Identiteitskaarten, vreemdelingenkaarten, verblijfsaanvragen, ... worden aangevraagd bij de dienst bevolking van de gemeente, maar worden niet door de gemeente zelf aangemaakt. De kaarten worden gemaakt door de FOD Binnenlandse Zaken en aan de gemeenten geleverd. De aanmaakkosten worden door de FOD gefactureerd aan de gemeenten. De gemeenten rekenen deze kost vervolgens door aan de burger en kunnen daarbij een kleine retributie vragen voor de afgifte van de kaarten.
De gemeenten zijn ertoe gemachtigd om in sommige gevallen paspoorten af te leveren. De consulaire heffing, de aanmaakprijs en de leveringsprijs worden bepaald door de FOD Buitenlandse Zaken. Gemeenten kunnen daarbij een kleine retributie vragen voor de afgifte van het document.
Artikel 61 en artikel 64 sexies van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs bepalen de retributies die verschuldigd zijn voor de afgifte van de verschillende soorten rijbewijzen. De gemeente int die retributie voor rekening van de federale overheid. Gemeenten kunnen daarbij een kleine retributie vragen voor de afgifte van het rijbewijs.
De aankoopprijs van een trouwboekje stijgt van 17,28 euro per boekje (kostprijs 2018) naar 22,52 euro per boekje (raming 2023). De aankoopprijs uit 2018 werd in het retributiereglement van 18 november 2019 opgetrokken tot het retributietarief van 20 euro per boekje tot en met 2025. Dit, om eventuele toekomstige prijsstijgingen op te vangen. Op vandaag merken we dat de kostprijs van een trouwboekje aanzienlijk meer gestegen is dan verwacht. Bijgevolg wordt voorgesteld om het retributietarief te verhogen van 20 euro naar 25 euro per trouwboekje.
Op 1 januari worden jaarlijks de vergoedingen voor eID's en documenten geïndexeerd op basis van de schommelingen van de gezondheidsindex. Daarbij is er een discrepantie tussen de nieuwe federale prijzen wat betreft de reispassen voor Belgen en vreemdelingen waarbij Belgen tot tien euro meer betalen afhankelijk van de gekozen procedure.
De geïndexeerde federale tarieven voor de aanmaak van reispassen bedragen vanaf 1 januari 2023:
Volwassenen gewone procedure Belg |
74 euro |
Volwassenen gewone procedure vreemdeling |
70 euro |
Volwassenen spoedprocedure Belg |
260 euro |
Volwassenen spoedprocedure vreemdeling |
250 euro |
Volwassenen superdringend Belg (in 4,5 uur af te halen in Brussel) |
320 euro |
Volwassenen superdringend vreemdeling |
310 euro |
Kinderen (≤ 12 jaar) gewone procedure Belg |
35 euro |
Kinderen (≤ 12 jaar) gewone procedure vreemdeling |
41 euro |
Kinderen spoedprocedure (≤ 12 jaar) Belg & vreemdeling |
210 euro |
Kinderen (≤ 12 jaar) superdringend Belg & vreemdeling |
270 euro |
Kinderen (≥ 12 jaar) gewone procedure Belg |
44 euro |
Kinderen (≥ 12 jaar) gewone procedure vreemdeling |
50 euro |
Kinderen (≥ 12 jaar) spoedprocedure Belg & vreemdeling |
230 euro |
Kinderen (≥ 12 jaar) superdringend Belg & vreemdeling |
290 euro |
Bij volwassenen betalen Belgen steeds meer dan vreemdelingen voor eenzelfde procedure bij de aanvraag van een reispas. Voor kinderen dienen Belgische ouders dan weer meer te betalen dan vreemdelingen bij de gewone aanmaakprocedure van een reispas. Enkel in geval van spoedprocedures voor kinderen zijn de federale tarieven gelijk.
Geregeld krijgt men op de dienst bevolking hieromtrent een opmerking.
Voorgesteld wordt om het retributiereglement van 18 november 2019 op de afgifte van administratieve stukken bij te sturen zodat de totale kostprijs (gemeentelijke retributie + federaal tarief) voor een reispas bij iedere procedure dezelfde is voor Belgen en vreemdelingen, zowel bij volwassenen als bij kinderen. Dit kan door de gemeentelijke retributie met het betrokken verschil te verhogen voor Belgische kinderen en voor meerderjarige vreemdelingen.
Ingeval weigering of nalatigheid in hoofde van de debiteur om het verschuldigd bedrag te betalen, zal de invordering van de retributie ingeval van onbetwiste niet-fiscale ontvangsten gebeuren bij dwangbevel, en ingeval van betwiste niet-fiscale ontvangsten overeenkomstig de wetsbepalingen betreffende de burgerlijke rechtsprocedure.
Art. 1: | Met ingang van 24 januari 2023 en dit voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie geheven op de afgifte van administratieve stukken, getuigschriften en andere stukken vanwege de dienst burgerzaken. |
Art. 2: | Het bedrag van de retributie wordt als volgt vastgesteld:
|
Art. 3: | De retributie is verschuldigd door de personen of instellingen aan wie deze stukken door de gemeente op verzoek of ambtshalve worden uitgereikt. |
Art. 4: | Zijn van de retributie vrijgesteld:
|
Art. 5: | De retributie wordt betaald uiterlijk op het moment van de afgifte van het administratief stuk. De betrokkene ontvangt steeds een betalingsbewijs. |
Art. 6: | Bij weigering of nalatigheid om het verschuldigd recht te betalen geschiedt de invordering overeenkomstig de burgerlijke rechtspleging voor zover de schuld ten aanzien van de gemeente betwist wordt. Ingeval de verschuldigde retributie niet betwist wordt zal de invordering gebeuren bij dwangbevel na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen. |
Art. 7: | Het gemeenteraadsbesluit van 18 november 2019 houdende vaststellen van een retributie op de afgifte van administratieve stukken wordt opgeheven met ingang van 24 januari 2023. |
Art. 8: | Afschrift van dit besluit te bezorgen aan de dienst burgerlijke stand, de dienst bevolking en de dienst financiële organisatie. Dit besluit zal bekend gemaakt worden volgens de bepalingen van artikel 285 en 286 §1 1° van het decreet over het lokaal bestuur. De toezichthoudende overheid zal in kennis worden gesteld volgens de bepalingen van artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur. |