De voorzitter opent de zitting op 13/09/2021 om 20:00.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
Art. 1: |
De notulen van de zitting van de gemeenteraad van 21 juni 2021 goed te keuren. |
Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de gemeenteraad van 21 juni 2021 goed te keuren. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper aan op 21 juli 2021 en eindigt op 9 september 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 17.610,13. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 11.445,76.
De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 48.562,45.
Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Martinus Asper, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem aan op 21 juli 2021 en eindigt op 9 september 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan € 11.395. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 6.552.
De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 0.
Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikelen 43, 48 en 50.
Het centraal kerkbestuur dient de meerjarenplanwijzigingen van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen.
De meerjarenplanwijziging werd bij de gemeente ingediend op 29 juni 2021. Het advies van het bisdom werd digitaal ontvangen op 6 juli 2021.
De gemeente dient zich over de meerjarenplanwijziging uit te spreken binnen een termijn van 100 dagen na ontvangst van het advies van het bisdom. Deze termijn verstrijkt 15 oktober 2021.
In deze meerjarenplanwijziging wordt een wijziging van de investeringstoelagen gevraagd voor:
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2021 bedraagt volgens het meerjarenplan van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne € 17.534,29. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2021 bedraagt € 17.534,29, de gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2021 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne € 49.000. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2021 bedraagt € 20.000. De gemeentelijke investeringstoelage in de meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 daalt met € 29.000.
Art. 1: | De meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne goed te keuren zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne en aan het centraal kerkbestuur. |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot de budgetwijziging 1 2021 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne aan op 12 juli 2021 en eindigt op 31 augustus 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 17.534,29. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2021 bedraagt € 7.190,19.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2021 in de voorliggende budgetwijziging is ongewijzigd en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2021 bedraagt volgens de meerjarenplanwijziging 1 2020-2025 van kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne € 20.000.
Deze toelage is in overeenstemming met de meerjarenplanwijziging 1 2020-2025.
Art. 1: | Kennis te nemen van de budgetwijziging 1 2021 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne aan op 21 juli 2021 en eindigt op 9 september 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan € 17.957,62. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 12.471,61.
De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 22.700.
Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere aan op 21 juli 2021 en eindigt op 9 september 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan € 40.410,99. De door de kerkraad gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 29.488,41.
De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 0.
Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48 en 50.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over de ingediende budgetwijziging. Met betrekking tot de budgetwijziging 1 2021 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake vangt deze termijn aan op 10 juli 2021 en eindigt op 29 augustus 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake € 19.878,90. De door de kerkraad gebudgetteerde exploitatietoelage voor 2021 bedraagt voor dit boekjaar in het meerjarenplan € 14.925,05.
De gemeentelijke exploitatietoelage in de voorliggende budgetwijziging 1 2021 bedraagt € 14.925,05 en blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2021 bedraagt volgens het meerjarenplan van kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake € 35.000. De gebudgetteerde investeringstoelage voor 2021 bedraagt voor dit boekjaar in de budgetwijziging € 35.000.
In de voorliggende budgetwijziging 1 2021 is de herbelegging voorzien van de ontvangst bij verkoop van een woning in 2020 voor een bedrag van € 201.762,26.
De gemeentelijke investeringstoelage in de budgetwijziging 1 2021 is ongewijzigd en blijft binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van budgetwijziging 1 2021 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake aan op 21 juli 2021 en eindigt op 9 september 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage bedraagt volgens het meerjarenplan € 20.270,48. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 14.022,79.
De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage bedraagt € 0.
Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, artikel 48.
Het centraal kerkbestuur dient de budgetten van de kerkfabrieken gecoördineerd in te dienen bij de gemeente nadat het advies van het erkend representatief orgaan werd ontvangen. De gemeente beschikt over een termijn van 50 dagen om zich uit te spreken over het ingediend budget. Deze termijn vangt met betrekking tot het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste aan op 21 juli 2021 en eindigt op 9 september 2021.
De gemeentelijke exploitatietoelage voor 2022 bedraagt volgens het meerjarenplan € 10.037,39. De door de gebudgetteerde gemeentelijke bijdrage voor 2022 bedraagt € 6.040,27.
De gemeentelijke exploitatietoelage blijft bijgevolg binnen het bedrag van het goedgekeurd meerjarenplan.
De gebudgetteerde gemeentelijke investeringstoelage voor 2022 bedraagt € 0.
Deze toelage is in overeenstemming met het meerjarenplan.
Art. 1: | Kennis te nemen van het budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing zal overgemaakt worden aan het bisdom Gent, aan de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste, aan het centraal kerkbestuur en aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 4°.
De deelnemende gemeenten worden uitgenodigd om deel te nemen aan de algemene vergadering van de vennootschap op 30 september 2021, waarbij een fusie tussen huisvestigingsmaatschappijen zal worden voorgelegd ter goedkeuring, in aanwezigheid van de notaris.
Op de gemeenteraad van 23 juni 2021 werden schepen Peggy Demoor en raadslid Roland De Bosscher respectievelijk aangeduid als vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger in de algemene vergadering.
De agenda van de algemene vergadering van 30 september 2021 bevat de volgende agendapunten:
Ter voorbereiding zijn de beschikbare bijlagen (inclusief gedetailleerde agenda) en stavingsstukken toegevoegd aan het dossier.
De Vlaamse Codex Wonen van 2021 legt sociale huisvestingsmaatschappijen een aantal minimumvereisten op naar schaal toe, waaronder per 1 januari 2019 minstens 1.000 sociale huurwoningen in beheer hebben. De Nieuwe Haard beantwoordt op heden niet aan deze vereiste. De Vlaamse Regering kan uitstel tot maximaal vijf jaar verlenen om te voldoen aan deze voorwaarde indien hiertoe een aanvraag wordt ingediend.
Daarnaast staat een nieuwe wijziging aan het regelgevend kader op til, waarbij de diensten van sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren actief in hetzelfde referentiegebied dienen te worden samengebracht tot één woonactor per gemeente, nl. een woonmaatschappij. Het werkingsgebied van De Nieuwe Haard en SHM Vlaamse Ardennen is aansluitend en valt binnen hetzelfde referentiegebied.
Gezien het voorgaande, is een fusie tussen De Nieuwe Haard en SHM Vlaamse Ardennen aangewezen. Een fusie tussen De Nieuwe Haard en SHM Vlaamse Ardennen levert een solide sociale huisvestingsmaatschappij op, waarbij kan worden ingezet op dienstverlening dichtbij de burger en een nauwe samenwerking met de lokale besturen. De fusie zal leiden tot schaalvoordelen, waaronder het bundelen van expertise en het bekomen van een financieel sterke organisatie.
Onder voorbehoud van de goedkeuring door de respectievelijke buitengewone algemene vergadering van De Nieuwe Haard en SHM Vlaamse Ardennen, zal de fusie tussen De Nieuwe Haard en SHM Vlaamse Ardennen worden gestructureerd als een fusie door overneming, in de zin van in art. 671 Wetboek van Vennootschappen / art. 12:2 Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, tussen De Nieuwe Haard, als overgenomen vennootschap, en SHM Vlaamse Ardennen, als overnemende vennootschap, waarbij het gehele vermogen van De Nieuwe Haard, alle activa en passiva, zowel de rechten als de verplichtingen, van rechtswege en gelijktijdig, als gevolg van de ontbinding zonder vereffening van De Nieuwe Haard, overgaat op SHM Vlaamse Ardennen tegen de uitreiking van nieuwe aandelen van SHM Vlaamse Ardennen aan de aandeelhouders van De Nieuwe Haard (de “Fusie”).
Het gemeenschappelijk fusievoorstel werd opgesteld door de raden van bestuur van de beide Vennootschappen en werd op 24 juni 2021 goedgekeurd (het “Fusievoorstel”). Inmiddels werd dit Fusievoorstel neergelegd op de griffie van de bevoegde ondernemingsrechtbanken en bij uittreksel bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad.
De gemeenteraad kan ook kennis nemen van de andere documenten die haar in het kader van de Fusie ter beschikking worden gesteld, met name het bijzonder fusieverslag van de SHM Vlaamse Ardennen, het verslag van de commissaris van de SHM Vlaamse Ardennen over het fusievoorstel, het bijzonder verslag van de SHM Vlaamse Ardennen inzake de wijziging van de soorten van aandelen en het bijzonder verslag van de SHM Vlaamse Ardennen inzake de wijziging van het doel/voorwerp, alsook de nieuwe statuten die de SHM Vlaamse Ardennen na de Fusie zal aannemen (al deze documenten samen met het Fusievoorstel, hierna de “Fusiedocumentatie”).
In het kader van de Fusie, zal aan de buitengewone algemene vergadering van SHM Vlaamse Ardennen eveneens worden voorgesteld om
(i) het kapitaal van SHM Vlaamse Ardennen te verminderen,
(ii) het doel en voorwerp van SHM Vlaamse Ardennen te wijzigen om deze in lijn te brengen met de bepalingen van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en de Omzendbrief van 24 april 2020 OMG/W 2020/3 betreffende de impact van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen op de sociale huisvestingsmaatschappijen,
(iii) de rechtsvorm van SHM Vlaamse Ardennen naar een besloten vennootschap om te zetten, en
(iv) na de Fusie nieuwe statuten aan te nemen o.a. om deze in lijn te brengen met de bepalingen van het WVV, de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en bovenvermelde omzendbrief.
Art. 1: |
De gemeenteraad neemt kennis van het fusiedossier betreffende de maatschappijen De Nieuwe Haard en Vlaamse Ardennen en fusiedocumentatie terzake, zoals hierbij gezien als bijlage. |
Art. 2: |
De gemeenteraad neemt kennis van de intentie van de raad van bestuur van de Vlaamse Ardennen om een buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders samen te roepen op 30 september 2021 om 17uur, in Salons Mantovani, gelegen te Doorn 1, 9700 Oudenaarde, met dien verstande dat, indien bepaalde verslagen of documenten niet tijdig beschikbaar zouden zijn, of indien bepaalde formaliteiten in het kader van de fusie (bijv. m.b.t. de overdracht van onroerend goed) niet tijdig kunnen worden voltooid, de buitengewone algemene vergadering zal worden gehouden zo spoedig mogelijk na hun terbeschikkingstelling of de voltooiing van de formaliteiten. De gemeenteraad hecht tevens zijn goedkeuring aan de punten die dit vereisen:
|
Art. 3: |
De vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger die zal deelnemen aan de algemene vergadering op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in de gemeenteraad van heden inzake onderhavige aangelegenheid. |
Art. 4: |
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en onder meer hiervan kennis te geven aan Sociale Huisvestingsmaatschappij Vlaamse Ardennen, Sint-Jozefplein 18, 9700 Oudenaarde. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 263.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bepalen wanneer hen een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, wordt voorgelegd.
Er wordt minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar voorgelegd.
Dit opvolgingsrapport omvat:
De informatie die vervat zit in dit opvolgingsrapport dateert van 30 juni 2021, met uitzondering van de voorlopige staat van opbrengsten en kosten (het J5-schema) dat de toestand per 26 augustus 2021 weergeeft.
De financiële realisaties in de schema's betreffen de effectieve aanrekeningen van de uitgave- en ontvangstkredieten. Vastgelegde kredieten die nog niet aangerekend (lees: uitgevoerd) zijn, worden dus niet opgenomen in de realisatiegraad van de kredieten. Vastgelegde verbintenissen die door de leveranciers wel reeds uitgevoerd zijn, maar (nog) niet op 30 juni aan de gemeente of het OCMW gefactureerd werden, zijn logischerwijs evenmin opgenomen in de financiële schema's vermits aanrekeningen van uitgaven enkel geregistreerd worden na ontvangst van de factuur.
Art. 1: | Kennis te nemen van het opvolgingsrapport 2021, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Het opvolgingsrapport 2021 omvat op datum van 30 juni 2021:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 265.
Tot eind juni 2021 kon elk Gavers gezin een gratis boom bestellen. De bomen kunnen begin november afgehaald worden.
Ca. 760 gezinnen gingen op het aanbod in. Er zullen een aantal extra bomen per soort bij besteld worden om eventuele beschadigingen/takbreuken e.d. te compenseren.
De raming voor de aankopen bedraagt € 20.000 euro.
Momenteel is bovenstaand krediet niet opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025. Bijgevolg kan enkel de gemeenteraad zich engageren om deze opdracht toe te wijzen. Artikel 265 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur bepaalt dat, indien een gemeente niet over uitvoerbare kredieten beschikt voor het lopende boekjaar, het aangaan of het wijzigen van verbintenissen onderworpen is aan de voorafgaande goedkeuring door de gemeenteraad.
Vermits deze uitgave niet voorzien is in het huidig meerjarenplan en er geen of onvoldoende krediet kan vrijgemaakt worden via een verschuiving van ramingen, kan de aankoop van de bomen enkel toegewezen worden door de gemeenteraad.
Er werden 3 offertes opgevraagd voor volgende levering van bomen met plantmaat 8/10 (bw):
Er werden offertes gevraagd aan vier kwekers/leveranciers:
Drie ervan hebben een offerte bezorgd :
Van de firma Greentrader werd geen offerte ontvangen.
Art. 1: | De opdracht voor het leveren van de bomen voor de boomplantactie 2021 wordt gegund aan de firma Rahoens-Oosterzele tegen de prijs van € 15.000 exclusief 6 % BTW. |
Art. 2: | Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
Besluit van de Vlaamse regering van 4 juni 2021 tot toekenning van een subsidie aan de Vlaamse gemeenten voor klimaatacties ter uitvoering van het Lokaal Energie- en Klimaatpact.
Op 16 december 2019 ondertekende het gemeentebestuur het Burgemeestersconvenant en ging hiermee het engagement aan om op het eigen grondgebied 40% CO2 te reduceren tegen 2030.
Het lokaal klimaat- en energieactieplan (SECAP) bepaalt de hoofdlijnen van het gemeentelijk klimaat- en energiebeleid en de concrete acties waarmee de klimaatdoelstellingen worden nagestreefd.
Het besluit van 4 juni 2021 legt vast dat de Vlaamse Regering bijkomend wil investeren om het maatschappelijk en economisch weefsel te herstellen na de zware impact van COVID-19 (cfr. Vlaams relanceplan Vlaamse Veerkracht). Daarbij wordt ingezet op gemeentelijke klimaatacties ter realisatie van het Lokaal Energie- en Klimaatpact. Die gemeentelijke klimaatacties dragen bij aan de economische relance en ondersteunen lokale oplossingen voor klimaatadaptatie en -mitigatie.
Met het ondertekenen van het Vlaams energie- en klimaatpact gaat de gemeente de volgende engagementen aan:
De gemeente wordt bij de uitvoering van acties binnen de vier werven door diverse partners ondersteund zoals Veneco, Fluvius, Woonloket Leie-Schelde, provinciebestuur Oost-Vlaanderen, sociale huisvestingsmaatschappijen, ...
De gemeente is vrij om projecten en klimaatacties te kiezen zolang ze bijdragen aan de doelstellingen van het Pact.
Alle deelnemende gemeenten samen krijgen in voorjaar 2022 een subsidie van 24.324.010 euro voor klimaatacties ter realisatie van een of meer van de doelstellingen van het Lokaal Energie- en Klimaatpact.
De subsidie wordt voor 4/5e verdeeld volgens het inwonersaantal van de gemeenten en voor 1/5e volgens het totale aandeel van de gemeenten en hun OCMW’s in het Gemeentefonds voor 2020.
Voor de jaren daarna wordt er op Vlaams niveau een totaal budget van 10.000.000 euro voorzien, dit zal steeds worden vermeerderd met middelen uit het Klimaatfonds. Het bedrag per gemeente kan elk jaar verschillen.
Gemeente |
Ondersteuning via Klimaatpact (in euro) in 2022 |
Gavere |
€ 42.266 |
Naast de toegekende algemene werkingssubsidie, dient 50% cofinanciering vanuit de gemeente aangetoond te worden. Deze cofinanciering kan bestaan uit personeelskosten, investeringskosten, werkingskosten of andere vormen van subsidie (bv. uit Europese projecten, Energieambassadeurs,…).
De subsidie wordt toegekend als een algemene werkingssubsidie die voor een eerste keer zal worden uitbetaald in maart/april 2022.
De inkomst zal geboekt worden onder beleidsactie 256 “Rationeel energieverbruik”, beleidsitem 0350-00 “Klimaat en energie” en algemene rekening 150000.
Art. 1: | De gemeenteraad gaat akkoord met het ondertekenen van het Lokaal Energie- en Klimaatpact en engageert zich om in samenwerking met diverse partnerorganisaties de doelstellingen van het Lokaal Energie- en Klimaatpact na te streven. |
Art. 2: | Deze beslissing over te maken aan het Agentschap Binnenlands Bestuur via het Loket Lokale Besturen. |
Decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen, artikel 5.
De gemeentelijke adviesraden voor cultuur en voor toerisme en erfgoed stellen in volgorde van voorkeur en meerderheid van stemmen volgende namen voor:
Het college van burgemeester en schepenen stelde de naam 'Egmontpark' voor, aangezien er op de locatie van deze straat een park zal worden aangelegd.
Gavere mag sinds de 16de eeuw de titel van prinsdom (*) voeren dankzij Lamoraal van Egmont. Ondanks dat deze titel slechts een symbolische betekenis heeft, wil Gavere met deze naamgeving verwijzen naar deze voor Vlaanderen en onze regio belangrijke historische figuur.
(*) Egmont, heer van Zottegem en gouverneur van Vlaanderen erfde deze titel van “Prins van Gavere” (verleend door Keizer Karel V) van zijn moeder Françoise van Luxemburg bij zijn huwelijk met Sabina van Beieren in 1544.
De gemeenteraad stelde de straatnaam Egmontpark voorlopig vast op 21 juni 2021.
Het onderzoek de commodo et incommodo liep van 5 juli 2021 tot en met 9 augustus 2021.
Het onderzoek de commodo et incommodo leverde geen bezwaar op.
Art. 1: | De straatnaam voor het bouwproject gelegen in de Onderstraat 11-19 als volgt definitief vast te stellen: Egmontpark. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling vrijetijdszaken, de afdeling grondgebiedszaken en de dienst communicatie. |
Art. 3: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de gemeentelijke adviesraden voor cultuur en voor toerisme en erfgoed. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 11° en 56 §3 1° en 8° b).
Vzw De Bolster is een voorziening voor volwassenen met een verstandelijke beperking en/of een niet-aangeboren hersenletsel. De vzw heeft een werking in de Middelwijk en gebruikt sinds het schooljaar 2019-2020 gedurende 2 dagdelen lokalen van de gemeentelijke basisschool: de zogenaamde speel-o-kook voor een creatief atelier en het computerlokaal voor IT-initiatie.
De vzw is vragende partij om het gebruik te hernieuwen voor het schooljaar 2021-2022. De speel-o-kook is niet langer beschikbaar omdat die door de school wordt ingezet voor co-teaching.
De vraag van vzw De Bolster kan niet ingepast worden binnen de voorwaarden bepaald in het huishoudelijk reglement. Zodoende dient de gemeenteraad te beslissen over de toestemming en de voorwaarden tot gebruik.
Art. 1: | Lokalen van de gemeentelijke basisschool De Vierklaver - vestiging Gavere - in gebruik te geven aan vzw De Bolster, Kasteeldreef 2 te 9630 Zwalm. |
Art. 2: | De overeenkomst voor het gebruik van de lokalen vast te stellen, zoals gezien in bijlage. De voorzitter en de algemeen directeur te machtigen om de gebruiksovereenkomst namens de gemeente Gavere te ondertekenen. |
Het decreet van 29 maart 2019 betreffende het individueel bezoldigd personenvervoer bepaalt dat een vergunning voor het verhuren van voertuigen met bestuurder wordt uitgereikt door de gemeente waar de exploitatiezetel van de uitbater gevestigd is. Deze vergunning geldt voor heel Vlaanderen. Vlaanderen legt een uniform tarief op aan exploitanten van personenvervoer dat de lokale besturen via een belastingkohier dienen te innen.
Op 17 juli 2020 stemde de Vlaamse regering een decreet over tijdelijke noodmaatregelen voor het individueel bezoldigd personenvervoer. Dit decreet machtigt de gemeenten om de vergunninghouder al dan niet gedeeltelijk vrij te stellen van de belastingplicht.
Bij gemeenteraadsbesluit van 19 oktober 2020 werd een vrijstelling van 50% op deze belasting voor het aanslagjaar 2020 toegekend.
Gezien het nooddecreet geen concrete einddatum van het einde van de maatregelen bepaalt en de civiele noodsituatie bij besluit van de Vlaamse regering van 26 februari 2021 werd verlengd, kan deze tijdelijke vrijstelling hernomen worden voor aanslagjaar 2021. Vermits de exploitanten van het individueel bezoldigd personenvervoer zowel belast worden voor hun maatschappelijke zetel via de gemeentebelasting op economische activiteit als op hun uitbating via het decreet van 29 maart 2019 betreffende het individueel bezoldigd personenvervoer, lijkt een nieuwe gedeeltelijke vrijstelling verdedigbaar temeer omdat er in de eerste jaarhelft van 2021 opnieuw weinig tot geen vraag naar personenvervoer was.
De tarieven van het individueel bezoldigd personenvervoer zoals vastgesteld door de gemeenteraad in haar besluit van 20 januari 2020 bedragen:
Art. 1: | Voor het aanslagjaar 2021 staat de gemeente Gavere een vrijstelling toe van 50% op de geldende belastingtarieven zoals bepaald in artikel 3 van het belastingreglement van 20 januari 2020 op de exploitatie van een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer en dit bij toepassing van het decreet van 17 juli 2020 over tijdelijke noodmaatregelen voor het individueel bezoldigd personenvervoer naar aanleiding van de coronacrisis. |
Art. 2: | De belastingtarieven op de exploitatie van een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer bedragen voor aanslagjaar 2021 bijgevolg als volgt:
|
Art. 3: | De overige bepalingen van het belastingreglement van 20 januari 2020 op de exploitatie van een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer blijven onverkort van toepassing. |
In het kader van de lokale bron- en contactopsporing sloot de gemeente Gavere een samenwerkingsovereenkomst af voor optie 1 (preventie, sensibilisering, bronopsporing en quarantainecoaching). Tegenover het engagement van de gemeente plaatste de Vlaamse overheid een forfaitaire subsidie van 0,125 euro per inwoner per maand en dit aanvankelijk voor een maximum van 5 maanden (te rekenen vanaf 1 november).
De Vlaams overheid verlengde aanvankelijk de maatregelen voor de periode van 1 april tot en met 30 juni 2021. Op 7 mei 2021 paste de Vlaamse overheid de periode aan zodat die loopt tot 31 augustus 2021; op 16 juli werd de periode opnieuw verlengd tot 15 oktober 2021. De gemeenteraad dient een expliciete beslissing te nemen met betrekking tot zijn engagement voor optie 1. Er is een nieuw addendum vereist.
Art. 1: | Het "addendum bij de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het besluit Vlaamse Regering 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de Covid -19- pandemie te versterken tot verderzetting van de engagementen en het geconsolideerde besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken tot verderzetting van de engagementen in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19 pandemie te versterken", goed te keuzen, zoals gezien in bijlage. De burgemeester en de algemeen directeur zullen de overeenkomst en de bijlagen namens de gemeente ondertekenen. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing (inclusief addendum) over te maken aan het Agentschap Binnenlands Bestuur via het digitaal loket. Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de zorgraad en het COVID-team van de eerstelijnszone. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
Het lopende openbaar onderzoek van de omgevingsvergunningsaanvraag voor het bedrijventerrein “DE MEIRE” in Asper maakt heel wat beroering los. Er rijzen veel vragen bij dit project. Tal van burgers beschouwen het als achterhaald; de opportuniteit wordt ernstig in vraag gesteld. De situatie op vandaag is niet vergelijkbaar met de toestand van 13 jaar geleden toen het RUP Bedrijvencentrum De Meire tot stand kwam. Een herevaluatie van het project in het licht van de actuele toestand dringt zich op.
Zonder op alle details in te gaan en zonder vooruit te lopen op de bevindingen van het openbaar onderzoek, mag toch gewezen worden op een aantal knelpunten, zoals:
Het voorstel van beslissing luidt:
De raad verzoekt het CBS om het project Bedrijventerrein De Meire stil te leggen, het openbaar onderzoek op te schorten, en tot een grondige herevaluatie over te gaan, door:
Art. 1: | Het voorstel wordt verworpen. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
De gemeentelijke overlegstructuur verkeer en mobiliteit vervult een belangrijke rol in het mobiliteits- en verkeersbeleid van de gemeente. Het is dan ook noodzakelijk om dit adviesorgaan actief te betrekken bij de mobiliteitsdossiers. Een regelmatige vergaderfrequentie, een gestructureerde agenda en een opvolging van adviezen zijn daarbij een must.
Momenteel staan een groot aantal mobiliteitsitems aan de orde:
Er zijn zowel positieve als negatieve evoluties, die alle om een zorgvuldige en alerte opvolging vragen. Zo hebben vele burgers zich verwonderd over de recente aanleg van een tractorsluis in de Muntekouter. Deze ingreep kadert wellicht in de implementatie van de plannen voor fietsroutes op landelijke wegen. De besluitvorming blijft blijkbaar beperkt tot een politiereglement d.d. 23/08/2021). We missen een gemotiveerd collegebesluit dat de deze ingreep toelicht en kadert in het ruimere mobiliteitsbeleid. Voor de leden van de GOS kwam de toelichting op de vergadering van 12 mei jl. over als een eerste kennismaking met een interessant maar nog verder te onderzoeken en te overleggen plan. Met deze snelle partiële implementatie is het niet duidelijk in welke fase van de besluitvorming we ons nu eigenlijk bevinden.
Wat betreft De Meire en Dwars door Asper wordt het met de dag duidelijker dat er heel wat vragen zijn rond de mobiliteitseffecten, de veiligheid van de zachte weggebruikers, de toename van verkeersoverlast. Dit alles zijn punten waarover de GOS mobiliteit en verkeer zich grondig zou moeten kunnen buigen. Over sommige punten heeft de GOS al enkele adviezen uitgebracht of vragen geformuleerd, waarvoor verdere opvolging nodig is. Dit is onder andere het geval voor uitbreiding van zone 30’s en de plannen van Infrabel rond de sluiting van spooroverwegen.
Al deze ontwikkelingen vragen ook, samen met de evoluerende inzichten rond verkeersveiligheid, om een grondige bijsturing van het mobiliteitsplan van 2015.
Het voorstel van beslissing luidt:
Om al deze redenen vraagt de Raad het CBS:
Art. 1: | Het voorstel wordt verworpen. |
Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.
De verslagen en de einddocumenten van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 13/09/2021 om 22:32.
Namens Gemeenteraad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Dieter De Mets
voorzitter van de gemeenteraad