De voorzitter opent de zitting op 27/03/2023 om 20:00.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
Art. 1: |
De notulen van de zitting van de gemeenteraad van 27 februari 2023 goed te keuren. |
Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de gemeenteraad van 27 februari 2023 goed te keuren. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 4°.
Conform de bepalingen van het decreet lokaal bestuur brengen de bestuurders ten overstaan van hun gemeenteraad tweemaal per jaar verslag uit over de uitoefening van hun mandaat en over het beleid van de opdrachthoudende vereniging.
Art. 1: |
Kennis te nemen van het verslag van de bestuurder bij de intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging voor huisvuilverwerking Meetjesland (IVM ov). |
Art. 2: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 432.
De deelnemende gemeenten worden uitgenodigd om een vertegenwoordiging af te vaardigen in de buitengewone algemene vergadering van Westlede.
Op de gemeenteraad van 28 januari 2019 werd mevrouw Peggy Demoor, schepen, aangeduid als vertegenwoordiger en de heer Denis Dierick, burgemeester, aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger voor de volledige legislatuur.
De agenda van de buitengewone algemene vergadering van 30 mei 2023 bevat de volgende punten:
Ter voorbereiding zijn de beschikbare bijlagen en stavingsstukken toegevoegd aan het dossier.
Art. 1: |
De gemeenteraad neemt kennis van de agenda die zal behandeld worden op de buitengewone algemene vergadering van Intergemeentelijke samenwerking (IGS) Westlede op 30 mei 2023 en hecht zijn goedkeuring aan de punten die dit vereisen:
|
Art. 2: |
De vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger die zal deelnemen aan de algemene vergadering wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in de gemeenteraad van heden inzake onderhavige aangelegenheid. |
Art. 3: |
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal onder meer kennis hiervan verrichten aan het secretariaat van Westlede, Smalle Heerweg 60, 9080 Lochristi (via e-mail aan 30052023bavwl@westlede.be). |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
Het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor het financiële beheer van het lokaal bestuur, maar vermeldt daarbij niet langer het nemen van besluiten over leningen. Bijgevolg gelden de algemene bevoegdheidsverdelende regels en is dus de gemeenteraad bevoegd om de voorwaarden te bepalen met betrekking tot het aangaan van een lening.
Sinds 30 juni 2017 is het voor lokale besturen niet meer verplicht om de wetgeving overheidsopdrachten te volgen voor het aangaan van een lening. Dat neemt niet weg dat besturen bij het aangaan van een lening de beginselen van behoorlijk bestuur moeten blijven toepassen. Daarom werkte de werkgroep leningen van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en de beroepsfederatie van de Vlaamse Lokale financieel directeurs (Vlofin vzw) een typecontract uit waarover overleg werd gepleegd met de banksector via Febelfin.
Het lokaal bestuur van Gavere voorziet in de meerjarenplanaanpassing zoals goedgekeurd op 19 december 2022 de opname van een lening ten belope van € 6.000.000 in 2023 en dit ter financiering van het negatief investeringssaldo dat in budgetjaar 2023 geraamd wordt op - € 11.732.811.
De 2 grootste investeringsprojecten van de gemeente Gavere zijn in volle uitvoering, nl. de heraanleg van de Markt en de voortuin van het administratief centrum (prioritaire beleidsactie 261) en de realisatie van een nieuwe sporthal (prioritaire beleidsactie 317). Hoewel de BBC-regelgeving de lokale besturen niet verplicht om hun financiering te koppelen aan concrete projecten, is dit om redenen van transparantie wel degelijk nuttig en zelfs wenselijk.
Beide investeringen samen vergen een netto gemeentelijke investeringsinspanning van € 10.194.140,02:
De bepalingen opgenomen in het de voorwaarden volgen de voorwaarden van het typecontract dat uitgewerkt werd door VVSG en Vlofin.
Minstens deze financiële instellingen worden uitgenodigd tot het indienen van een voorstel:
Art. 1: |
Het contract 'leningen 487.1-2023' tot het aangaan van een lening ter financiering van het investeringssaldo 2023 met zijn bijlagen goed te keuren. |
Art. 2: |
De opdracht omvat 2 percelen, namelijk:
|
Art. 3: |
De opdracht te gunnen op basis van de prijs (laagst geboden marge in basispunten) en per perceel. |
Art. 4: |
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van deze opdracht en de sluiting van het contract. |
Om de problematiek van leegstand in de regio beter te coördineren is de gemeente op 9 september 2019 toegetreden tot de interlokale vereniging ‘Wonen Leie & Schelde’ met werkingsgebied De Pinte, Gavere, Melle, Merelbeke, Nazareth en Sint-Martens-Latem. Om bovengemeentelijke afstemming te bekomen, werd afgesproken om zowel het reglement voor de opmaak en het beheer van het leegstandsregister als het toepasselijk belastingreglement op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden te hernieuwen na onderlinge afstemming.
Leegstaande woningen en gebouwen zorgen op diverse manieren voor overlast. Leegstand is veelal een voorbode van verwaarlozing en verkrotting. Langdurige leegstand zal dan ook meer lasten voor de lokale overheid met zich meebrengen onder de vorm van grotere politionele inzet, bestrijden van sluikstorten, overlast, nemen van maatregelen om de aantrekkelijkheid van de gemeente te behouden of te verbeteren.
Daarnaast zijn leegstaande woningen niet beschikbaar voor de huizenmarkt. Er is reeds een tekort op de huizenmarkt, waardoor de huur- en verkoopprijzen hoog blijven. Tevens blijkt dat een grote groep mensen in de onmogelijkheid is om een betaalbare woning te vinden. Leegstand vormt ook één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en of dorpskern en omliggende straten. Het beïnvloedt op negatieve wijze de aantrekkelijkheid van een gemeente doordat een desolate indruk wordt gecreëerd. Leegstand bij gebouwen veroorzaakt bovendien een sneeuwbaleffect waardoor de handelsfunctie in bepaalde buurten verzwakt. Leegstaande gebouwen hebben hierdoor een nog grotere negatieve impact op de aantrekkelijkheid van de gemeente (o.a. door het wegblijven van bezoekers, door de afwezigheid van personeel in leegstaande kantoorgebouwen) dan leegstaande woningen.
De gemeente opteert dan ook om voornoemde redenen een hoger belastingtarief te heffen op leegstaande gebouwen dan voor leegstaande kamers en overige woongelegenheden.
De belasting valt ten laste van zakelijke gerechtigden van gebouwen en woningen welke 12 opeenvolgende maanden opgenomen zijn in het leegstandsregister. Met deze belasting beoogt de gemeente om ervoor te zorgen dat het beschikbare patrimonium in de gemeente optimaal benut wordt. Daarnaast dienen de ontvangsten en de uitgaven van de gemeente in evenwicht te worden gehouden. Hiertoe is het wenselijk te voorzien in het heffen van eigen gemeentelijke belastingen specifiek geënt op de lokale omstandigheden en ter ondersteuning van bepaalde beleidsaspecten.
Aan het huidig belastingreglement worden 2 aanpassingen voorgesteld, beide in het voordeel van de burger:
Voor het overige blijven alle bepalingen gelijk. De tarieven in het nieuwe belastingreglement wijzigen niet ten aanzien van de huidige tarieven opgenomen in het belastingreglement van 14 december 2020.
Vermits de voorgestelde aanpassing in het voordeel van de burger is, kunnen de aanpassingen met terugwerkende kracht vanaf aanslagjaar 2023 worden ingevoerd.
Art. 1: | Begripsomschrijvingen: Voor de toepassing van dit reglement gelden onder meer de begripsomschrijvingen van het artikel 1.3 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021. In dit reglement wordt verstaan onder:
Een ingediende renovatienota wordt geacht te zijn goedgekeurd wanneer binnen 3 maanden ingaand de derde werkdag na deze van de betekening van de renovatienota geen beslissing door de administratie is genomen.
|
Art. 2: | Belasting op leegstand woningen en gebouwen Er wordt voor de aanslagjaren 2021 tot en met 2025 een gemeentebelasting gevestigd op de woningen en gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het leegstandsregister. Zolang het gebouw of de woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt, blijft de belasting verschuldigd op het ogenblik dat een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt. |
Art. 3: | De belastingplichtige §1. De belasting is verschuldigd door de zakelijk gerechtigde van het leegstaande gebouw of de leegstaande woning op het ogenblik dat de belasting van het aanslagjaar verschuldigd wordt overeenkomstig de bepalingen van artikel 2 van dit reglement. §2. Ingeval van onverdeeldheid van het gebouw of de woning, is de belasting verschuldigd door elk van de mede-eigenaars en elk in verhouding tot hun deel van het goed. Eventuele vrijstellingen voor mede-eigenaars gelden derhalve enkel voor hun aandeel in de belasting op het goed. Elke niet vrijgestelde mede-eigenaar is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting van toepassing op het gebouw of de woning in zijn geheel. Ingeval er in deze mede-eigendom ook een recht van opstal, erfpacht en/of vruchtgebruik bestaat, zijn de houders van dit zakelijk recht (opstalrecht, vruchtgebruik, erfpachtrecht en/of volle eigendom) eveneens hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld. §3. De overdrager van het zakelijk recht moet de verkrijger ervan in kennis stellen dat het onroerend goed is opgenomen in het leegstandsregister. Tevens moet hij per beveiligde zending een kopie van de notariële akte bezorgen aan de gemeente, binnen twee maanden na het verlijden van de notariële akte.
Ontbreekt deze kennisgeving dan wordt de overdrager van een zakelijk recht, in afwijking van paragraaf één, als belastingschuldige beschouwd voor de eerstvolgende belasting die na de overdracht van het zakelijk recht wordt gevestigd. |
Art. 4: | Tarief van de belasting §1. De basisbelasting bedraagt:
§2. Indien het gebouw, het woonhuis of de kamer een tweede opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat, bedraagt de belasting:
§3. Indien het gebouw, het woonhuis of de kamer een derde opeenvolgende termijn van twaalf maanden en vervolgens elke opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat, bedraagt de belasting:
|
Art. 5: | Vrijstellingen §1. Aanvraag vrijstelling: Een vrijstelling kan aangevraagd worden met een gemotiveerd verzoek, verzonden via een beveiligde zending bij de administratie. §2. De vrijstelling van belasting heeft geen impact op de opname van het gebouw of de woning in het leegstandsregister. De anciënniteit van opname in het leegstandsregister blijft doorlopen tijdens de periode van vrijstelling. Als de reden tot vrijstelling komt weg te vallen, zal de heffing berekend worden op basis van de trapstructuur zoals opgenomen in artikel 4 van dit besluit en dit aansluitend op het einde van de vrijgestelde periode. §3. Van de leegstandsbelasting zijn vrijgesteld:
§4. Een vrijstelling wordt verleend indien de woning of het gebouw:
|
Art. 6: | Inkohiering §1. De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. §2. De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. §3. De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan. De procedure verloopt in overeenstemming met het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. §4. Indien de belasting ook na een eerste kosteloze herinnering onbetaald blijft, worden bij een eerstvolgende aangetekende waarschuwing kosten aangerekend in overeenstemming met het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende vaststellen van een retributie op de invorderingskosten van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en gemeentelijke administratieve sancties. |
Art. 7: | Overgangsbepalingen §1. De vrijstellingen die reeds toegekend waren voor en nog lopende zijn na het in werking treden van dit reglement, blijven geldig zoals ze origineel toegekend waren op basis van vroegere belastingreglementen. Op het moment dat de toegekende rechten verlopen, worden de bepalingen van dit reglement automatisch van toepassing. Ook in het geval dat een verlenging of een vrijstellingsrecht op een andere grond zou aangevraagd worden, is dit reglement van toepassing. §2. Het belastingreglement op leegstaande woningen, gebouwen, kamers en andere woongelegenheden goedgekeurd door de gemeenteraad op 14 december 2020 wordt voor belastbare feiten die zich voltrekken vanaf 01 januari 2023 opgeheven met ingang van 01 januari 2023 en vervangen door dit besluit. Opnames in het leegstandsregister vóór 01 januari 2022 op grond van eerdere reglementen blijven onverminderd bestaan. |
Art. 8: | Bekendmaking Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie), de afdeling grondgebiedszaken, de afdeling burger en welzijn (dienst burgerzaken) en de ILV Wonen Leie & Schelde. Onderhavig reglement treedt in werking op 01 januari 2023 en wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur. |
De concessieovereenkomst voor de controle en het toezicht het gemeentelijk parkeerbeleid werd op 19 december 2022 gegund aan O.P.C. BV, Tildonksesteenweg 62 te 3020 Herent.
De opdrachtnemer vraagt op basis van zijn ervaringen met de controle en het toezicht op parkeerbeleid om de invorderingsclausule te verfijnen zoals nu opgenomen in artikel 16 van het retributiereglement van 24 oktober 2022 houdende vaststellen van een retributie op het tijdelijk parkeren in de blauwe zone en het parkeren met beperkte parkeertijd.
Voorgesteld wordt om na de bepaling omtrent de eerste (en gratis) betalingsherinnering in het retributiereglement expliciet te vermelden dat bij een eventuele tweede betalingsherinnering wel kosten kunnen worden gerekend en niet louter deze mogelijkheid op te nemen in het juridisch gedeelte van het retributiereglement zoals doorgaans in andere belasting- en retributiereglement het geval is. Volgens O.P.C. BV is het transparanter en duidelijker voor alle partijen dat ook de bijkomende kosten in het besluit van het retributiereglement staan vermeld.
Daarbij stelt O.P.C. BV aanvullend voor om via een door haar aangestelde gerechtsdeurwaarder een poging te ondernemen tot het treffen van een minnelijke schikking indien de retributie onbetaald blijft na 2 betalingsherinneringen en dit om de betrokkene onnodig hoge kosten van een dagvaarding alsnog te besparen. Daartoe is het nuttig eveneens in het retributiereglement op te nemen dat bij het verzenden van deze derde aanmaning het (beperkte) tarief voor het verzenden van een schuldvordering toegepast wordt in overeenstemming met het KB van 30 november 1976 houdende vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken.
Art. 1: |
De retributie op het parkeren van auto’s op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg gaat in vanaf heden en geldt voor onbepaalde duur. |
Art. 2: | Dit retributiereglement heeft betrekking op het parkeren van auto’s op plaatsen waar parkeren toegelaten is in de blauwe zone of waar een blauwe zone-reglementering van toepassing is. Onder openbare weg verstaat men de wegen en hun trottoirs of nabijgelegen bermen die eigendom zijn van de gemeentelijke, provinciale of gewestelijke overheden. Onder met een openbare weg gelijkgestelde plaatsen verstaat men de parkeerplaatsen gelegen op de openbare weg, zoals vermeld in artikel 4, § 2, van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten. |
Art. 3: |
Het parkeren van auto’s op plaatsen waar parkeren toegelaten is in de blauwe zone of waar een blauwe zone-reglementering van toepassing is, is gratis voor de maximale duur zoals voorzien in het politiereglement en zoals aangegeven op de verkeersborden. Het bedrag van de retributie bedraagt: een forfaitair bedrag van 25,00 euro per dag voor elke periode die langer is dan deze die gratis is. De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig van de parkeerschijf, of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het Koninklijk Besluit van 1 december 1975 gewijzigd op 9 januari 2007. Op de parkeerplaatsen die zijn uitgerust met sensoren, wordt de parkeertijd vastgesteld uit de gegevens ontvangen van deze detectoren. Deze registratie vervangt de controle van de parkeerschijf. |
Art. 4: | Deze reglementering is niet van toepassing in de blauwe zone 2u voor de bewoners die een officiële bewonerskaart bekomen hebben overeenkomstig het ministerieel besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart (cf. bijlage aan dit retributiereglement betreffende regeling bewonerskaarten). |
Art. 5: | Een retributie volgens art. 3 wordt gevestigd op de parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 30 minuten (Shop&Go parkeerplaatsen). Een gemeentelijke parkeerkaart – zoals de bewonerskaart - of een parkeerkaart voor personen met een handicap zijn niet geldig op deze parkeerplaatsen. Met een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap kan ook maximum 30 minuten geparkeerd worden. Deze parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 30 minuten zijn ter plaatse aangeduid met aangepaste signalisatie. |
Art. 6: | Een retributie volgens art. 3 wordt gevestigd op de parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 1 uur (Kort parkeren 1uur). Een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap zijn niet geldig op deze parkeerplaatsen. Met een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap kan ook maximum 1 uur geparkeerd worden. Deze parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 1 uur zijn ter plaatse aangeduid met aangepaste signalisatie. |
Art. 7: | Een retributie volgens art. 3 wordt gevestigd op de parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 2 uur (blauwe zone). Een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap zijn geldig op deze parkeerplaatsen. |
Art. 8: | De parkeerplaatsen voorbehouden voor het opladen van elektrische voertuigen mogen enkel ingenomen worden door elektrische voertuigen voor de duur van het opladen van het voertuig met een maximumduur van 2 uur. De opdrachtnemer/concessiehouder zal nagaan of het voertuig aan het opladen is door te controleren of de stekker in het stopcontact zit. Indien de stekker niet in het stopcontact zit of de voorbehouden parkeerplaats door een niet-elektrisch voertuig wordt ingenomen, is de retributie verschuldigd zoals vastgesteld in dit reglement. |
Art. 9: | Als de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van het voertuig is geplaatst, of als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig, of in geval de gebruiker de pijl niet op het streepje plaatst dat volgt op het tijdstip van aankomst, of indien de gebruiker de aanduidingen wijzigt zonder dat het voertuig de parkeerplaats heeft verlaten, wordt de gebruiker steeds geacht te kiezen voor de betaling van het in artikel 3 bedoelde forfaitaire tarief. Bij toepassing van het hierboven vermelde forfait, zal de aangestelde van de gemeente een uitnodiging om de retributie te betalen aan de voorruit van het voertuig of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig aanbrengen. De retributie moet betaald worden overeenkomstig de richtlijnen vermeld op het ticket. |
Art. 10: | Zijn vrijgesteld voor het betalen van een retributie:
|
Art. 11: | Parkeerkaarten § 1. Bewonerskaart Inwoners van de gemeente die voldoen aan de voorwaarden inzake residentieel parkeren, zoals vastgelegd in het ministerieel besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart, kunnen één bewonerskaart per wooneenheid bekomen met onbeperkte geldigheidsduur (cf. bijlage aan dit retributiereglement betreffende regeling bewonerskaarten). § 2. Tijdelijke bewonerskaart Personen kunnen een tijdelijke bewonerskaart bekomen op vertoon van een bewijs van aanvraag tot domiciliewijziging, afgeleverd door de dienst Burgerzaken (cf. bijlage aan dit retributiereglement betreffende regeling bewonerskaarten). Er kan maximaal één tijdelijke bewonerskaart worden afgeleverd per domicilieadres. De tijdelijke bewonerskaart is geldig voor de duur van drie maanden, aanvang nemend op de datum van aanvraag. De tijdelijke bewonerskaart is één maal verlengbaar voor de duur van drie maanden § 3. Parkeerkaart personeel lokaal bestuur Gavere Personeelsleden van het lokaal bestuur Gavere kunnen een parkeerkaart aanvragen. Deze kaart is enkel geldig op de voorziene parkeerplaatsen. |
Art. 12: | Bewonerskaarten worden schriftelijk aangevraagd bij de gemeente. Voor de bewoners gelden volgende voorwaarden om een bewonerskaart te kunnen aanvragen:
Hiervoor gelden de volgende modaliteiten:
|
Art. 13: | Vernietiging, verlies of diefstal van de bewonerskaart. Een bijkomende retributie van € 25 is verschuldigd voor het uitreiken van een duplicaat in geval van vernietiging, verlies of diefstal van de bewonerskaart. Deze retributie is verschuldigd door de aanvrager. Indien de kaart beschadigd of onleesbaar geworden is, kan de kaart kosteloos worden vervangen en dient de beschadigde/onleesbare kaart ingeleverd te worden. |
Art. 14: | Vastgesteld misbruik van de bewonerskaart. Er wordt een retributie verschuldigd van € 25 indien misbruik van de kaart wordt vastgesteld. De gebruiker van een motorvoertuig die beschikt over een bewonerskaart wordt steeds geacht te kiezen voor de betaling van dit tarief indien de uitgereikte bewonerskaart:
|
Art. 15: | De retributie is hoofdelijk verschuldigd door de titularis van de nummerplaat. De retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is zoals voorzien in het politiereglement en zoals aangegeven op de verkeersborden of zodra vastgesteld wordt dat er misbruik wordt gemaakt van de bewonerskaart. De retributie is betaalbaar door overschrijving op de rekening van de gemeente of aangestelde opdrachtnemer/concessiehouder. |
Art. 16: | Bij gebrek aan betaling van de retributie binnen de voorgeschreven termijn zoals aangeduid op de retributie, wordt de éérste herinnering gratis verzonden aan de nummerplaathouder door de opdrachtnemer/concessiehouder van de gegunde parkeerplaatsen. Indien de retributie niet binnen de 14 kalenderdagen na voormelde eerste gratis herinnering wordt betaald, zal een tweede herinnering worden verzonden vermeerderd met een administratiekost ten belope van € 20 per openstaande en vervallen retributie. Vervolgens gaat een nieuwe, bijkomende betaaltermijn in van 14 kalenderdagen, waarna een eventuele derde aanmaning wordt verzonden, vermeerderd met het tarief voor het verzenden van een schuldvordering in overeenstemming met het KB van 30 november 1976 houdende vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken (aanmaning met dreiging – inlichting – postzegel - kwijtings- en inningsrecht). |
Art. 17: | Bij weigering of nalatigheid om het verschuldigd recht te betalen geschiedt de invordering overeenkomstig de burgerlijke rechtspleging voor zover de schuld betwist wordt. Ingeval de verschuldigde retributie niet betwist wordt zal de invordering gebeuren bij dwangbevel na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen. |
Art. 18: | Het gemeenteraadsbesluit van 24 oktober 2022 houdende vaststellen van een retributie op het tijdelijk parkeren in de blauwe zone en het parkeren met beperkte parkeertijd wordt opgeheven met ingang van heden en vervangen door onderhavig reglement. |
Art. 19: | Afschrift van dit besluit te bezorgen aan de dienst infrastructuur, de dienst administratieve organisatie, de dienst financiële organisatie en de financieel directeur. Dit besluit zal bekend gemaakt worden volgens de bepalingen van artikel 285 en 286 §1 1° van het decreet over het lokaal bestuur. De toezichthoudende overheid zal in kennis worden gesteld volgens de bepalingen van artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur. |
De gemeenteraad is verantwoordelijk voor het voeren van het participatiebeleid en bevoegd voor het inrichten van de adviesraden en overlegstructuren. Hij bepaalt bij reglement hoe daaraan concreet vorm wordt gegeven. De gemeenteraad heeft dit reglement vastgesteld op 21 oktober 2019.
De volgende wijzigingen worden aangebracht:
TITEL I – ALGEMENE BEPALINGEN M.B.T. DE ADVIESRADEN EN DE OVERLEGSTRUCTUREN |
|
Afdeling 1 – Erkenning en inrichting |
|
Art. 1: |
De gemeente erkent en richt de volgende gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren in:
|
Art. 2: |
De zetel van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren is gevestigd in het administratief centrum van Gavere, Markt 1 te 9890 Gavere. |
Art. 3: |
De gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden binnen de 6 maanden na de installatie van de gemeenteraad al dan niet opnieuw erkend en ingericht. |
Art. 4: |
De erkenning en inrichting wordt door de gemeente minstens bekendgemaakt door een publieke oproep tot kandidaatstelling. |
Afdeling 2 – Opdracht |
|
Art. 5: |
De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur heeft binnen zijn werkveld als algemene opdracht de gemeente op regelmatige en systematische wijze adviseren. De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur wordt voor het vervullen van die algemene opdracht gemachtigd tot het coördineren van de activiteiten van en in overleg met de verenigingen, organisaties en instellingen actief in het eigen werkveld. |
Art. 6: |
De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur is niet bevoegd voor die opdrachten die expliciet of impliciet toebehoren aan het werkveld van een andere gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur en die geen enkel raakvlak hebben met het eigen werkveld. |
Afdeling 3 - Activiteiten |
|
Art. 7: |
De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan slechts die activiteiten organiseren die cumulatief voldoen aan de volgende voorwaarden:
|
Art. 8: |
De activiteit met inbreng van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur wordt aangekondigd als: “Een organisatie van [naam van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur] in samenwerking met de gemeente Gavere”. |
Afdeling 4 – Algemene vergadering |
|
Art. 9: |
De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur bestaat uit de stemgerechtigde leden en de waarnemende leden. De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur bestaat, onder voorbehoud van andersluidende wettelijke of decretale bepalingen, voor ten hoogste twee derden uit leden van hetzelfde geslacht. De gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren die niet voldoen aan deze bepaling kunnen geen rechtsgeldig advies uitbrengen. |
Art. 10: |
De stemgerechtigde leden kunnen de vergaderingen van de algemene vergadering bijwonen en hebben er spreekrecht en stemrecht. |
Art. 11: |
De stemgerechtigde leden kunnen, wanneer het huishoudelijk reglement daarin voorziet, een plaatsvervanger hebben die in voorkomend geval aan dezelfde voorwaarden voldoet als het effectief lid. De plaatsvervangende leden kunnen de algemene vergadering bijwonen als het effectief lid afwezig is en beschikken in voorkomend geval over dezelfde rechten als het effectief lid. De plaatsvervangende leden kunnen de algemene vergadering als toeschouwer bijwonen als het effectief lid aanwezig is en beschikken in voorkomend geval noch over spreekrecht, noch over stemrecht. |
Art. 12: |
Het aantal stemgerechtigde leden dient, behoudens andersluidende wettelijk, decretale of reglementaire bepalingen, steeds minstens even groot te zijn als het aantal waarnemende leden. |
Art. 13: |
§1. De leden van de gemeenteraad en van het bijzonder comité kunnen geen stemgerechtigd, doch enkel waarnemend lid zijn van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren. §2. De personeelsleden van de gemeente en/of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn kunnen geen stemgerechtigd (op uitzondering van de personeelsleden van het gemeentelijk onderwijs), doch enkel waarnemend lid zijn van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren, in zoverre dit tot hun opdracht behoort. §3. De waarnemende leden kunnen de vergaderingen van de algemene vergadering bijwonen en hebben er spreekrecht. Zij hebben geen stemrecht. |
Art. 14: |
Bij de zes jaarlijkse hernieuwing worden de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren als volgt samengesteld:
|
Art. 15: |
De samenstelling van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren kan in gevolge nieuwe kandidaturen of het openvallen van mandaten als volgt gewijzigd worden:
|
Art. 16: |
Aan het mandaat van een stemgerechtigd of waarnemend lid komt een einde door:
|
Art. 17: |
Alle leden onderschrijven door hun toetreding de statuten en in het bijzonder de opdracht van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur waarvan ze deel uitmaken. Zij verbinden zich ertoe geen daden te stellen die strijdig zijn met de statuten en de opdracht van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur of die de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur op enigerlei wijze schade zou berokkenen. Bij niet-naleving van dit artikel kan de algemene vergadering het lid gemotiveerd ontslaan met een 2/3e-meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden. |
Art. 18: |
De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur verkiest onder de stemgerechtigde leden minstens een voorzitter en een penningmeester. Indien de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur niet over eigen chartale of girale middelen beschikt kan de secretaris tot penningmeester verkozen worden. |
Art. 19: |
De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur komt minstens jaarlijks samen. |
Art. 20: |
De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan steeds ad hoc deskundigen uitnodigen voor de toelichting of behandeling van bepaalde agendapunten. |
Art. 21: |
De algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren kan in zijn midden werkgroepen oprichten. |
Afdeling 5 – Dagelijks bestuur |
|
Art. 22: |
De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan beslissen tot de oprichting van een dagelijks bestuur. De algemene vergadering kan aan het dagelijks bestuur slechts die bevoegdheden geven die niet expliciet zijn toegewezen aan de algemene vergadering. De volgende bevoegdheden behoren exclusief tot de bevoegdheid van de algemene vergadering en kunnen niet gedelegeerd worden naar het dagelijks bestuur:
Het dagelijks bestuur kan op de wijze(n) afgesproken in het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur ontwerpadviezen voorbereiden.
|
Art. 23: |
Het dagelijks bestuur van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur bestaat minstens uit 3 leden. Het aantal leden van het dagelijks bestuur is steeds oneven en mag, onverminderd de minimale samenstelling, niet groter zijn dan 1/4de van het aantal stemgerechtigde leden van de algemene vergadering. De volgende waarnemende leden kunnen de vergadering van het dagelijks bestuur bijwonen:
|
Afdeling 6 - Werking |
|
Art. 24: |
De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur worden samengeroepen door de voorzitter of door diegene die hem vervangt. Het dagelijks bestuur stelt de datum en de agenda van algemene vergadering vast. Bij gebrek aan dagelijks bestuur stelt de voorzitter de datum en de agenda van de algemene vergadering vast. De voorzitter is verplicht om de algemene vergadering samen te roepen op schriftelijk verzoek van 1/3e van de stemgerechtigde leden. De oproeping gebeurt bij voorkeur elektronisch en minstens 8 dagen vóór de algemene vergadering. De oproeping vermeldt de agenda. Elk stemgerechtigd lid kan een punt aan de agenda toevoegen. Hij/zij dient het agendapunten minstens 5 dagen vóór de algemene vergadering in bij de secretaris, die het agendapunt overmaakt aan de voorzitter. |
Art. 25: |
De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kunnen geen beslissingen nemen indien niet de meerderheid van de stemgerechtigde leden aanwezig is. De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren kunnen na een tweede oproeping ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden beslissingen nemen over de onderwerpen waartoe een tweede maal werd opgeroepen. De vaststelling of de wijziging van het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur vereist de aanwezigheid van minstens 2/3e van de stemgerechtigde leden. |
Art. 26: |
Het is elk lid verboden om aanwezig te zijn bij de beraadslaging over de agendapunten waarbij hij een rechtstreeks belang heeft of waarbij bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad een rechtstreeks belang hebben. |
Art. 27: |
De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren nemen hun beslissingen met een gewone meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden. De vaststelling of de wijziging van het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur vereist minstens een 2/3e-meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. |
Art. 28: |
De stemming gebeurt in beginsel mondeling of bij handopsteking, en in sommige gevallen in elektronische vorm. De stemming gebeurt geheim wanneer de persoonlijke levenssfeer geraakt wordt of wanneer de meerderheid van de stemgerechtigde leden daarom gemotiveerd verzoekt. Bij staking van stemmen bij een geheime stemming is het voorstel verworpen. |
Afdeling 7 - Communicatie |
|
Onderafdeling 7.1 – Openbaarheid |
|
Art. 29: |
Het overzicht en de samenstelling van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren wordt bekend gemaakt op de gemeentelijke website. De adviezen en verslagen van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren van het lopende en van vorige kalenderjaar worden gepubliceerd op de gemeentelijk website. |
Art. 30: |
De leden van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren hebben de plicht terug te koppelen naar de vereniging, organisatie of instelling waardoor ze werden aangeduid. |
Onderafdeling 7.2 – Adviezen |
|
Art. 31: |
De gemeente vraagt verplicht advies aan de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur:
De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur verstrekt zijn advies binnen de 45 dagen na ontvangst van de adviesvraag. In dringende gevallen kan de gemeente de adviestermijn gemotiveerd inkorten. |
Art. 32: |
De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan steeds op eigen initiatief advies geven. |
Art. 33: |
De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan geen advies geven:
behoudens andersluidende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen. |
Art. 34: |
Het dagelijks bestuur kan ervoor opteren om het ontwerpadvies, bedoeld in artikel 22, in elektronische vorm voor te leggen aan de leden van de algemene vergadering. De leden van de algemene vergadering krijgen 10 kalenderdagen (de dag van ontvangst niet inbegrepen) om opmerkingen te formuleren. De adviezen worden na goedkeuring ondertekend door de voorzitter en de secretaris of hun respectievelijke vervangers. De goedgekeurde en ondertekende adviezen worden bijgehouden door de secretaris. |
Art. 35: |
De gemeente deelt aan de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur mee welk gevolg aan het advies is gegeven en dit op een van de volgende wijzen:
Indien de beslissing of het schrijven afwijkt van het advies van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur motiveert de gemeente haar beslissing of schrijven. |
Onderafdeling 7.3 – Verslagen |
|
Art. 36: |
Van de vergaderingen van de algemene vergadering wordt een verslag gemaakt, volgens het model opgelegd door het college van burgemeester en schepenen. Elk verslag bevat in voorkomend geval de volgende punten: 1. de aan- en afwezigheden;2. de goedkeuring van het verslag van de vorige vergadering; 3. de eigenlijke agendapunten bestaande uit: 4. de rapportering over het gevolg dat aan de verstrekte adviezen is gegeven; 5. de rapportering door leden afgevaardigd in andere gemeentelijke adviesraden en/of overlegstructuren; 6. het financieel verslag. |
Art. 37: |
De verslagen worden opgemaakt door de secretaris. De secretaris bezorgt het ontwerpverslag in elektronische vorm aan de leden. De leden krijgen 5 kalenderdagen (de dag van ontvangst niet inbegrepen) om opmerkingen te formuleren. De verslagen worden na goedkeuring ondertekend door de voorzitter en de secretaris of hun respectievelijke vervangers. De goedgekeurde en ondertekende verslagen worden bijgehouden door de secretaris. |
Art. 38: |
De verslagen van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad. De verslagen worden pas voorgelegd aan de gemeenteraad als de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur ze heeft goedgekeurd. Indien de goedkeuring niet heeft plaatsgevonden binnen de 30 dagen na de vergadering waarop het verslag betrekking heeft, dan wordt het verslag in voorlopige vorm voorgelegd aan de gemeenteraad. Het verslag vermeldt in voorkomend geval duidelijk het voorlopig karakter van het verslag. |
Afdeling 8 – Rechten |
|
Art. 39: |
De leden hebben steeds toegang tot de documenten, verslagen en adviezen van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur waarvan ze deel uitmaken. |
Art. 40: |
De gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren hebben inzage in de bestuursdocumenten die betrekking hebben op hun algemene en specifieke opdracht, tenzij er gegronde bezwaren zijn tegen de openbaarheid. |
Art. 41: |
De leden van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren zijn verzekerd tegen lichamelijke ongevallen en burgerlijke aansprakelijkheid. |
Afdeling 9 – Ondersteuning |
|
Art. 42: |
De algemeen directeur wijst onder de waarnemende leden een personeelslid aan als secretaris, waarvan de opdracht beperkt is tot de taken vermeld in onderhavig reglement. |
Art. 43: |
De gemeente ondersteunt de opdracht van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur financieel hetzij door de nodige middelen te voorzien op het gemeentebudget hetzij door de verstrekking van een werkingstoelage. De gemeente kan de activiteiten van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur die als gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur georganiseerd worden financieel ondersteunen hetzij door de nodige middelen te voorzien op het gemeentebudget hetzij door de verstrekking van een projecttoelage. |
Art. 44: |
De gemeente stelt de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kosteloos een vergaderlokaal ter beschikking ten behoeve van de vergaderingen van de algemene vergadering en van het dagelijks bestuur. |
Afdeling 10 – Financiën |
|
Art. 45: |
De penningmeester beheert de chartale en de girale middelen van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur. Hij houdt een gedetailleerd kasboek bij van alle inkomsten en uitgaven van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur. |
Art. 46: |
De penningmeester geeft elke algemene vergadering een beknopt overzicht van de stand van de kas en/of rekening(en) van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur. De algemene vergadering kan onder de leden die geen deel uitmaken van het dagelijks bestuur een of meerdere commissarissen aanduiden die de rekeninguittreksels, de kasboeken, de facturen e.d.m. van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kunnen nazien. De commissaris rapporteert over zijn bevindingen aan de algemene vergadering. |
Art. 47: |
De penningmeester bereidt voor het begin van elk kalenderjaar een budget voor, desgevallend naar model opgelegd door het college van burgemeester en schepenen. Het budget bevat onder meer het jaarprogramma en de middelen die nodig zijn om dit jaarprogramma te realiseren. Het jaarprogramma kan in de loop van het kalenderjaar bijgestuurd worden. |
Art. 48: |
De penningmeester maakt op het einde van elk kalenderjaar een rekening op, desgevallend naar model opgelegd door het college van burgemeester en schepenen |
Art. 49: |
Bij de ontbinding van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur worden alle goederen en middelen van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur overgemaakt aan de gemeentekas. |
Art. 50: |
De (uitgetreden en uitgesloten) leden kunnen geen enkel verhaal laten gelden op de goederen en/of de middelen van de gemeentelijke adviesraad en/of de individuele leden. |
Afdeling 11 - Huishoudelijk reglement |
|
Art. 51: |
De algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan een huishoudelijk reglement opstellen. Het huishoudelijk reglement verbijzondert de onderhavige statuten en regelt de aangelegenheden die niet in de onderhavige statuten zijn opgenomen. Het huishoudelijk reglement mag geen bepalingen bevatten die strijdig zijn met onderhavige statuten of die de draagwijdte ervan inperken. |
Art. 52: |
De algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren maakt een exemplaar van het huishoudelijk reglement en van elke wijziging ervan over aan het college van burgemeester en schepenen. |
TITEL II – SPECIFIEKE EN AFWIJKENDE BEPALINGEN M.B.T. DE ADVIESRADEN EN DE OVERLEGSTRUCTUREN |
|
ONDERDEEL A – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR CULTUUR |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 53: |
De gemeentelijke adviesraad cultuur heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 54: |
De gemeentelijke adviesraad voor cultuur heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 55: |
De gemeentelijke adviesraad voor cultuur heeft de volgende waarnemende leden:
|
Art. 56: |
opgeheven |
ONDERDEEL B – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR TOERISME EN ERFGOED |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 57: |
De gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 - Activiteiten |
|
Art. 58: |
De gemeentelijk adviesraad voor toerisme en erfgoed kan in het eigen werkveld in het bijzonder de volgende activiteiten organiseren:
|
Afdeling 3 – Algemene vergadering |
|
Art. 59: |
De gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 60: |
De gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed heeft de volgende waarnemende leden:
|
ONDERDEEL C – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR JEUGD |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 61: |
De gemeentelijke adviesraad voor jeugd heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 62: |
De gemeentelijke adviesraad voor jeugd heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 63: |
De gemeentelijke adviesraad voor jeugd heeft de volgende waarnemende leden:
|
ONDERDEEL D – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR SPORT |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 64: |
De gemeentelijke adviesraad voor sport heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 65: |
De gemeentelijke advies raad voor sport heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 66: |
De gemeentelijke adviesraad voor sport heeft de volgende waarnemende leden:
|
ONDERDEEL E – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR OUDEREN |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 67: |
De gemeentelijke adviesraad voor ouderen heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 68: |
De gemeentelijke adviesraad voor ouderen heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 69: |
De gemeentelijke adviesraad voor ouderen heeft de volgende waarnemende leden:
|
ONDERDEEL F – GEMEENTELIJKE OVERLEGSTRUCTUUR VOOR VERKEER EN MOBILITEIT |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 70: |
De gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 71: |
De gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 72: |
De gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit heeft de volgende waarnemende leden:
|
ONDERDEEL G – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR LEEFMILIEU |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 73: |
De gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 74: |
De gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 75: |
De gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu heeft de volgende waarnemende leden:
|
ONDERDEEL H – GEMEENTELIJKE OVERLEGSTRUCTUUR HUIS VAN HET KIND |
|
Afdeling 1 – Opdracht |
|
Art. 76 |
De gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind heeft als specifieke opdracht:
|
Afdeling 2 – Algemene vergadering |
|
Art. 77: |
De gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 78: |
De gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind heeft de volgende waarnemende leden:
|
TITEL III – SPECIFIEKE BEPALINGEN M.B.T. DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING |
|
Art. 79: |
De gemeente erkent en richt de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening in. De overige titels van onderhavig besluit zijn niet van toepassing op de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening. De samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening wordt daarentegen bepaald in:
Onderhavig reglement bevatten met betrekking tot de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening slechts die bepalingen die aanvullend of niet geregeld zijn in de in vorig lid voornoemde regelgeving. |
Art. 80: |
De gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening heeft de volgende stemgerechtigde leden:
|
Art. 81: |
Elk stemgerechtigd lid, behoudens de voorzitter, heeft een plaatsvervanger. De plaatsvervanger voleindigt het mandaat van het effectief lid dat voortijdig zijn mandaat stopzet. De plaatsvervanger treedt op voor een effectief lid dat op de vergadering afwezig is. |
Art. 82: |
Het presentiegeld voor de voorzitter van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is gelijk aan het presentiegeld dat het gemeenteraadslid ontvangt voor het bijwonen van een vergadering van de gemeenteraad, zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad. Het presentiegeld voor de leden van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is gelijk aan het presentiegeld dat het gemeenteraadslid ontvangt voor het bijwonen van een vergadering van een gemeenteraadscommissie, zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad. De plaatsvervangende leden ontvangen slechts een presentiegeld voor zover de effectieve leden afwezig zijn. |
Art. 83: |
De vergoeding voor reis- en verblijfskosten voor de voorzitter en de leden van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is gelijk aan de vergoeding voor reis- en verblijfskosten dat het gemeentepersoneel ontvangt, zoals vastgesteld in de lokale rechtspositieregeling. |
TITEL IV - SLOTBEPALINGEN |
|
Afdeling 1 – Inwerkingtreding |
|
Art. 84: |
Onderhavig reglement treedt in werking op 1 april 2023. |
Afdeling 2 - Opheffingsbepalingen |
|
Art. 85: |
Het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende participatie - vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019), wordt met ingang van heden opgeheven. |
Afdeling 3 – Bekendmaking |
|
Art. 86: |
Onderhavig reglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur. |
Art. 87: |
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de betrokken gemeentelijke diensten. |
Gemeenteraadsbesluit van 19 december 2022 houdende participatie - realisatie nieuwe sporthal - vaststellen procesverloop naamgeving, artikel 4.
Alle inwoners konden via het digitaal participatieplatform tot en met 7 februari 2023 naamvoorstellen voor de nieuwe sporthal indienen.
Er werden door 99 inwoners 126 voorstellen ingediend.
De jury beoordeelde de voorstellen op 9 februari 2023 en selecteerde de volgende naamvoorstellen:
Naam | Toelichting |
sporthal Scaldis | Verwijzing naar de locatie van de sporthal: Scaldis is de Latijnse naam van de Schelde. |
Gaverhal | Samenstelling van Gavere enerzijds en sporthal anderzijds. |
De Sportdreef | Verwijzing naar de straatnaam en locatie van de sporthal. De naam is bekend, verwijst naar sport en is gemakkelijk in gebruik (voor clubs in competitie) |
Sportburcht | Verwijzing naar de locatie waar voorheen de waterburcht van Gavere stond. |
sporthal De Meander | Verwijzing naar de locatie van de sporthal, langs de meanderende Schelde. |
Het college van burgemeester en schepenen valideerde de naamvoorstellen op 13 februari 2023.
Het publiek kon via het digitaal participatieplatform zijn stem uitbrengen.
Het resultaat van de stemming luidt:
Naam | Resultaat van de digitale stemming | Resultaat van de analoge stemming | Totaal resultaat van de stemming |
sporthal Scaldis | 91 | 44 | 135 |
Gaverhal | 17 | 19 | 36 |
De Sportdreef | 81 | 19 | 100 |
Sportburcht | 7 | 20 | 27 |
sporthal De Meander | 11 | 27 | 38 |
Art. 1: | De gemeenteraad neemt kennis van de resultaten van de stemming. |
Art. 2: | De gemeenteraad stelt de naam van de nieuwe sporthal vast: "sporthal Scaldis" |
Art. 3: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan
|
Decreet over het lokaal bestuur, artikel 40.
In het meerjarenplan 2020-2025 is actie 265 "Landschapsintegratie" opgenomen.
Deze actie wordt omschreven als volgt:
Het lokaal bestuur zorgt via zijn vergunningenbeleid voor een goede integratie in het landschap van gebouwen, constructies en inrichtingen.
Dit omvat onder meer:
- de opmaak van een stedenbouwkundige verordening kwalitatieve meergezinswoningen
- de opmaak van een belastingreglement op meergezinswoningen en het aanwenden van deze inkomsten voor de aanleg/uitbreiding van publiek groen, zachte verbindingen e.d.
- stedenbouwkundige voorwaarden en lasten opgelegd in de vergunningen
- stimuleren van erfbeplanting (= het aanplanten van groen in de omgeving van bedrijfsgebouwen)
- de opmaak van een richtlijnenkader "verdichting"
Deze actie levert een bijdrage aan duurzaam ontwikkelingsdoel nr. 15 'Leven op het land'.
De opmaak van een "richtlijnenkader verdichting" is ingegeven vanuit de noodzaak om te kunnen inspelen op enkele negatieve trends:
Met het "richtlijnenkader verdichting" wenst de gemeente proactief in te spelen op deze negatieve tendensen en een leidraad op te stellen voor toekomstige verdichtingsprojecten in de gemeente op geschikte locaties.
De leidraad/handleiding verbeeldt op een visuele en toegankelijke manier ontwerprichtlijnen voor verdichtingsprojecten naar architecten, projectontwikkelaars en particulieren.
Het is geen verordenend instrument, maar een kader voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening bij voorbesprekingen van projecten en bij de behandeling van aanvragen voor omgevingsvergunningen.
Het "richtlijnenkader verdichting" betekent geen automatische vrijgeleide voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning. Deze richtlijnen vormen een kader voor de toetsing van een aanvraagdossier aan de goede ruimtelijke ordening.
Naast deze opportuniteitsbeoordeling is er ook steeds een juridische toets: nl. de decretale beoordelingsgronden uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, de verordenende stedenbouwkundige voorschriften uit een geldend gewestplan, een Bijzonder Plan van Aanleg (BPA) of een Ruimtelijk UitvoeringsPlan (RUP), eventueel een verkavelingsplan én de normering uit de stedenbouwkundige verordeningen.
Het "richtlijnenkader verdichting" bevat enerzijds een locatiebeleid met de gewenste verdichtingsstrategie van de bestaande woongebieden, en anderzijds de ruimtelijke kwaliteitsprincipes welke noodzakelijk zijn om een verhoging van de dichtheid te kunnen verantwoorden.
Deze ruimtelijke kwaliteitsprincipes zijn:
Het "richtlijnenkader verdichting" werd besproken tijdens de vergadering van de gecoro van 30 oktober 2022 en werd beoordeeld als volgt:
"de gecoro is van oordeel dat de gemeente met dit richtlijnenkader over een sterke visie beschikt om invulling te geven aan het gewenste ruimtelijk beleid.
Er wordt voorgesteld om het document te gebruiken als richtlijnenkader zonder verordenend karakter, om te vermijden dat specifieke situaties/ontwikkelingen (bvb herbestemming van een grote hoeve) onmogelijk zouden worden.
De vergunningverlenende overheid moet te allen tijde een met redenen omklede afwijkingsmogelijkheid hebben bij specifieke gevallen, zoals b.v. na sloping (of bij herwerking / opsplitsing) van bestaande volumineuze bouwwerken. Anders bestaat steeds het gevaar dat kwalitatieve oplossingen op bepaalde plaatsen niet kunnen worden aanvaard, louter door het feit dat dit ‘helaas’ niet in de regelgeving is opgenomen.
Art. 1: |
De nota "richtlijnenkader verdichting" wordt goedgekeurd, zoals gezien in bijlage, en wordt gebruikt als beoordelingsinstrument van de goede ruimtelijke ordening bij verdichtingsprojecten. |
Art. 2: |
Een afschrift van deze beslissing en de bijlage over te maken aan de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen en aan de afdeling ruimte. |
Art. 3: |
Het richtlijnenkader verdichting algemeen bekend te maken aan de bevolking, minstens via de gemeentelijke website. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
De gemeente Gavere kent een lange aanwezigheid van de luchtmacht. Om die redenen werd tussen de gemeente Gavere en ATCC Semmerzake in 2001 een overeenkomst gesloten waarbij de gemeente Gavere het peterschap van de luchtmachteenheid op zich nam.
Het ATCC heeft zijn activiteiten, met uitzondering van de exploitatie van de radarinstallatie in Semmerzake, op het grondgebied van de gemeente Gavere stopgezet. Het ATCC verhuisde naar Skyes in Steenokkerzeel, ingevolge de nauwere samenwerking tussen de militaire en de civiele luchtvaart.
De kazerne in Gavere werd intussen ingenomen door de landmacht, meer bepaald door een deel van het 3e Bataljon Parachutisten (kortweg: 3Para) uit Tielen. Het 3e Bataljon Parachutisten is één van de twee bataljons van het Special Operations Regiment en houdt op permanente basis steeds 1 bataljon klaar als snelle interventiemacht.
De gemeente Gavere wenst met 3Para, net als met het ATCC, een goede verstandhouding op te bouwen en stelt daarom voor om een samenwerkingsprotocol met 3Para af te sluiten. Een peterschap behoort niet tot de mogelijkheden aangezien een eenheid slechts één peter mag hebben en het peterschap reeds berust bij de gemeente Kasterlee. Daarenboven is de gemeente Gavere reeds peter van het ATCC.
Art. 1: | De gemeente Gavere keurt het samenwerkingsprotocol met de landmachteenheid 3e Bataljon Parachutisten (3Para), gevestigd in het kwartier Kapt. VI De Hemptinne, Molenstraat 69 te 9890 Gavere, goed zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan: 3Para, p/a Molenstraat 69, 9890 Gavere. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40 en 41.
Het ontwerpdecreet over leersteun (ter vervanging van het zogenaamde M-decreet) bepaalt dat een schoolbestuur moet aansluiten bij één leersteuncentrum (LSC) naar keuze, met uitzondering van een specifiek leersteuncentrum type 4, 6 of 7, georganiseerd door een bestuur van het eigen of een ander onderwijsnet, om leersteun te kunnen ontvangen voor de leerlingen en leerkrachten van zijn school/scholen voor gewoon onderwijs (gewoon basisonderwijs en gewoon secundair onderwijs).
Volgens de ontwerptekst van de memorie van toelichting kiest de Vlaamse Regering hiermee voor een nieuw ondersteuningsmodel.
Een LSC biedt leersteun aan scholen voor gewoon onderwijs (gewoon basisonderwijs en gewoon secundair onderwijs) die leerlingen hebben met:
Gemeentelijke basisscholen De Vierklaver A en BGV hebben leerlingen met de hierboven vermelde verslagen.
Een LSC kan deel uitmaken van een school voor buitengewoon onderwijs of kan een zelfstandige instelling zijn. Een specifiek LSC type 4, 6 of 7 is een LSC dat deel uitmaakt van een school voor buitengewoon onderwijs en dat alleen leersteun biedt voor leerlingen met een GC-verslag, IAC-verslag of OV4-verslag type 4, type 6 of type 7, in het gewoon basisonderwijs en het gewoon secundair onderwijs.
Het schoolbestuur is sinds 2015 aangesloten bij het ondersteuningsnetwerk SYM en de directies van de gemeentelijke basisscholen zijn zeer tevreden over de samenwerking. Het LSC komt in de plaats van de ondersteuning door het huidige ondersteuningsnetwerk SYM, dat ophoudt te bestaan.
De Vlaamse Regering sluit met de representatieve verenigingen van inrichtende machten (waaronder OVSG) en het gemeenschapsonderwijs een protocol af over waar de LSC’s mogen worden opgericht en door welke besturen (protocol landschap LSC).
Het LSC waarbij het schoolbestuur wenst aan te sluiten is GO! 19 20 21:
Het schoolbestuur voldoet aan de voorwaarden voor aansluiting zoals omschreven in de onderwijsreglementering.
Het schoolbestuur diende uiterlijk op 10 maart 2023 aan te sluiten bij een leersteuncentrum. Het schoolbestuur moest zijn keuze meedelen aan het betrokken leersteuncentrum en aan AGODI uiterlijk een maand na de publicatie van het vermelde protocol landschap LSC. Door deze zeer strakke timing was het college van burgemeester genoodzaakt om bij hoogdringendheid een voorlopige beslissing te nemen en deze ter bekrachtiging voor te leggen aan de gemeenteraad.
De beslissing voldoet aan de voorwaarden vermeld in art. 21 van het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad. Op 28 februari 2023 heeft het overleg in de schoolraad plaatsgevonden en het schoolbestuur volgt het resultaat.
Art. 1: | De gemeenteraad bekrachtigt het collegebesluit van 6 maart 2023 houdende gemeentelijke basisschool de Vierklaver - aansluiten bij een leersteuncentrum: het schoolbestuur sluit op 1 september 2023 met zijn scholen gewoon basisonderwijs aan bij het leersteuncentrum GO! 19 20 21, gevestigd Serpenstraat 63, 9700 Oudenaarde, deel van de scholengroep GO! Vlaamse Ardennen, gevestigd Ronseweg 1, 9700 Oudenaarde. |
Art. 2: | Een afschrift van deze beslissing over te maken aan:
|
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 5° en 196.
De laatste versie van de beheersovereenkomst dateert van november 2021
De beheersovereenkomst wordt aangepast op de volgende onderwerpen:
Art. 1: | De beheersovereenkomst tussen de gemeente Gavere en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn Gavere goed te keuren, zoals gezien in bijlage. |
Art. 2: | Het gemeenteraadsbesluit van 21november 2021 houdende beheersovereenkomst tussen gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn - goedkeuren (vervangen gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019) wordt opgeheven. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.
Schapen worden traditiegetrouw de komende maanden geschoren, maar de vele schapenhouders blijven met de scheerwol zitten, vnl. gezien de lage marktprijs.
Dit is dus een natuurlijk ‘afval’product, maar wordt niet ‘verteerd/ verwerkt’ door de natuur zelf.
Gavere durft/ N-VA pleit er hier voor deze scheerwol op duidelijk kenbaar gemaakte momenten in te zamelen op het gemeentelijk recyclagepark zodat o.a. het illegaal dumpen of ergens achterlaten geen optie wordt of blijft.
Overwegende dat:
Het voorstel van beslissing luidt:
Art. 1: | De gemeenteraad neemt kennis van het antwoord van het college van burgemeester en schepenen, met name dat bij afvalintercommunale IVM navraag zal gedaan worden over de inzameling van niet-verontreinigde wol. |
Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.
De verslagen en de einddocumenten van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 27/03/2023 om 21:23.
Namens Gemeenteraad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de gemeenteraad