Besluit  Gemeenteraad

bevoegheid

Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40, 41 2e lid 3°, 249-256 en 259.

juridisch kader

• Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen.
• Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
• Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
• Gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 houdende vaststellen van het meerjarenplan 2020-2025.
• Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2020 houdende vaststellen van meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025.
• Gemeenteraadsbesluit van 21 juni 2021 houdende vaststellen van de jaarrekening 2020.
• OCMW-raadsbesluit van 13 december 2021 houdende meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 - vaststellen.
• Collegebesluit van 15 maart 2021 houdende vaststellen van de verschuiving van ramingen MJPV-2021_2025-2.
• Collegebesluit van 7 juni 2021 houdende vaststellen van de verschuiving van ramingen MJPV-2021_2025-4.
• Collegebesluit van 5 juli 2021 houdende vaststellen van de verschuiving van ramingen MJPV-2021_2025-6.
• Collegebesluit van 23 augustus 2021 houdende vaststellen van de verschuiving van ramingen MJPV-2021_2025-8.

motivering

De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerd meerjarenplan dat bestaat uit drie onderdelen:

1. de strategische nota: deze nota geeft de beleidsdoelstellingen en de beleidsopties voor het extern en intern te voeren beleid weer,
2. de financiële nota: deze nota toont de financiële vertaling van de beleidsopties van de strategische nota en verduidelijkt hoe het financiële evenwicht wordt gehandhaafd,
3. de toelichting: deze bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van meerjarenplan die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen.

Het meerjarenplan 2020-2025 wordt voor een tweede keer in zijn globaliteit aangepast. Zowel de kredieten van het lopende boekjaar als deze van de toekomstige jaren worden geactualiseerd. De termijn van het aangepast meerjarenplan blijft evenwel gelijk, nl. 2020-2025.

Bij het ontwerp van het aangepast meerjarenplan wordt aanvullende documentatie gevoegd nuttig om dit beleidsdocument te beoordelen. Deze aanvullende documentatie geeft bijkomende duiding bij de geplande verrichtingen die zijn ingeschreven in het ontwerp van de tweede meerjarenplanaanpassing.

Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 zoals gezien in bijlage is financieel in evenwicht en werd tijdig bezorgd aan de raadsleden.

De gemeente en het OCMW behouden hun eigen bevoegdheid voor de vaststelling van hun geïntegreerd meerjarenplan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst zijn eigen deel van het meerjarenplan of de meerjarenplanaanpassing vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan of de meerjarenplanaanpassing dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor het meerjarenplan of de meerjarenplanaanpassing definitief is vastgesteld.

De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt. Als de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan of de meerjarenplanaanpassing dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, niet goedkeurt, vervalt de vaststelling van het deel door de raad voor maatschappelijk welzijn en moet de procedure herhaald worden.

De besluitvorming verloopt dan ook het best als volgt:

• de raad voor maatschappelijk welzijn stelt eerst zijn deel van het meerjarenplan of de meerjarenplanaanpassing vast,
• de gemeenteraad stelt vervolgens zijn deel van het meerjarenplan of de meerjarenplanaanpassing vast,
• de gemeenteraad keurt ten slotte het deel goed dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld.