Terug
Gepubliceerd op 26/04/2023

Besluit  Gemeenteraad

ma 24/04/2023 - 20:00

Aanleg fietspad Ten Edestraat - goedkeuren definitieve vaststelling rooilijnplan

Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
Denis Dierick, burgemeester
Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Sara De Mulder, raadsleden
Serge Ronsse, algemeen directeur
bevoegheid
  • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40 en 41
  • Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, artikel 17
juridisch kader
  • Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.
  • Gemeenteraadsbesluit van 9 september 2019 houdende goedkeuring aanpassing lokaal functioneel fietsroutenetwerk.
  • Besluit van de deputatie Oost-Vlaanderen van 17 oktober 2019 houdende vaststelling van het lokaal functioneel fietsroutenetwerk van de gemeente Gavere.
  • Gemeenteraadsbesluit van 16 december 2019 houdende goedkeuren van het meerjarenplan 2020-2025 (en latere aanpassingen), BD01-AP-131-ACT 270 (fietsvriendelijke gemeente).
  • Collegebesluit van 26 oktober 2020 betreffende de gunning van de studieopdracht voor de aanleg van een fietspad langsheen de Ten Edestraat aan Studiebureau Lobelle bvba, Gistelse Steenweg 712 te 8200 Brugge.
  • Collegebesluit van 23 augustus 2021 houdende gunnen van de opdracht voor de opmaak van een schattingsverslag voor de onteigeningen i.f.v. de aanleg van het fietspad langs de Ten Edestraat aan beëdigd landmeter-expert Stefan Renaer, Steenweg 93, bus C, 9570 Sint-Maria-Lierde.
  • Vademecum fietsvoorzieningen.
  • Advies van de overlegstructuur verkeer en mobiliteit van 23 juni 2021 en 28 maart 2022.
  • Verslag projectstuurgroep (PSG) van 12 juli 2022.
  • Unieke verantwoordingsnota van 9 augustus 2022.
  • Gemeenteraadsbesluit van 23 januari 2023 houdende de voorlopige vaststelling van het ontwerp en het rooilijnplan.
  • Gemeenteraadsbesluit van 23 januari 2023 houdende het voorlopig besluit tot onteigening.
  • Proces-verbaal van het openbaar onderzoek.
motivering

Het meerjarenplan 2020-2025 voorziet de aanleg van een fietspad langs de Ten Edestraat (BD01-AP-131-ACT 270).
De actie wordt omschreven als volgt: "Het lokaal bestuur moedigt fietsverkeer aan en neemt maatregelen om de gemeente fietsvriendelijk te maken".
Dit omvat onder meer: (...) de aanleg van een fietspad langs de Ten Edestraat (deel tussen de Eeckhoutstraat en de Opperweg).

Studiebureau Lobelle werd aangesteld als ontwerper en werkte diverse scenario's uit, o.a.:

  1. Aanliggende fietspaden
  2. Vrijliggend fietspad (open gebied) + aanliggende fietspaden in bebouwde zone
  3. Vrijliggend fietspad (open gebied) + afbuiging naar Boentweg (variant zonder bomen)
  4. Vrijliggend fietspad (open gebied) + afbuiging naar Boentweg (variant met bomen)

De overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit gaf bij een bespreking op 23 juni 2021 de voorkeur aan het scenario van een vrijliggend fietspad met afbuiging naar de Boentweg.

Van dit scenario werden dan nog enkele bijkomende varianten uitgewerkt door het studiebureau.

In functie van de subsidies (LFF) werd dit voorstel overgemaakt aan het provinciebestuur, waarbij volgende opmerkingen werden ontvangen:

  • afbuiging richting Boentweg zal z’n doel voorbijschieten; de fietser neemt steeds de kortste weg en zal de Ten Edestraat volledig volgen. De provincie zal het deel naar de Boentweg niet subsidiëren.
  • het fietspad moet min 3m zijn i.p.v. 2,5m.

Het provinciebestuur oordeelde bijgevolg dat scenario 2 is aangewezen.

De overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit sloot zich tijdens de bespreking op 28 maart 2022 aan bij het voorstel van het provinciebestuur om scenario 2 (vrijliggend fietspad in het open gebied en aanliggende fietspaden in de bebouwde zone) verder uit te werken.

Op 12 juli 2022 werd het ontwerp (scenario 2) besproken met de projectstuurgroep.
Op basis van de conclusies van de projectstuurgroepvergadering werd de unieke verantwoordingsnota gefinaliseerd en overgemaakt aan de projectstuurgroep op 06 oktober 2022. Er werden hierop geen opmerkingen ontvangen.

Het ontwerp voor de aanleg van het fietspad langs de Ten Edestraat werd nogmaals besproken in de vergadering van de overlegstructuur verkeer en mobiliteit op 30 november 2022. Er werden geen opmerkingen geformuleerd.

Het ontwerp voor de aanleg van het fietspad langs de Ten Edestraat werd toegelicht aan de betrokken bewoners van de Ten Edestraat op 12 december 2022. Er werden geen opmerkingen geformuleerd die een aanpassing van het ontwerp vereisen.

Voor de realisatie van voormeld ontwerp is een wijziging (lees "verbreden") van een deel van de gemeenteweg "Ten Edestraat" noodzakelijk, zoals voorzien op het ontwerp-rooilijnplan.

Het voornemen tot het wijzigen van de gemeenteweg geeft uitvoering aan artikel 3 (doelstellingen) en aan artikel 4 (principes) van het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 en werd aan deze artikels getoetst.

Artikel 3 van het decreet houdende de gemeentewegen bepaalt het volgende:

‘Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.

Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:

1. de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;

2. de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.’

De toetsing aan artikel 3 houdt in dat de voorgestelde maatregel beoogt om een veilige fietsverbinding aan te leggen tussen de Opperweg en de Eeckhoutstraat, waarbij het gekozen scenario beantwoordt aan de meest logische en veilige inrichting, zoals blijkt uit het verslag van de projectstuurgroepvergadering van 12 juli 2022 en de bijhorende unieke verantwoordingsnota.

Artikel 4 van het decreet houdende de gemeentewegen bepaalt het volgende:

‘Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:

1. wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;

2. een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;

3. de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;

4. wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;

5. bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.’

In het kader van artikel 4 van het decreet houdende de gemeentewegen, werd rekening gehouden met de vooropgestelde principes, en kan de wijziging (verbreding) als volgt worden gemotiveerd:

1. Wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang:

Het project omvat de aanleg van een veilige fietsverbinding langsheen de Ten Edestraat in de deelgemeente Semmerzake. De aanleg van dit fietspad heeft als doel de missing link weg te werken tussen het fietspad langs de Opperweg en het fietspad langs de Eeckhoutstraat. In dit project wordt het nieuwe fietspad in het buitengebied aangelegd als tweerichtingsfietspad, in het tussengebied als twee eenrichtingsfietspaden. Er wordt gezorgd voor een veilige aansluiting ter hoogte van de Eeckhoutstraat en de Opperweg.
De beoogde verbreding van de gemeenteweg is nodig i.f.v. de aanleg van het tweerichtingsfietspad en de aanleg van een nieuwe gracht.
Er wordt maximaal ingezet op buffering en infiltratie van hemelwater via open systemen. De voorkeur gaat bijgevolg uit naar nieuwe grachten om hemelwater te bufferen en te infiltreren.
Conclusie: de verbreding van de gemeenteweg en de hiermee gepaard gaande in te nemen gronden zijn bestemd voor de aanleg van een buffergracht en fietspad zodat de wijziging van het gemeentelijk wegennet ten dienste staat van het algemeen belang.

2. Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd:

De wijziging kadert binnen de doelstelling om een veilige fietsverbinding aan te leggen langsheen de Ten Edestraat.
In dit project wordt het nieuwe fietspad in het buitengebied aangelegd als tweerichtingsfietspad, in het tussengebied als twee eenrichtingsfietspaden, omdat dit het meest logische en veilige scenario is.
De beoogde verbreding van de gemeenteweg is nodig i.f.v. de aanleg van het tweerichtingsfietspad en de aanleg van een nieuwe gracht.

3. De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen:

De wijziging van de gemeenteweg komt de verkeersveiligheid ten goede, zowel voor het gemotoriseerd verkeer als de fietser.
Het nieuwe fietspad wordt in het buitengebied volledig gescheiden van de rijweg aangelegd als tweerichtingsfietspad, in het tussengebied als twee aanliggende eenrichtingsfietspaden. Er wordt gezorgd voor een veilige aansluiting ter hoogte van de Eeckhoutstraat en de Opperweg.
Tussen de aanliggende fietspaden en de erfontsluitingen is er nog een veilige afstand met variabele breedte van 1,04m tot 1,40m.

4. Wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief:

De wijziging van de gemeenteweg heeft geen impact op het weggennet van naburige gemeenten.

5. Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen:

Het project "aanleg fietspaden langs de Ten Edestraat" is een duurzame ruimtelijke ontwikkeling welke kadert in de beleidsdoelstelling "Gavere, een aantrekkelijke landelijke gemeente" en meer bepaald in het actieplan "Leefbare en veilige mobiliteit".
Door deze wijziging van de gemeenteweg, zal de breedte van de gemeenteweg aangepast worden in de mate dat deze zowel door de huidige als door de toekomstige generatie kan gebruikt worden, zonder de verdere ontwikkeling van het gebied in het gedrang te brengen.

Met andere woorden is de wijziging van de gemeenteweg, inclusief de geplande wegeniswerken, een toekomstgerichte handeling die het wegenbeleid van de gemeente Gavere ten goede komt en geen afbreuk doet aan toekomstige ontwikkelingen van het gebied. Er worden immers door de wijziging geen andere projecten (bouwprojecten of verbindingen) in het gedrang gebracht.

In dit kader lijkt het de gemeente Gavere aangewezen en noodzakelijk om de gemeenteweg "Ten Edestraat" te wijzigen met het oog op de geplande wegenwerken, conform de procedure zoals bepaald in het decreet houdende de gemeentewegen.

De gemeenteraad stelde het ontwerp van rooilijnplan tot wijziging van de gemeenteweg "Ten Edestraat" voorlopig vast op 23 januari 2023.

Het openbaar onderzoek vond in overeenstemming met art. 17 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, plaats van 15 februari 2023 tot en met 15 maart 2023.

Uit het proces-verbaal met betrekking tot de sluiting van het openbaar onderzoek blijkt dat er geen bezwaren werden ingediend.

Op 14 februari 2023 werd overeenkomstig artikel 17 § 2.6° van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen een adviesvraag gericht aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. Deze instantie verleende geen advies binnen de gestelde termijn zodat aan de adviesvereiste mag worden voorbijgegaan.

Op 13 februari 2023 werd overeenkomstig artikel 17 § 2.6° van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen een adviesvraag gericht aan de Deputatie van de Provincie Oost-Vlaanderen. Deze instantie verleende geen advies binnen de gestelde termijn, maar vanuit de dienst mobiliteit van de Provincie werd volgend advies gegeven:

De conclusie van de provinciale dienst Mobiliteit luidt als volgt :

    1. Het algemeen belang van de gemeenteweggebruikers wordt niet geschonden. De gedeeltelijk verbrede Ten Edestraat blijft als functionele verbinding behouden.
    2. Het rooilijnplan en de noodzakelijke grondinnemingen, die nodig zijn om een fietsvriendelijke, verkeersveilige fietsverbinding aan te leggen, werden afdoende gemotiveerd.
    3. De verkeersveiligheid van de fietsers wordt bevorderd.
    4. De Ten Edestraat is niet gemeenteoverschrijdend.
    5. De actuele verbindingsfunctie van de gemeenteweg wordt behouden en de behoeften van de toekomstige generaties worden gevrijwaard.

Suggestie :

Het is aangewezen de toestand van voetweg 18 (trage weg 13b volgens het tragewegenplan Semmerzake) tussen de Ten Edestraat en buurtweg 17 (trage weg 13a) te onderzoeken. De adviesnota bij het tragewegenplan vermeldt immers : “Onderzoeken of het stuk tussen de Ten Edestraat en 13a (buurtweg 17) kan heropend worden.”

Er wordt bijgevolg vastgesteld dat de provinciale dienst mobiliteit oordeelt dat de verplaatsing duidelijk en grondig werd gemotiveerd met in acht name van de artikelen 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.

Gezien er tijdens de periode van het openbaar onderzoek en de adviesvraag geen bezwaren en geen ongunstige adviezen werden ontvangen, wenst de gemeenteraad geen aanpassingen te doen aan het dossier.

De suggestie van de dienst mobiliteit van de Provincie wordt bij de verdere uitrol van het trage wegenplan meegenomen.

In dit kader lijkt het de gemeente Gavere aangewezen om de rooilijn van de Ten Edestraat te wijzigen met het oog op de geplande wegenwerken, conform de procedure zoals bepaald in het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.

Volgens het decreet stelt de gemeenteraad het ontwerp van rooilijnplan definitief vast.

Dit ontwerp van rooilijnplan bevat tevens een berekening van de waardevermindering in het kader van artikel 28 van het decreet houdende de gemeentewegen en de onteigeningsvergoeding.  Gelet op de samenlopende procedure tussen het rooilijnplan en het onteigeningsplan conform artikel 31 van het Vlaams Onteigeningsdecreet wordt een globaal bedrag voorgesteld in het bijgevoegd schattingsverslag van beëdigd landmeter-expert Stefan Renaer, waarin zowel de minwaardevergoeding als de onteigeningsvergoeding vervat zitten.

Publieke stemming
Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Sara De Mulder, Serge Ronsse
Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Jef Vermaere, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Sara De Mulder
Onthouders: Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke
Resultaat: Met 14 stemmen voor, 9 onthoudingen
besluit

Art. 1:

Het rooilijnplan tot wijziging van de Ten Edestraat definitief vast te stellen.

Art. 2:

Akkoord te gaan met de voorgestelde vergoeding voor waardevermindering zoals bepaald door de heer Stefan Renaer, beëdigd landmeter-expert.

Art. 3:

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit overeenkomstig art. 18 en 19 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en behoudens administratief beroep, met de realisatie van de (gewijzigde) gemeenteweg, overeenkomstig de artikelen 26, 27, 28 en 29 van het aangehaalde decreet.

Art. 4:

Deze beslissing wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 18 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.

Art. 5:

Het rooilijnplan wordt samen met het besluit van de gemeenteraad tot definitieve vaststelling van het gemeentelijk rooilijnplan onmiddellijk via het loket voor lokale besturen bezorgd aan het departement Mobiliteit en Openbare Werken en met een beveiligde zending aan de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen.

Art. 6:

Tegen deze beslissing kan binnen een termijn van 30 dagen een schorsend administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Overheid, overeenkomstig art. 24 en 25 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.