een vooraf vastgelegd aantal beurten worden opgeladen die door de instelling kan worden ingezet. Met de groepspas kunnen geen punten verzameld worden. De pas heeft als doel het vertrouwd maken van de groep met UiTPAS en het toeleiden naar een individuele pas indien mogelijk. §2. In uitzonderlijke gevallen zal de instelling een organisatiepas kunnen ontvangen. Deze individuele pas staat op naam van de instelling, die de pas voor deelname aan een activiteit aan een bewoner kan meegeven. De organisatiepas werkt zoals een individuele UiTPAS aan kansentarief. De pas is bedoeld voor personen die slechts tijdelijk binnen de regio verblijven, maar wel tot de doelgroep voor het kansentarief behoren, waardoor de aanvraag van een individuele UiTPAS bemoeilijkt wordt. |
Art. 11: | Het vast bureau wordt gemachtigd om groeps- en/of organisatiepassen aan kansentarief toe te kennen. |
|
Slotbepalingen |
Art. 12: | De benodigde kredieten zijn voorzien bij ACT-299 (Kinder)armoedebestrijding op beleidsitem 0909-00 Overige verrichtingen inzake sociaal beleid en algemene rekening 648190 Andere financiële steun vanaf boekjaar 2024. |
Art. 13: |
Onderhavig reglement treedt in werking op 1 januari 2024. |
Art. 14: |
Onderhavig reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. |
Art. 15: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan:
|
Besluit van de Vlaamse regering van 22 november 2013 betreffende de vergunningsvoorwaarden en het kwaliteitsbeleid voor gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters
Het huidige huishoudelijk reglement dateert van 2021 en is aan een actualisatie toe.
De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op:
Elke wijziging van het huishoudelijk reglement, die in het nadeel is van de ouders, moet minstens 2 maanden vooraf schriftelijk aan de ouders gemeld worden. De huidige actualisatie van het huishoudelijk reglement bevat geen wijzigingen in het nadeel van de ouders.
Art. 1: | Het huishoudelijk reglement van de dienst onthaalgezinnen vast te stellen, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Onderhavig reglement treedt in werking op 1 januari 2024 en vervangt het OCMW-raadsbesluit van 25 oktober 2021 houdende huishoudelijk reglement dienst onthaalgezinnen - vaststellen (vervangen OCMW-raadsbesluit van 7 november 2018). |
Art. 3: | Onderhavig reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. |
Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan
|
Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, artikel 4.
Het lokaal bestuur neemt zich voor om in dienstvoertuigen en mobiele machines een geolokalisatiesysteem aan te brengen. Het geolokalisatiebeleid beschrijft het doel en de modaliteiten van het geolokalisatiesysteem en de rechten van de personeelsleden ten aanzien hiervan.
Het geolokalisatiebeleid werd door de functionaris voor gegevensbescherming op 2 juni 2023 onderworpen aan een gegevensbeschermingseffectenbeoordeling-check (of GEB-check) om na te gaan of er een gegevensbeschermingseffectenbeoordeling (GEB), zoals bedoeld in artikel 25 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) noodzakelijk is. De conclusie van de GEB-check luidde dat het geolokalisatiebeleid de verwerking van persoonsgegevens beoogt die niet zijn vrijgesteld en er bijgevolg een verplichting bestaat om een GEB-procedure op te starten.
Art. 1: |
De bijlage 'geolokalisatiebeleid' aan het arbeidsreglement voor het OCMW-personeel vast te stellen, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Het arbeidsreglement wordt ter beschikking gesteld op de dienst administratieve organisatie. |
Art. 3: | Onderhavige beslissing treedt in werking op heden. |
Art. 4: | Onderhavige beslissing wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur. Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 161.
De microstructuur van het lokaal bestuur Gavere werd in 2 fasen onderworpen aan een analyse. In de eerste fase kwamen de dienst burgerzaken, de afdeling ruimte, de dienst financiële organisatie en de dienst onthaalgezinnen aan bod. In de tweede fase kwamen het sociaal huis, het Huis van het Kind, de afdeling vrijetijd en de dienst administratieve organisatie aan bod. De analyse van deze tweede fase resulteerde in drie rapporten: 1° voor vrijetijd en opgroeien; 2° voor administratieve organisatie; en 3° voor sociaal huis. De belangrijkste conclusies uit deze rapporten werden toegelicht tijdens de gemeenteraadscommissie algemeen beleid van 12 december 2023. De rapporten geven aanleiding tot een nieuwe aanpassing van het organogram en de personeelsomkadering.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stellen het gezamenlijk organogram van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast. Volgens de memorie van toelichting bij het decreet lokaal bestuur "komt het de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn toe om een gezamenlijk organogram van de diensten van zowel de gemeente als het OCMW vast te stellen, elk binnen het eigen bevoegdheidsdomein. Het begrip “gezamenlijk” staat voor een identiek voorstel. Dat betekent dat er twee besluiten over eenzelfde voorstel zullen worden genomen".
Het organogram geeft de organisatiestructuur van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn weer, duidt de gezagsverhoudingen en de functies aan waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden.
De algemeen directeur zorgt in overleg met het managementteam voor het voorontwerp van het organogram.
Het managementteam besprak het voorontwerp tijdens zijn vergadering van 17 november 2023 en gaf een positief advies.
Het hoog overlegcomité besprak het ontwerp tijdens zijn vergadering van 28 november 2023 en gaf een gunstig advies.
Het organogram werd op de volgende punten gewijzigd:
Voor de inhoudelijke motivatie van deze wijzigingen wordt verwezen naar de rapporten van Probis 'as is' en 'to be' van de diensten vrije tijd en opgroeien, administratieve organisatie en sociaal huis.
De personeelsformatie vermeldt het aantal betrekkingen per graad in voltijdse equivalenten en maakt een onderscheid tussen de statutaire betrekkingen en de contractuele betrekkingen.
De decreetgever heeft het begrip 'personeelsformatie' in het decreet lokaal bestuur niet hernomen wegens "niet (...) eigentijds en adequaat (...) voor de weergave van de reële personeelsbehoefte en voor het concrete personeelsbeheer". De decreetgever gaat evenwel uit van een vorm van personeelsplanning want hij meent dat "het organogram de vertaling is van het personeelsbehoefteplan dat onder meer het aantal betrekkingen per graad, een vermindering of vermeerdering van het aantal betrekkingen (de behoefte), het afschaffen en de omvorming van betrekkingen voor een welbepaalde dienst aangeeft. De concrete vaststelling van dit personeelsplan (PEP) is een beslissing tot vaststelling van de personeelsformatie als vermeld in artikel 11, §1, 1°,van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel". De geldende personeelsformaties van gemeente en OCMW zijn gebaseerd op een globaal personeelsbehoeftenplan dat daarna telkens incrementeel wordt bijgestuurd, zodat ze verder als instrument van personeelsplanning kunnen aangewend worden. We gebruiken voortaan de term personeelsomkadering.
De personeelsomkadering werd op de volgende punten gewijzigd:
Voor de inhoudelijke motivatie van deze wijzigingen wordt verwezen naar de rapporten van Probis 'as is' en 'to be' van de diensten vrije tijd en opgroeien, administratieve organisatie en sociaal huis.
De financiële effecten werden berekend op basis van de gemiddelde loonkost (gemiddelde van de 1e weddeschaal-trap 6 en de 3e weddeschaal-trap 27).
De financiële effecten op het meerjarenplan kunnen als volgt samengevat worden:
Art. 1: |
Het organogram vast te stellen, zoals gezien in bijlage. In het organogram de functies aan te duiden waaraan het stemgerechtigd lidmaatschap van het managementteam verbonden is. Het gaat in concreto om de volgende functies:
De burgemeester, of de schepen door hem aangewezen, maakt met raadgevende stem deel uit van het managementteam. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 2: |
De personeelsomkadering als volgt vast te stellen:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 3: |
De uitdovende personeelsomkadering als volgt vast te stellen:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 4: |
Onderhavige beslissing treedt in werking op heden en vervangt integraal:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 5: |
De nodige aanpassingen van de personeelskredieten worden opgenomen in de eerstvolgende meerjarenplanaanpassing. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Art. 6: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie en dienst financiële organisatie) en aan alle diensten. |
OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en die bestemd is voor de raad voor maatschappelijk welzijn, wordt meegedeeld aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt dat de beslissingen van de algemene vergadering van de welzijnsverenigingen ter kennisname worden voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
OCMW-raadsbesluit van 25 oktober 2021 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019).
De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht aan de voorzitter van het vast bureau en aan het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 18/12/2023 om 21:54.
Namens OCMW-raad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de OCMW-raad