Terug
Gepubliceerd op 25/04/2023

Notulen  Gemeenteraad

ma 27/03/2023 - 20:00 Raadzaal
Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
Denis Dierick, burgemeester
Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
Serge Ronsse, algemeen directeur
Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid

De voorzitter opent de zitting op 27/03/2023 om 20:00.

  • Openbaar

    • Goedkeuren notulen en zittingsverslag van 27 februari 2023

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.

      juridisch kader

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.

      motivering

      Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.

      Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit

      Art. 1:

      De notulen van de zitting van de gemeenteraad van 27 februari 2023 goed te keuren.

      Art. 2:

      Het verslag van de zitting van de gemeenteraad van 27 februari 2023 goed te keuren.

    • Intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging voor huisvuilverwerking Meetjesland (IVM) ov - kennisname verslag van de bestuurder

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 4°.

      juridisch kader
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 34 en 441.
      • Halfjaarlijks verslag van de intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging voor huisvuilverwerking Meetjesland (IVM ov).
      motivering

      Conform de bepalingen van het decreet lokaal bestuur brengen de bestuurders ten overstaan van hun gemeenteraad tweemaal per jaar verslag uit over de uitoefening van hun mandaat en over het beleid van de opdrachthoudende vereniging.

      besluit

      Art. 1:

      Kennis te nemen van het verslag van de bestuurder bij de intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging voor huisvuilverwerking Meetjesland (IVM ov).

      Art. 2:

      Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie).

    • Intergemeentelijke samenwerking (IGS) Westlede - kennisname agenda buitengewone algemene vergadering 30 mei 2023 en goedkeuren statutenwijziging

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 432.

      juridisch kader
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 34 en 41 2e lid 4°.
      • Gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019 houdende Intergemeentelijke samenwerking (IGS) Westlede - afvaardigen vertegenwoordigers algemene vergadering en voordragen leden raad van bestuur.
      • Statuten van Westlede.
      • Uitnodiging (e-mail) van Westlede van 23 februari 2023 om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van 30 mei 2023 met bijlagen en stavingsstukken.
      motivering

      De deelnemende gemeenten worden uitgenodigd om een vertegenwoordiging af te vaardigen in de buitengewone algemene vergadering van Westlede.

      Op de gemeenteraad van 28 januari 2019 werd mevrouw Peggy Demoor, schepen, aangeduid als vertegenwoordiger en de heer Denis Dierick, burgemeester, aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger voor de volledige legislatuur.

      De agenda van de buitengewone algemene vergadering van 30 mei 2023 bevat de volgende punten:

      1. Vaststelling dat de vereniging de rechtsvorm dient aan te nemen van de coöperatieve vennootschap en de statuten dienen aangepast te worden volgens de regels van het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen
      2. Opheffen van de statutair onbeschikbare eigen vermogensrekening en beschikbaar stellen van de middelen
      3. Aanneming van de volledig nieuwe statuten
      4. Bevestiging van de mandaten van het bestuur

      Ter voorbereiding zijn de beschikbare bijlagen en stavingsstukken toegevoegd aan het dossier. 

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit

      Art. 1:

      De gemeenteraad neemt kennis van de agenda die zal behandeld worden op de buitengewone algemene vergadering van Intergemeentelijke samenwerking (IGS) Westlede op 30 mei 2023 en hecht zijn goedkeuring aan de punten die dit vereisen:

      1. Vaststelling dat de vereniging de rechtsvorm dient aan te nemen van de coöperatieve vennootschap en de statuten dienen aangepast te worden volgens de regels van het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen
      2. Opheffen van de statutair onbeschikbare eigen vermogensrekening en beschikbaar stellen van de middelen
      3. Aanneming van de volledig nieuwe statuten
      4. Bevestiging van de mandaten van het bestuur

      Art. 2:

      De vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger die zal deelnemen aan de algemene vergadering wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in de gemeenteraad van heden inzake onderhavige aangelegenheid.

      Art. 3:

      Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en zal onder meer kennis hiervan verrichten aan het secretariaat van Westlede, Smalle Heerweg 60, 9080 Lochristi (via e-mail aan 30052023bavwl@westlede.be).
    • Opdracht voor het aangaan van een krediet ter financiering van de investeringsuitgaven van het lokaal bestuur - bepalen van de contractvoorwaarden en de wijze van gunnen

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.

      juridisch kader
      • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.
      • Decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.
      • Gemeenteraadsbesluit van 19 december 2022 houdende vaststellen van meerjarenplanaanpassing nr. 3 2020-2025.
      motivering

      Het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor het financiële beheer van het lokaal bestuur, maar vermeldt daarbij niet langer het nemen van besluiten over leningen. Bijgevolg gelden de algemene bevoegdheidsverdelende regels en is dus de gemeenteraad bevoegd om de voorwaarden te bepalen met betrekking tot het aangaan van een lening.

      Sinds 30 juni 2017 is het voor lokale besturen niet meer verplicht om de wetgeving overheidsopdrachten te volgen voor het aangaan van een lening. Dat neemt niet weg dat besturen bij het aangaan van een lening de beginselen van behoorlijk bestuur moeten blijven toepassen. Daarom werkte de werkgroep leningen van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en de beroepsfederatie van de Vlaamse Lokale financieel directeurs (Vlofin vzw) een typecontract uit waarover overleg werd gepleegd met de banksector via Febelfin.

      Het lokaal bestuur van Gavere voorziet in de meerjarenplanaanpassing zoals goedgekeurd op 19 december 2022 de opname van een lening ten belope van € 6.000.000 in 2023 en dit ter financiering van het negatief investeringssaldo dat in budgetjaar 2023 geraamd wordt op - € 11.732.811.

      De 2 grootste investeringsprojecten van de gemeente Gavere zijn in volle uitvoering, nl. de heraanleg van de Markt en de voortuin van het administratief centrum (prioritaire beleidsactie 261) en de realisatie van een nieuwe sporthal (prioritaire beleidsactie 317). Hoewel de BBC-regelgeving de lokale besturen niet verplicht om hun financiering te koppelen aan concrete projecten, is dit om redenen van transparantie wel degelijk nuttig en zelfs wenselijk.

      Beide investeringen samen vergen een netto gemeentelijke investeringsinspanning van € 10.194.140,02:

      • Voor de heraanleg van de Markt bedraagt het geraamd netto gemeentelijk aandeel € 3.030.990,02 voor de bovenbouw en de riolering. De kost van het archeologisch onderzoek en de aanleg van de flankerende parking zit hier niet in vervat.
      • Voor de realisatie van de nieuwe sporthal bedraagt het geraamd netto gemeentelijk aandeel € 7.163.150. De kost van de inrichting van de sporthal, het aan te kopen meubilair en de omgevingsaanleg zit hier niet in vervat.
      Beide investeringen zullen na ingebruikname worden afgeschreven over een termijn van 30 jaar.
      De ingebruikname van beide investeringen is voorzien in 2023.
      € 6.000.000 van deze gemeentelijke investeringen wordt extern gefinancierd door het aangaan van een klassieke lening. Rekening houdend met de actuele macro-economische omstandigheden wordt voorgesteld om een lening op te nemen met een vaste rentevoet, opgedeeld in 2 percelen met enerzijds een looptijd van 25 jaar en anderzijds een looptijd van 30 jaar, waarop de financiële instellingen afzonderlijk kunnen intekenen zonder verplicht te zijn om voor beide percelen een voorstel in te dienen. Beide leningen worden na hun omzetting actief beheert.

      De bepalingen opgenomen in het de voorwaarden volgen de voorwaarden van het typecontract dat uitgewerkt werd door VVSG en Vlofin.

      Minstens deze financiële instellingen worden uitgenodigd tot het indienen van een voorstel:

      • Belfius Bank NV
      • BNP Paribas Fortis
      • ING België NV
      • KBC Bank NV.
      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit

      Art. 1:

      Het contract 'leningen 487.1-2023' tot het aangaan van een lening ter financiering van het investeringssaldo 2023 met zijn bijlagen goed te keuren.

      Art. 2:

      De opdracht omvat 2 percelen, namelijk:

      1. langetermijnkrediet op basis van een vaste rentevoet met een looptijd 25 jaar: € 2.000.000,00;
      2. langetermijnkrediet op basis van een vaste rentevoet met een looptijd 30 jaar: € 4.000.000,00.

      Art. 3:

      De opdracht te gunnen op basis van de prijs (laagst geboden marge in basispunten) en per perceel.

      Art. 4:

      Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van deze opdracht en de sluiting van het contract.

    • Belasting op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden (vervangen gemeenteraadsbesluit van 14 december 2020)

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid
      • Grondwet, artikel 41, 162 en 170 §4.
      • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid (Decreet Grond- en Pandenbeleid), artikel 2.2.6.
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 14°.
      • Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
      juridisch kader
      • Decreet van 19 april 1995 betreffende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten.
      • Decreet van 22 december 1995 betreffende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996.
      • Decreet van 15 juli 1997 betreffende de Vlaamse Wooncode.
      • Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid.
      • Decreet van 14 oktober 2016 betreffende wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen.
      • Vlaamse codex Wonen van 2021, artikel 2.9 t.e.m. 2.14.
      • Gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende vaststellen van een retributie op de invorderingskosten van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en gemeentelijke administratieve sancties.
      • Gemeenteraadsbesluit van 18 november 2019 betreffende het vaststellen van het belastingreglement op tweede verblijven.
      • Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2020 houdende belasting op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden (vervangen gemeenteraadsbesluit van 18 november 2019).
      • Gemeenteraadsbesluit  van 14 december 2020 houdende opmaak en beheer van het leegstandsregister - vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 22 juni 2015).
      motivering

      Om de problematiek van leegstand in de regio beter te coördineren is de gemeente op 9 september 2019 toegetreden tot de interlokale vereniging ‘Wonen Leie & Schelde’ met werkingsgebied De Pinte, Gavere, Melle, Merelbeke, Nazareth en Sint-Martens-Latem. Om bovengemeentelijke afstemming te bekomen, werd afgesproken om zowel het reglement voor de opmaak en het beheer van het leegstandsregister als het toepasselijk belastingreglement op de leegstand van gebouwen, woningen, kamers en overige woongelegenheden te hernieuwen na onderlinge afstemming.

      Leegstaande woningen en gebouwen zorgen op diverse manieren voor overlast. Leegstand is veelal een voorbode van verwaarlozing en verkrotting. Langdurige leegstand zal dan ook meer lasten voor de lokale overheid met zich meebrengen onder de vorm van grotere politionele inzet, bestrijden van sluikstorten, overlast, nemen van maatregelen om de aantrekkelijkheid van de gemeente te behouden of te verbeteren.

      Daarnaast zijn leegstaande woningen niet beschikbaar voor de huizenmarkt. Er is reeds een tekort op de huizenmarkt, waardoor de huur- en verkoopprijzen hoog blijven. Tevens blijkt dat een grote groep mensen in de onmogelijkheid is om een betaalbare woning te vinden. Leegstand vormt ook één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en of dorpskern en omliggende straten. Het beïnvloedt op negatieve wijze de aantrekkelijkheid van een gemeente doordat een desolate indruk wordt gecreëerd. Leegstand bij gebouwen veroorzaakt bovendien een sneeuwbaleffect waardoor de handelsfunctie in bepaalde buurten verzwakt. Leegstaande gebouwen hebben hierdoor een nog grotere negatieve impact op de aantrekkelijkheid van de gemeente (o.a. door het wegblijven van bezoekers, door de afwezigheid van personeel in leegstaande kantoorgebouwen) dan leegstaande woningen.

      De gemeente opteert dan ook om voornoemde redenen een hoger belastingtarief te heffen op leegstaande gebouwen dan voor leegstaande kamers en overige woongelegenheden.

      De belasting valt ten laste van zakelijke gerechtigden van gebouwen en woningen welke 12 opeenvolgende maanden opgenomen zijn in het leegstandsregister. Met deze belasting beoogt de gemeente om ervoor te zorgen dat het beschikbare patrimonium in de gemeente optimaal benut wordt. Daarnaast dienen de ontvangsten en de uitgaven van de gemeente in evenwicht te worden gehouden. Hiertoe is het wenselijk te voorzien in het heffen van eigen gemeentelijke belastingen specifiek geënt op de lokale omstandigheden en ter ondersteuning van bepaalde beleidsaspecten.

      Aan het huidig belastingreglement worden 2 aanpassingen voorgesteld, beide in het voordeel van de burger:

      1. Vermits renovaties steeds ingrijpender worden om striktere energetische normen te halen en omwille van de vaak langere levertermijnen bij diverse bouwmaterialen, wordt de termijn van de vrijstellingen bij een renovatie in alle toepasselijke gevallen verlengd met één jaar.
      2. De trapstructuur die ingebouwd zit in de tarifering wordt toegepast indien een belastingplichtige na het verstrijken van de vrijgestelde termijn (opnieuw) de gemeentelijke leegstandsheffing moet betalen. Het belastingreglement van 14 december 2020 bepaalde daarentegen dat de belastingplichtige meteen een hoger tarief werd aangerekend dan de basisbelasting van 2.000 euro voor een volledig gebouw of een woning, 100 euro voor een individuele kamer of 500 euro voor elke overige woongelegenheid zoals bepaald in artikel 4 §1.

      Voor het overige blijven alle bepalingen gelijk. De tarieven in het nieuwe belastingreglement wijzigen niet ten aanzien van de huidige tarieven opgenomen in het belastingreglement van 14 december 2020.

      Vermits de voorgestelde aanpassing in het voordeel van de burger is, kunnen de aanpassingen met terugwerkende kracht vanaf aanslagjaar 2023 worden ingevoerd.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit
      Art. 1:

      Begripsomschrijvingen:

      Voor de toepassing van dit reglement gelden onder meer de begripsomschrijvingen van het artikel 1.3 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

      In dit reglement wordt verstaan onder:

      • aanslagjaar: het jaar waarin de belasting verschuldigd is. Elk aanslagjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december.
      • administratie: de intergemeentelijke administratieve eenheid die door het gemeentebestuur wordt belast met de opmaak, de opbouw, het beheer en de actualisering van het leegstandsregister.
      • beroepsinstantie: het college van burgemeester en schepenen.
      • beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:
      • een aangetekend schrijven;
      • een afgifte tegen ontvangstbewijs;
      • een elektronische aangetekende zending.
      • gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2,1° van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten.
      • woning: een goed, vermeld in artikel 1.3, §1, 66° van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
      • kamer: een woning waarin een toilet, een bad of douche of een kookgelegenheid ontbreken en waarvan de bewoners voor één of meer van die voorzieningen aangewezen zijn op de gemeenschappelijke ruimten in of aansluitend bij het gebouw waarvan de woning deel uitmaakt.
      • overige woongelegenheid: elk gebouw met woongelegenheid dat niet te definiëren valt als woning en/of kamer.
      • leegstandsregister: het gemeentelijk register van leegstaande gebouwen en woningen, vermeld in artikel 2.9 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het reglement voor de opmaak en het beheer van het leegstandsregister zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 14 december 2020.
      • leegstand bij nieuwbouw: een nieuw gebouw of een nieuwe woning wordt als een leegstaand gebouw of een leegstaande woning beschouwd indien dat gebouw of die woning binnen zeven jaar na de afgifte van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig §1 respectievelijk §2 van artikel 2.10 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
      • opnamedatum: de datum waarop het gebouw, een kamer, een appartement of de woning in het leegstandsregister wordt opgenomen.
      • renovatienota: een gedetailleerde, gedateerde en ondertekende nota die door de administratie wordt goedgekeurd en waarin minstens is opgenomen:
      • een overzicht van de voorgenomen werken;
      • een gedetailleerd tijdsschema waaruit blijkt dat binnen een periode van maximaal 2 jaar een woning of een gebouw bewoonbaar wordt gemaakt;
      • een kopie van de originele ondertekende offertes en/of facturen van minimaal 10.000 euro (exclusief btw); deze facturen en offertes mogen niet ouder zijn dan één jaar;
      • een fotoreportage met weergave van de bestaande toestand van de te renoveren onderdelen.

      Een ingediende renovatienota wordt geacht te zijn goedgekeurd wanneer binnen 3 maanden ingaand de derde werkdag na deze van de betekening van de renovatienota geen beslissing door de administratie is genomen.

      • verjaardag: het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van twaalf maanden vanaf de opnamedatum, zolang het gebouw, de kamer, het appartement of de woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt.
      • tweede verblijf: een woning die op elk moment kan worden gebruikt voor bewoning, maar waarvan diegene die er kan verblijven, voor de desbetreffende woning, niet is ingeschreven in het bevolkingsregister en waarvoor een aangifte is gebeurd overeenkomstig de bepalingen van de gemeentelijke belasting op tweede verblijven. Als tweede verblijf wordt niet beschouwd een woning die de voorbije 12 maanden niet effectief werd gebruikt overeenkomstig de functie als tweede verblijf.
      • zakelijk gerechtigde: de houder van één van de volgende zakelijke rechten:
      • de volle eigendom;
      • in voorkomend geval, het recht van opstal of van erfpacht;
      • in voorkomend geval, het vruchtgebruik.
      • ramp: een gebeurtenis die zich voordoet buiten de wil van de houder van het zakelijk recht en waardoor de schade dermate is dat het gebruik onmogelijk is, bv. brand, gasontploffing, blikseminslag.
      Art. 2:

      Belasting op leegstand woningen en gebouwen

      Er wordt voor de aanslagjaren 2021 tot en met 2025 een gemeentebelasting gevestigd op de woningen en gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het leegstandsregister.

      Zolang het gebouw of de woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt, blijft de belasting verschuldigd op het ogenblik dat een nieuwe termijn van twaalf maanden verstrijkt.

      Art. 3:

      De belastingplichtige

      §1.  De belasting is verschuldigd door de zakelijk gerechtigde van het leegstaande gebouw of de leegstaande woning op het ogenblik dat de belasting van het aanslagjaar verschuldigd wordt overeenkomstig de bepalingen van artikel 2 van dit reglement.

      §2.  Ingeval van onverdeeldheid van het gebouw of de woning, is de belasting verschuldigd door elk van de mede-eigenaars en elk in verhouding tot hun deel van het goed.  Eventuele vrijstellingen voor mede-eigenaars gelden derhalve enkel voor hun aandeel in de belasting op het goed. Elke niet vrijgestelde mede-eigenaar is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting van toepassing op het gebouw of de woning in zijn geheel. Ingeval er in deze mede-eigendom ook een recht van opstal, erfpacht en/of vruchtgebruik bestaat, zijn de houders van dit zakelijk recht (opstalrecht, vruchtgebruik, erfpachtrecht en/of volle eigendom) eveneens hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld.

      §3.  De overdrager van het zakelijk recht moet de verkrijger ervan in kennis stellen dat het onroerend goed is opgenomen in het leegstandsregister.

      Tevens moet hij per beveiligde zending een kopie van de notariële akte bezorgen aan de gemeente, binnen twee maanden na het verlijden van de notariële akte.
      Deze kopie bevat minstens de volgende gegevens:

      • naam en adres van de verkrijger van het zakelijk recht en zijn eigendomsaandeel;
      • datum van de akte, naam en standplaats van de notaris;
      • nauwkeurige aanduiding van de overgedragen woning of het gebouw.

      Ontbreekt deze kennisgeving dan wordt de overdrager van een zakelijk recht, in afwijking van paragraaf één, als belastingschuldige beschouwd voor de eerstvolgende belasting die na de overdracht van het zakelijk recht wordt gevestigd.

      Art. 4:

      Tarief van de belasting

      §1.  De basisbelasting bedraagt:

      • 2.000 euro voor een volledig gebouw of een woning;
      • 100 euro voor een individuele kamer;
      • 500 euro voor elk overige woongelegenheid.

      §2.  Indien het gebouw, het woonhuis of de kamer een tweede opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat, bedraagt de belasting:

      • 3.000 euro voor een volledig gebouw of een woning;
      • 150 euro voor een individuele kamer;
      • 750 euro voor elk overige woongelegenheid.

      §3.  Indien het gebouw, het woonhuis of de kamer een derde opeenvolgende termijn van twaalf maanden en vervolgens elke opeenvolgende termijn van twaalf maanden op de inventaris staat, bedraagt de belasting:

      • 4.000 euro voor een volledig gebouw of een woning;
      • 200 euro voor een individuele kamer;
      • 1.000 euro voor elk overige woongelegenheid.
      Art. 5:

      Vrijstellingen

      §1.  Aanvraag vrijstelling:

      Een vrijstelling kan aangevraagd worden met een gemotiveerd verzoek, verzonden via een beveiligde zending bij de administratie. 

      §2.  De vrijstelling van belasting heeft geen impact op de opname van het gebouw of de woning in het leegstandsregister. De anciënniteit van opname in het leegstandsregister blijft doorlopen tijdens de periode van vrijstelling. Als de reden tot vrijstelling komt weg te vallen, zal de heffing berekend worden op basis van de trapstructuur zoals opgenomen in artikel 4 van dit besluit en dit aansluitend op het einde van de vrijgestelde periode.

      §3.  Van de leegstandsbelasting zijn vrijgesteld:

      1. de belastingplichtige die in een erkende ouderenvoorziening verblijft, of voor een langdurige periode werd opgenomen in een psychiatrische instelling of in een ziekenhuis, voor zover de belastingplichtige de laatst gedomicilieerde bewoner is.
        Het bewijs van verblijf wordt geleverd door de instelling waar de belastingplichtige verblijft.
        Deze vrijstelling geldt voor een periode van twee aanslagjaren, volgend op het eerste belastbaar aanslagjaar.
      2. de belastingplichtige waarvan de handelingsbekwaamheid werd beperkt ingevolge een gerechtelijke beslissing en tegelijk de laatst gedomicilieerde bewoner is. Het bewijs met betrekking tot de gerechtelijke beslissing dient te worden toegevoegd. 
        Deze vrijstelling geldt voor twee aanslagjaren, volgend op het eerste belastbaar aanslagjaar.
      3. een nieuwe verkrijger van het zakelijk recht, gedurende twee opeenvolgende aanslagjaren na het verkrijgen van het zakelijk recht.

        Deze vrijstelling geldt niet voor: 
      • vennootschappen waar de vroeger zakelijk gerechtigde rechtstreeks of onrechtstreeks in participeert in het aandeelhouderschap;
      • vzw’s waar de zakelijk gerechtigde lid van is.

       §4.  Een vrijstelling wordt verleend indien de woning of het gebouw:

      1. gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan.
      2. geen voorwerp meer kan uitmaken van een omgevingsvergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld.
      3. vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp. Deze vrijstelling geldt voor twee jaar vanaf de datum van de vernieling of beschadiging.
      4. onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling of betredingsverbod in het kader van een strafrechtelijk onderzoek met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt tot één jaar na het aflopen van de verzegeling of het betredingsverbod.
      5. gerenoveerd wordt blijkens een niet vervallen omgevingsvergunning voor het herbouwen, verbouwen of uitbreiden van de woning of het gebouw, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een termijn van drie jaar volgend op het uitvoerbaar worden van de omgevingsvergunning. De belastingplichtige kan deze vrijstelling voor hetzelfde gebouw of dezelfde woning éénmaal inroepen.
      6. gerenoveerd wordt op basis van een door de administratie goedgekeurde renovatienota zoals gedefinieerd onder artikel 1 van dit reglement. De vrijstelling geldt voor een termijn van twee jaar en kan éénmalig met een periode van één jaar worden verlengd. De zakelijk gerechtigde moet voor deze verlenging een gemotiveerd verzoek richten aan de administratie waarin de zakelijk gerechtigde aantoont dat het overeengekomen tijdschema (grotendeels) gevolgd is. Tevens dient een motivatie voorgelegd worden voor die zaken uit het tijdschema die niet tijdig konden gerealiseerd worden.
        De belastingplichtige voegt bij dit verzoek de nodige bewijsstukken (bv. aan de hand van foto's, facturen, ...). Na 2 jaar vrijstelling kan een controle ter plaatse gebeuren. Indien de toegang geweigerd wordt voor controle van de werken, wordt er geen vrijstelling verleend.
      7. gerenoveerd of verbouwd wordt binnen een ruimer renovatieproject van groepswoningen en waarvoor een gedetailleerde renovatieplanning werd ingediend op het lokaal woonoverleg.
        Deze vrijstelling geldt voor een termijn van twee jaar volgend op het moment dat de planning is bezorgd aan de leden van het lokaal woonoverleg. De vrijstelling kan drie maal voor een termijn van één jaar worden verlengd mits positief advies van het lokaal woonoverleg over de voortgang van de renovatieplanning.
      8. krachtens decreet beschermd is als monument of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp van lijst tot bescherming als monument. Deze vrijstelling geldt vanaf de aanvraag tot twee jaar na de beslissing over de aanvraag.
      9. leegstaat wegens overmacht, waarvan de zakelijk gerechtigde de bewijslast draagt.
      Art. 6:

      Inkohiering

      §1.  De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

      §2.  De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

      §3. De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn.

      Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan.

      De procedure verloopt in overeenstemming met het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

      §4.  Indien de belasting ook na een eerste kosteloze herinnering onbetaald blijft, worden bij een eerstvolgende aangetekende waarschuwing kosten aangerekend in overeenstemming met het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende vaststellen van een retributie op de invorderingskosten van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en gemeentelijke administratieve sancties.

      Art. 7:

      Overgangsbepalingen

      §1. De vrijstellingen die reeds toegekend waren voor en nog lopende zijn na het in werking treden van dit reglement, blijven geldig zoals ze origineel toegekend waren op basis van vroegere belastingreglementen. Op het moment dat de toegekende rechten verlopen, worden de bepalingen van dit reglement automatisch van toepassing. Ook in het geval dat een verlenging of een vrijstellingsrecht op een andere grond zou aangevraagd worden, is dit reglement van toepassing. 

      §2. Het belastingreglement op leegstaande woningen, gebouwen, kamers en andere woongelegenheden goedgekeurd door de gemeenteraad op 14 december 2020 wordt voor belastbare feiten die zich voltrekken vanaf 01 januari 2023 opgeheven met ingang van 01 januari 2023 en vervangen door dit besluit. Opnames in het leegstandsregister vóór 01 januari 2022 op grond van eerdere reglementen blijven onverminderd bestaan.

      Art. 8:

      Bekendmaking

      Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie), de afdeling grondgebiedszaken, de afdeling burger en welzijn (dienst burgerzaken) en de ILV Wonen Leie & Schelde.

      Onderhavig reglement treedt in werking op 01 januari 2023 en wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur.

    • Retributie op het tijdelijk parkeren in de blauwe zone en het parkeren met beperkte parkeertijd - vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 24 oktober 2022)

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid
      • Grondwet, artikel 173.
      • Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40 §3 en 41 2e lid 14°.
      juridisch kader
      • Wet van 22 februari 1965 waarbij aan de gemeenten wordt toegestaan parkeergeld op motorvoertuigen in te voeren.
      • Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit.
      • Wet van 22 december 2008 waarbij aan het enig artikel van de wet van 22 februari 1965 een artikel toegevoegd wordt met betrekking tot de tenlastelegging van de belasting of retributie aan de houder van de nummerplaat.
      • Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
      • Koninklijk besluit van 30 november 1976 houdende vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken.
      • Koninklijk besluit van 9 januari 2007 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
      • Ministerieel besluit van 29 juli 1991, 26 september 2005 en 9 januari 2007 betreffende de parkeerkaart voor personen met een handicap.
      • Ministerieel besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart.
      • Omzendbrief KB/ABB 2019/02 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit, punt 3.27.
      • Meerjarenplan 2020-2025, BD01-AP-128-ACT-261 (Heraanleg Markt en voortuin administratief centrum).
      • Gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende vaststellen van een retributie op de invorderingskosten van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en gemeentelijke administratieve sancties.
      • Gemeenteraadsbesluit van 24 oktober 2022 houdende vaststellen van een retributie op het tijdelijk parkeren in de blauwe zone en het parkeren met beperkte parkeertijd.
      • Collegebesluit van 19 december 2022 betreffende de controle en het toezicht het parkeerbeleid - gunnen concessie.
      • Collegebesluit van 6 februari 2023 betreffende de concessieovereenkomst voor de controle en het toezicht het parkeerbeleid op Markt tijdens de werken - gunnen concessie.
      motivering

      De concessieovereenkomst voor de controle en het toezicht het gemeentelijk parkeerbeleid werd op 19 december 2022 gegund aan O.P.C. BV, Tildonksesteenweg 62 te 3020 Herent.

      De opdrachtnemer vraagt op basis van zijn ervaringen met de controle en het toezicht op parkeerbeleid om de invorderingsclausule te verfijnen zoals nu opgenomen in artikel 16 van het retributiereglement van 24 oktober 2022 houdende vaststellen van een retributie op het tijdelijk parkeren in de blauwe zone en het parkeren met beperkte parkeertijd.

      Voorgesteld wordt om na de bepaling omtrent de eerste (en gratis) betalingsherinnering in het retributiereglement expliciet te vermelden dat bij een eventuele tweede betalingsherinnering wel kosten kunnen worden gerekend en niet louter deze mogelijkheid op te nemen in het juridisch gedeelte van het retributiereglement zoals doorgaans in andere belasting- en retributiereglement het geval is. Volgens O.P.C. BV is het transparanter en duidelijker voor alle partijen dat ook de bijkomende kosten in het besluit van het retributiereglement staan vermeld.

      Daarbij stelt O.P.C. BV aanvullend voor om via een door haar aangestelde gerechtsdeurwaarder een poging te ondernemen tot het treffen van een minnelijke schikking indien de retributie onbetaald blijft na 2 betalingsherinneringen en dit om de betrokkene onnodig hoge kosten van een dagvaarding alsnog te besparen. Daartoe is het nuttig eveneens in het retributiereglement op te nemen dat bij het verzenden van deze derde aanmaning het (beperkte) tarief voor het verzenden van een schuldvordering toegepast wordt in overeenstemming met het KB van 30 november 1976 houdende vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Tegenstanders: Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke
      Resultaat: Met 12 stemmen voor, 10 stemmen tegen
      besluit

      Art. 1:

      De retributie op het parkeren van auto’s op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg gaat in vanaf heden en geldt voor onbepaalde duur.
      Art. 2:

      Dit retributiereglement heeft betrekking op het parkeren van auto’s op plaatsen waar parkeren toegelaten is in de blauwe zone of waar een blauwe zone-reglementering van toepassing is.

      Onder openbare weg verstaat men de wegen en hun trottoirs of nabijgelegen bermen die eigendom zijn van de gemeentelijke, provinciale of gewestelijke overheden.

      Onder met een openbare weg gelijkgestelde plaatsen verstaat men de parkeerplaatsen gelegen op de openbare weg, zoals vermeld in artikel 4, § 2, van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.

      Art. 3:


      Het parkeren van auto’s op plaatsen waar parkeren toegelaten is in de blauwe zone of waar een blauwe zone-reglementering van toepassing is, is gratis voor de maximale duur zoals voorzien in het politiereglement en zoals aangegeven op de verkeersborden.

      Het bedrag van de retributie bedraagt: een forfaitair bedrag van 25,00 euro per dag voor elke periode die langer is dan deze die gratis is.

      De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig van de parkeerschijf, of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het Koninklijk Besluit van 1 december 1975 gewijzigd op 9 januari 2007.

      Op de parkeerplaatsen die zijn uitgerust met sensoren, wordt de parkeertijd vastgesteld uit de gegevens ontvangen van deze detectoren. Deze registratie vervangt de controle van de parkeerschijf.

      Art. 4:

      Deze reglementering is niet van toepassing in de blauwe zone 2u voor de bewoners die een officiële bewonerskaart bekomen hebben overeenkomstig het ministerieel besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart  (cf. bijlage aan dit retributiereglement betreffende regeling bewonerskaarten).
      Per wooneenheid kan maximum één bewonerskaart worden uitgereikt.

      Deze reglementering is evenmin van toepassing in de blauwe zone 2u voor de toekomstige bewoners die volgens de voorwaarden bepaald in artikel 11§2 van dit retributiereglement een tijdelijke bewonerskaart bekomen hebben. Per wooneenheid kan maximum één tijdelijke bewonerskaart worden uitgereikt.
      Art. 5:

      Een retributie volgens art. 3 wordt gevestigd op de parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 30 minuten (Shop&Go parkeerplaatsen). Een gemeentelijke parkeerkaart – zoals de bewonerskaart - of een parkeerkaart voor personen met een handicap zijn niet geldig op deze parkeerplaatsen.

      Met een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap kan ook maximum 30 minuten geparkeerd worden. Deze parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 30 minuten zijn ter plaatse aangeduid met aangepaste signalisatie.

      Art. 6:

      Een retributie volgens art. 3 wordt gevestigd op de parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 1 uur (Kort parkeren 1uur). Een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap zijn niet geldig op deze parkeerplaatsen.

      Met een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap kan ook maximum 1 uur geparkeerd worden. Deze parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 1 uur zijn ter plaatse aangeduid met aangepaste signalisatie.

      Art. 7:

      Een retributie volgens art. 3 wordt gevestigd op de parkeerplaatsen waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 2 uur (blauwe zone). Een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap zijn geldig op deze parkeerplaatsen.
      Met een bewonerskaart of een parkeerkaart voor personen met een handicap kan onbeperkt geparkeerd worden. Deze parkeerplaatsen binnen de blauwe zone waarvan de parkeerduur beperkt is tot maximum 2 uur zijn ter plaatse aangeduid met aangepaste signalisatie.

      Art. 8:

      De parkeerplaatsen voorbehouden voor het opladen van elektrische voertuigen mogen enkel ingenomen worden door elektrische voertuigen voor de duur van het opladen van het voertuig met een maximumduur van 2 uur.

      De opdrachtnemer/concessiehouder zal nagaan of het voertuig aan het opladen is door te controleren of de stekker in het stopcontact zit. Indien de stekker niet in het stopcontact zit of de voorbehouden parkeerplaats door een niet-elektrisch voertuig wordt ingenomen, is de retributie verschuldigd zoals vastgesteld in dit reglement.

      Art. 9:

      Als de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van het voertuig is geplaatst, of als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig, of in geval de gebruiker de pijl niet op het streepje plaatst dat volgt op het tijdstip van aankomst, of indien de gebruiker de aanduidingen wijzigt zonder dat het voertuig de parkeerplaats heeft verlaten, wordt de gebruiker steeds geacht te kiezen voor de betaling van het in artikel 3 bedoelde forfaitaire tarief.

      Bij toepassing van het hierboven vermelde forfait, zal de aangestelde van de gemeente een uitnodiging om de retributie te betalen aan de voorruit van het voertuig of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het voertuig aanbrengen. De retributie moet betaald worden overeenkomstig de richtlijnen vermeld op het ticket.

      Art. 10:

      Zijn vrijgesteld voor het betalen van een retributie:

      • voertuigen van de gemeentediensten (herkenbaar voorzien van het logo van de gemeente);
      • hulpdiensten;
      • voertuigen van nutsmaatschappijen als zij werken uitvoeren waarvoor zij een machtiging hebben gekregen van de gemeente (mits het voorleggen van hun machtiging);
      • marktkramers op de wekelijkse marktdag (maandag tussen 6u -13u) (mits wagen en marktkraam op de hun toegewezen standplaats zijn opgesteld);
      • houders van een signalisatievergunning afgeleverd door de gemeente (machtigingen voor voertuigen zoals bv. verhuiswagens - mits het voorleggen van hun machtiging);
      • evenementen tijdens de welke de gemeente specifiek vraagt om geen controles uit te voeren (mits hierover een schriftelijke vraag bestaat via de algemeen directeur of zijn aangestelde).
      Art. 11:

      Parkeerkaarten

      § 1. Bewonerskaart

      Inwoners van de gemeente die voldoen aan de voorwaarden inzake residentieel parkeren, zoals vastgelegd in het ministerieel besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart, kunnen één bewonerskaart per wooneenheid bekomen met onbeperkte geldigheidsduur (cf. bijlage aan dit retributiereglement betreffende regeling bewonerskaarten).

      § 2. Tijdelijke bewonerskaart

      Personen kunnen een tijdelijke bewonerskaart bekomen op vertoon van een bewijs van aanvraag tot domiciliewijziging, afgeleverd door de dienst Burgerzaken (cf. bijlage aan dit retributiereglement betreffende regeling bewonerskaarten). Er kan maximaal één tijdelijke bewonerskaart worden afgeleverd per domicilieadres. De tijdelijke bewonerskaart is geldig voor de duur van drie maanden, aanvang nemend op de datum van aanvraag. De tijdelijke bewonerskaart is één maal verlengbaar voor de duur van drie maanden

      § 3. Parkeerkaart personeel lokaal bestuur Gavere

      Personeelsleden van het lokaal bestuur Gavere kunnen een parkeerkaart aanvragen. Deze kaart is enkel geldig op de voorziene parkeerplaatsen.

      Art. 12:

      Bewonerskaarten worden schriftelijk aangevraagd bij de gemeente.

      Voor de bewoners gelden volgende voorwaarden om een bewonerskaart te kunnen aanvragen:

      • Domiciliëring binnen de blauwe zone
      • Eigendomsattest van de wagen(s) kunnen voorleggen of een verklaring van de werkgever/leasingmaatschappij dat zij het gebruiksrecht hebben van die wagen
      • Een verklaring op eer ondertekenen dat ze geen private garage of private standplaats bezitten binnen de 400m van hun woning

      Hiervoor gelden de volgende modaliteiten:

      • Er kan slechts één bewonerskaart per woning aangevraagd en uitgereikt worden
      • Er kan slechts één auto per gezin in de blauwe zone staan. Bij verschillende wagens per gezin, kunnen de verschillende nummerplaten wel opgenomen worden op de bewonerskaart.
      • Op de bewonerskaart wordt vermeld in welke straten deze geldig is, conform de lijst toegevoegd als bijlage aan dit retributiereglement.
      Art. 13:

      Vernietiging, verlies of diefstal van de bewonerskaart.

      Een bijkomende retributie van € 25 is verschuldigd voor het uitreiken van een duplicaat in geval van vernietiging, verlies of diefstal van de bewonerskaart. Deze retributie is verschuldigd door de aanvrager.

      Indien de kaart beschadigd of onleesbaar geworden is, kan de kaart kosteloos worden vervangen en dient de beschadigde/onleesbare kaart ingeleverd te worden.

      Art. 14:

      Vastgesteld misbruik van de bewonerskaart.

      Er wordt een retributie verschuldigd van € 25 indien misbruik van de kaart wordt vastgesteld.

      De gebruiker van een motorvoertuig die beschikt over een bewonerskaart wordt steeds geacht te kiezen voor de betaling van dit tarief indien de uitgereikte bewonerskaart:

      • niet of niet leesbaar voorgelegd wordt achter de voorruit van de betrokken wagen of op het voorste gedeelte van het voertuig - conform artikel 3 van dit besluit
      • gebruikt wordt in een voertuig met andere nummerplaat dan deze vermeld op de kaart
      • gebruikt wordt in een andere zone (of straat) dan deze vermeld op de kaart
      • of vervallen of nagemaakt is.
      Bij toepassing van dit tarief, brengt de aangestelde van de gemeente  een uitnodiging om de retributie binnen de voorgestelde termijn te betalen aan op de voorruit van het voertuig.
       Art. 15:

      De retributie is hoofdelijk verschuldigd door de titularis van de nummerplaat.

      De retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is  zoals voorzien in het politiereglement en zoals aangegeven op de verkeersborden of zodra vastgesteld wordt dat er misbruik wordt gemaakt van de bewonerskaart.

      De retributie is betaalbaar door overschrijving op de rekening van de gemeente of aangestelde opdrachtnemer/concessiehouder.

      Art. 16:

      Bij gebrek aan betaling van de retributie binnen de voorgeschreven termijn zoals aangeduid op de retributie, wordt de éérste herinnering gratis verzonden aan de nummerplaathouder door de opdrachtnemer/concessiehouder van de gegunde parkeerplaatsen.

      Indien de retributie niet binnen de 14 kalenderdagen na voormelde eerste gratis herinnering wordt betaald, zal een tweede herinnering worden verzonden vermeerderd met een administratiekost ten belope van € 20 per openstaande en vervallen retributie.

      Vervolgens gaat een nieuwe, bijkomende betaaltermijn in van 14 kalenderdagen, waarna een eventuele derde aanmaning wordt verzonden, vermeerderd met het tarief voor het verzenden van een schuldvordering in overeenstemming met het KB van 30 november 1976 houdende vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken  (aanmaning met dreiging – inlichting – postzegel - kwijtings- en inningsrecht).

      Art. 17:

      Bij weigering of nalatigheid om het verschuldigd recht te betalen geschiedt de invordering overeenkomstig de burgerlijke rechtspleging voor zover de schuld betwist wordt. Ingeval de verschuldigde retributie niet betwist wordt zal de invordering gebeuren bij dwangbevel na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen.

      Art. 18:

      Het gemeenteraadsbesluit van 24 oktober 2022 houdende vaststellen van een retributie op het tijdelijk parkeren in de blauwe zone en het parkeren met beperkte parkeertijd wordt opgeheven met ingang van heden en vervangen door onderhavig reglement.

      Art. 19:

      Afschrift van dit besluit te bezorgen aan de dienst infrastructuur, de dienst administratieve organisatie, de dienst financiële organisatie en de financieel directeur.

      Dit besluit zal bekend gemaakt worden volgens de bepalingen van artikel 285 en 286 §1 1° van het decreet over het lokaal bestuur.

      De toezichthoudende overheid zal in kennis worden gesteld volgens de bepalingen van artikel 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
    • Participatie - vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019)

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 13° en 304.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening, artikel 2.
      juridisch kader
      • Wet van 16 juli 1973 waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt, artikel 3, 6 en 9
      • Decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact, artikel 3, 6 en 9.
      • Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en in het bijzonder op artikel 4.
      • Vlaamse codex ruimtelijke ordening, artikel 1.3.3.
      • Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, artikel 2.1.22.
      • Decreet van 15 juli 2011 houdende vaststelling van de algemene regels waaronder in de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Gewest periodieke plan- en rapporteringsverplichtingen aan lokale besturen kunnen worden opgelegd, artikel 6 en 10.
      • Decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby’s en peuters, artikel 13.
      • Decreet van 6 juli 2012 betreffende het lokaal cultuurbeleid, titel 4.
      • Decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid, artikel 2 en 5.
      • Decreet van 29 november 2013 houdende de organisatie van preventieve gezinsondersteuning, artikel 11 en 14.
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 286, 287 en 288.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 14 juni 2002 betreffende de provinciale en gemeentelijke milieuplanning en de milieuraad, artikel 3.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 3 juli 2009 tot vaststelling van de deontologische code voor de leden van de Vlaamse, provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 26 oktober 2012 ter uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 betreffende het lokaal cultuurbeleid, artikel 36.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2013 betreffende het lokaal beleid kinderopvang.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 28 maart 2014 tot uitvoering van het decreet van 29 november 2013 houdende de organisatie van preventieve gezinsondersteuning, artikel 34 en 36.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 9 december 2016 ter uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid, artikel 6.
      • Besluit van de Vlaamse regering van 20 april 2018 betreffende bekendmaking en raadpleegbaarheid van besluiten en stukken van het lokaal bestuur, betreffende de wijze waarop de reglementen en verordeningen van het lokaal bestuur worden bijgehouden in het register en betreffende raadpleegbaarheid van de besluiten van de politiezones en hulpverleningszones, artikel 1 8°.
      • Omzendbrief BB 2007/03 van 4 mei 2007 over de toepassing van artikel 200 van het gemeentedecreet en van artikel 193 van het provinciedecreet over de man-vrouwverhouding in adviesraden en overlegstructuren.
      • Omzendbrief KB/ABB2018/4 van 14 december 2018 betreffende bestuurlijk toezicht en de bekendmakingsplicht, punt 1.2. en bijlage 1.
      • Gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende participatie - vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019).
      motivering

      De gemeenteraad is verantwoordelijk voor het voeren van het participatiebeleid en bevoegd voor het inrichten van de adviesraden en overlegstructuren. Hij bepaalt bij reglement hoe daaraan concreet vorm wordt gegeven. De gemeenteraad heeft dit reglement vastgesteld op 21 oktober 2019.

      De volgende wijzigingen worden aangebracht:

      • de optie voor het dagelijks bestuur om adviezen voor te bereiden en deze elektronisch voor te leggen aan de algemene vergadering (artikel 22 en 34)
      • de interpretatie van de aanwezigheden bij een elektronische stemming (artikel 28)
      • de schrapping van de term 'einddocumenten' (onderafdeling 7.3.)
      • de invoering van een elektronische goedkeuringsprocedure voor de verslagen (artikel 37 en 38)
      • de aanpassing van functiebenamingen (artikel 55, 60, 63, 66, 69 en 75)
      • de schrapping van de verplichte oprichting van werkgroepen binnen de adviesraad voor cultuur (artikel 56), doch met behoud van de mogelijk om die alsnog op te richten (artikel 21)
      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Jef Vermaere, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Tegenstanders: Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke
      Resultaat: Met 13 stemmen voor, 9 stemmen tegen
      besluit
       

      TITEL I – ALGEMENE BEPALINGEN M.B.T. DE ADVIESRADEN EN DE OVERLEGSTRUCTUREN

       

      Afdeling 1 – Erkenning en inrichting

      Art. 1:

      De gemeente erkent en richt de volgende gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren in:

      • de gemeentelijke adviesraad voor cultuur, genoemd “Cultuurplatform”;
      • de gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed, genoemd “VVV ’t Gaverland”;
      • de gemeentelijke adviesraad voor jeugd;
      • de gemeentelijke adviesraad voor sport;
      • de gemeentelijke adviesraad voor ouderen, genoemd “Seniorenraad”;
      • de gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu;
      • de gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit, genoemd “Verkeerscommissie”;
      • de gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind.

      Art. 2:

      De zetel van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren is gevestigd in het administratief centrum van Gavere, Markt 1 te 9890 Gavere.

      Art. 3:

      De gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden binnen de 6 maanden na de installatie van de gemeenteraad al dan niet opnieuw erkend en ingericht.

      Art. 4:

      De erkenning en inrichting wordt door de gemeente minstens bekendgemaakt door een publieke oproep tot kandidaatstelling.

       

      Afdeling 2 – Opdracht

      Art. 5:

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur heeft binnen zijn werkveld als algemene opdracht de gemeente op regelmatige en systematische wijze adviseren.

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur wordt voor het vervullen van die algemene opdracht gemachtigd tot het coördineren van de activiteiten van en in overleg met de verenigingen, organisaties en instellingen actief in het eigen werkveld.

      Art. 6:

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur is niet bevoegd voor die opdrachten die expliciet of impliciet toebehoren aan het werkveld van een andere gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur en die geen enkel raakvlak hebben met het eigen werkveld.

       

      Afdeling 3 - Activiteiten

      Art. 7:

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan slechts die activiteiten organiseren die cumulatief voldoen aan de volgende voorwaarden:

      • de activiteit sluit aan bij de algemene of specifieke opdracht en het werkveld van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur;
      • de activiteit is afgestemd op een behoefte van de bevolking die nog niet wordt ingevuld door een andere vereniging, organisatie of instelling;
      • de activiteit werd (op basis van een jaarprogramma) goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen.

      Art. 8:

      De activiteit met inbreng van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur wordt aangekondigd als: “Een organisatie van [naam van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur] in samenwerking met de gemeente Gavere”.

       

      Afdeling 4 – Algemene vergadering

      Art. 9:

      De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur bestaat uit de stemgerechtigde leden en de waarnemende leden.

      De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur bestaat, onder voorbehoud van andersluidende wettelijke of decretale bepalingen, voor ten hoogste twee derden uit leden van hetzelfde geslacht. De gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren die niet voldoen aan deze bepaling kunnen geen rechtsgeldig advies uitbrengen.

      Art. 10:

      De stemgerechtigde leden kunnen de vergaderingen van de algemene vergadering bijwonen en hebben er spreekrecht en stemrecht.

      Art. 11:

      De stemgerechtigde leden kunnen, wanneer het huishoudelijk reglement daarin voorziet, een plaatsvervanger hebben die in voorkomend geval aan dezelfde voorwaarden voldoet als het effectief lid.

      De plaatsvervangende leden kunnen de algemene vergadering bijwonen als het effectief lid afwezig is en beschikken in voorkomend geval over dezelfde rechten als het effectief lid.

      De plaatsvervangende leden kunnen de algemene vergadering als toeschouwer bijwonen als het effectief lid aanwezig is en beschikken in voorkomend geval noch over spreekrecht, noch over stemrecht.

      Art. 12:

      Het aantal stemgerechtigde leden dient, behoudens andersluidende wettelijk, decretale of reglementaire bepalingen, steeds minstens even groot te zijn als het aantal waarnemende leden.

      Art. 13:

      §1. De leden van de gemeenteraad en van het bijzonder comité kunnen geen stemgerechtigd, doch enkel waarnemend lid zijn van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren.

      §2. De personeelsleden van de gemeente en/of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn kunnen geen stemgerechtigd (op uitzondering van de personeelsleden van het gemeentelijk onderwijs), doch enkel waarnemend lid zijn van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren, in zoverre dit tot hun opdracht behoort.

      §3. De waarnemende leden kunnen de vergaderingen van de algemene vergadering bijwonen en hebben er spreekrecht. Zij hebben geen stemrecht.

      Art. 14:

      Bij de zes jaarlijkse hernieuwing worden de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren als volgt samengesteld:

      1. De kandidaturen dienen schriftelijk ingediend te worden bij het college van burgemeester en schepenen.
        Bij kandidaturen van vertegenwoordigers dienen per vertegenwoordiger twee kandidaten-leden van verschillend geslacht voorgedragen te worden, uitgezonderd door verenigingen, organisaties of instellingen die uitsluitend bestaan uit leden van eenzelfde geslacht. Wanneer het huishoudelijk reglement voorziet in plaatsvervangers dienen de voorgedragen effectief en plaatsvervanger van een verschillend geslacht te zijn, uitgezonderd voor verenigingen, organisaties of instellingen die uitsluitend bestaan uit leden van eenzelfde geslacht.
        De kandidaten die zich aanbieden als onafhankelijke, deskundige, … voegen bij hun kandidatuur een motivatie.
      2. Indien de kandidaturen voldoen aan alle voorwaarden van deze statuten, neemt de gemeenteraad kennis van de ambtshalve verkiezing van de kandidaten, hetzij voor een deel, hetzij voor het geheel van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur.
      3. Indien de kandidaturen niet voldoen aan alle voorwaarden van deze statuten, gaat de gemeenteraad over tot de verkiezing van de kandidaten, hetzij voor een deel, hetzij voor het geheel van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur.
        De verkiezing gebeurt in één stemronde, waarbij elk raadslid over één stem beschikt. Bij de verkiezing van de gebruikers bedoeld in artikel 54 beschikt elk raadslid daarentegen over vier stemmen.
        Bij gelijkheid van stemmen dient toepassing gemaakt te worden de stemprocedure voorzien in artikel 35 van het decreet lokaal bestuur.

      Art. 15:

      De samenstelling van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren kan in gevolge nieuwe kandidaturen of het openvallen van mandaten als volgt gewijzigd worden:

      1. De kandidaturen dienen schriftelijk ingediend te worden bij het college van burgemeester en schepenen.
        Bij kandidaturen van vertegenwoordigers dienen per vertegenwoordiger twee kandidaten-leden van verschillend geslacht voorgedragen te worden uitgezonderd door verenigingen, organisaties of instellingen die uitsluitend bestaan uit leden van eenzelfde geslacht. Wanneer het huishoudelijk reglement voorziet in plaatsvervangers dienen de voorgedragen effectief en plaatsvervanger van een verschillend geslacht te zijn, uitgezonderd voor verenigingen, organisaties of instellingen die uitsluitend bestaan uit leden van eenzelfde geslacht.
        De kandidaten die zich aanbieden als onafhankelijke, deskundige, … voegen bij hun kandidatuur een motivatie.
      2. Indien de kandidaturen voldoen aan alle voorwaarden van deze statuten én de verhoudingen binnen de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur niet wijzigen, neemt het college van burgemeester en schepenen kennis van de ambtshalve verkiezing van de kandidaten, hetzij voor een deel, hetzij voor het geheel van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur.
      3. Indien de kandidaturen niet voldoen aan alle voorwaarden van deze statuten en/of de verhoudingen binnen de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur wijzigen, gaat de gemeenteraad over tot de verkiezing van de kandidaten, hetzij voor een deel, hetzij voor het geheel van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur.
        Bij gelijkheid van stemmen dient toepassing gemaakt te worden de stemprocedure voorzien in artikel 35 van het decreet lokaal bestuur.

      Art. 16:

      Aan het mandaat van een stemgerechtigd of waarnemend lid komt een einde door:

      • door overlijden van het lid;
      • door ontslag van het lid uit de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur of uit de organisatie of instelling waarvoor het lid vertegenwoordiger is in de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur;
      • door verlies van het mandaat van gemeenteraadslid of van lid van het college van burgemeester en schepenen of door het verlies van de hoedanigheid van personeelslid van de gemeente of het OCMW;
      • door intrekking van de aanduiding door de organisatie of instelling waarvoor het lid vertegenwoordiger is in de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur;
      • door verplaatsing van de zetel van de organisatie of instelling waarvoor het lid vertegenwoordiger is in de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur naar een andere gemeente, wanneer dit een voorwaarde tot lidmaatschap zou zijn;
      • door drie opeenvolgende afwezigheden waarbij het lid zich niet verontschuldigd heeft.
      • Het einde van het mandaat van een stemgerechtigd lid betekent tevens ambtshalve het einde van het mandaat van de plaatsvervanger.

      Art. 17:

      Alle leden onderschrijven door hun toetreding de statuten en in het bijzonder de opdracht van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur waarvan ze deel uitmaken. Zij verbinden zich ertoe geen daden te stellen die strijdig zijn met de statuten en de opdracht van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur of die de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur op enigerlei wijze schade zou berokkenen.

      Bij niet-naleving van dit artikel kan de algemene vergadering het lid gemotiveerd ontslaan met een 2/3e-meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden.

      Art. 18:

      De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur verkiest onder de stemgerechtigde leden minstens een voorzitter en een penningmeester.

      Indien de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur niet over eigen chartale of girale middelen beschikt kan de secretaris tot penningmeester verkozen worden.

      Art. 19:

      De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur komt minstens jaarlijks samen.

      Art. 20:

      De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan steeds ad hoc deskundigen uitnodigen voor de toelichting of behandeling van bepaalde agendapunten.

      Art. 21:

      De algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren kan in zijn midden werkgroepen oprichten.

       

      Afdeling 5 – Dagelijks bestuur

      Art. 22:

      De algemene vergadering van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan beslissen tot de oprichting van een dagelijks bestuur. De algemene vergadering kan aan het dagelijks bestuur slechts die bevoegdheden geven die niet expliciet zijn toegewezen aan de algemene vergadering.

      De volgende bevoegdheden behoren exclusief tot de bevoegdheid van de algemene vergadering en kunnen niet gedelegeerd worden naar het dagelijks bestuur:

      • het uitbrengen van adviezen;
      • het vaststellen van het budget;
      • het goedkeuren van de rekening.
      Het dagelijks bestuur kan op de wijze(n) afgesproken in het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur ontwerpadviezen voorbereiden.

      Art. 23:

      Het dagelijks bestuur van een gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur bestaat minstens uit 3 leden.

      Het aantal leden van het dagelijks bestuur is steeds oneven en mag, onverminderd de minimale samenstelling, niet groter zijn dan 1/4de van het aantal stemgerechtigde leden van de algemene vergadering.

      De volgende waarnemende leden kunnen de vergadering van het dagelijks bestuur bijwonen:

      • de bevoegde schepen(en);
      • de secretaris aangeduid door de algemeen directeur.
       

      Afdeling 6 - Werking

      Art. 24:

      De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur worden samengeroepen door de voorzitter of door diegene die hem vervangt.

      Het dagelijks bestuur stelt de datum en de agenda van algemene vergadering vast. Bij gebrek aan dagelijks bestuur stelt de voorzitter de datum en de agenda van de algemene vergadering vast.

      De voorzitter is verplicht om de algemene vergadering samen te roepen op schriftelijk verzoek van 1/3e van de stemgerechtigde leden.

      De oproeping gebeurt bij voorkeur elektronisch en minstens 8 dagen vóór de algemene vergadering.

      De oproeping vermeldt de agenda.

      Elk stemgerechtigd lid kan een punt aan de agenda toevoegen. Hij/zij dient het agendapunten minstens 5 dagen vóór de algemene vergadering in bij de secretaris, die het agendapunt overmaakt aan de voorzitter.

      Art. 25:

      De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kunnen geen beslissingen nemen indien niet de meerderheid van de stemgerechtigde leden aanwezig is.

      De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren kunnen na een tweede oproeping ongeacht het aantal aanwezige stemgerechtigde leden beslissingen nemen over de onderwerpen waartoe een tweede maal werd opgeroepen.

      De vaststelling of de wijziging van het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur vereist de aanwezigheid van minstens 2/3e van de stemgerechtigde leden.

      Art. 26:

      Het is elk lid verboden om aanwezig te zijn bij de beraadslaging over de agendapunten waarbij hij een rechtstreeks belang heeft of waarbij bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad een rechtstreeks belang hebben.

      Art. 27:

      De algemene vergadering en het dagelijks bestuur van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren nemen hun beslissingen met een gewone meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden.

      De vaststelling of de wijziging van het huishoudelijk reglement van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur vereist minstens een 2/3e-meerderheid van de aanwezige stemgerechtigde leden.

      Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

      Art. 28:

      De stemming gebeurt in beginsel mondeling of bij handopsteking, en in sommige gevallen in elektronische vorm.
      Voor de toepassing van de elektronische stemming dient de 'aanwezigheid' bedoeld in artikel 25 tot en 27 gelezen te worden als de 'actieve deelname aan de elektronische stemming'.

      De stemming gebeurt geheim wanneer de persoonlijke levenssfeer geraakt wordt of wanneer de meerderheid van de stemgerechtigde leden daarom gemotiveerd verzoekt.

      Bij staking van stemmen bij een geheime stemming is het voorstel verworpen.

       

      Afdeling 7 - Communicatie

       

      Onderafdeling 7.1 – Openbaarheid

      Art. 29:

      Het overzicht en de samenstelling van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren wordt bekend gemaakt op de gemeentelijke website.

      De adviezen en verslagen van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren van het lopende en van vorige kalenderjaar worden gepubliceerd op de gemeentelijk website.

      Art. 30:

      De leden van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren hebben de plicht terug te koppelen naar de vereniging, organisatie of instelling waardoor ze werden aangeduid.

       

      Onderafdeling 7.2 – Adviezen

      Art. 31:

      De gemeente vraagt verplicht advies aan de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur:

      • wanneer dit wettelijke, decretaal of reglementair verplicht is;
      • wanneer ze zich voorneemt een beleidsbeslissing te nemen binnen de werkveld van de adviesraad;
      • over de strategische nota.

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur verstrekt zijn advies binnen de 45 dagen na ontvangst van de adviesvraag. In dringende gevallen kan de gemeente de adviestermijn gemotiveerd inkorten.

      Art. 32:

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan steeds op eigen initiatief advies geven.

      Art. 33:

      De gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan geen advies geven:

      • over de financiële nota;
      • over de belastings- of retributiereglementen;

      behoudens andersluidende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen.

      Art. 34:

      Het dagelijks bestuur kan ervoor opteren om het ontwerpadvies, bedoeld in artikel 22, in elektronische vorm voor te leggen aan de leden van de algemene vergadering. De leden van de algemene vergadering krijgen 10 kalenderdagen (de dag van ontvangst niet inbegrepen) om opmerkingen te formuleren.
      Als er geen opmerkingen worden geformuleerd dan wordt het advies als goedgekeurd beschouwd.
      Als er wel opmerkingen worden geformuleerd dan past de secretaris het ontwerpadvies aan. De secretaris bezorgt het aangepaste ontwerpadvies opnieuw in elektronische vorm aan de leden van de algemene vergadering. Als er geen opmerkingen worden geformuleerd dan wordt het aangepaste advies als goedgekeurd beschouwd. Als er wel opmerkingen worden geformuleerd wordt de goedkeuring geagendeerd op de agenda van de volgende algemene vergadering.

      De adviezen worden na goedkeuring ondertekend door de voorzitter en de secretaris of hun respectievelijke vervangers.

      De goedgekeurde en ondertekende adviezen worden bijgehouden door de secretaris.

      Art. 35:

      De gemeente deelt aan de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur mee welk gevolg aan het advies is gegeven en dit op een van de volgende wijzen:

      • indien het advies voorwerp uitmaakt van een beslissing van de gemeente wordt aan de voorzitter en de secretaris van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur binnen de 30 dagen een elektronisch afschrift van de beslissing bezorgd;
      • indien het advies geen voorwerp uitmaakt van een beslissing van de gemeente wordt aan de voorzitter en de secretaris van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur binnen de 30 dagen een schriftelijk antwoord bezorgd.

      Indien de beslissing of het schrijven afwijkt van het advies van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur motiveert de gemeente haar beslissing of schrijven.

       

      Onderafdeling 7.3 – Verslagen

      Art. 36:

      Van de vergaderingen van de algemene vergadering wordt een verslag gemaakt, volgens het model opgelegd door het college van burgemeester en schepenen.

      Elk verslag bevat in voorkomend geval de volgende punten:

      1. de aan- en afwezigheden;
      2. de goedkeuring van het verslag van de vorige vergadering;
      3. de eigenlijke agendapunten bestaande uit:
      1. een korte toelichting van het agendapunt;
      2. een korte samenvatting van de bespreking (dus zonder individuele tussenkomsten of standpunten);
      3. het resultaat van de stemming;
      4. de conclusie van het agendapunt met vermelding van eventuele minderheidsstandpunten die gedragen worden door minstens 1/3e van de aanwezige stemgerechtigde leden;
      4. de rapportering over het gevolg dat aan de verstrekte adviezen is gegeven;
      5. de rapportering door leden afgevaardigd in andere gemeentelijke adviesraden en/of overlegstructuren;
      6. het financieel verslag.

      Art. 37:

      De verslagen worden opgemaakt door de secretaris. De secretaris bezorgt het ontwerpverslag in elektronische vorm aan de leden. De leden krijgen 5 kalenderdagen (de dag van ontvangst niet inbegrepen) om opmerkingen te formuleren.
      Als er geen opmerkingen worden geformuleerd dan wordt het verslag als goedgekeurd beschouwd.
      Als er wel opmerkingen worden geformuleerd dan past de secretaris het ontwerpverslag aan. De secretaris bezorgt het aangepaste ontwerpverslag opnieuw in elektronische vorm aan de leden. Als er geen opmerkingen worden geformuleerd dan wordt het aangepaste verslag als goedgekeurd beschouwd. Als er wel opmerkingen worden geformuleerd wordt de goedkeuring geagendeerd op de agenda van de volgende algemene vergadering.

      De verslagen worden na goedkeuring ondertekend door de voorzitter en de secretaris of hun respectievelijke vervangers.

      De goedgekeurde en ondertekende verslagen worden bijgehouden door de secretaris.

      Art. 38:

      De verslagen van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad.

      De verslagen worden pas voorgelegd aan de gemeenteraad als de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur ze heeft goedgekeurd. Indien de goedkeuring niet heeft plaatsgevonden binnen de 30 dagen na de vergadering waarop het verslag betrekking heeft, dan wordt het verslag in voorlopige vorm voorgelegd aan de gemeenteraad. Het verslag vermeldt in voorkomend geval duidelijk het voorlopig karakter van het verslag.

       

      Afdeling 8 – Rechten

      Art. 39:

      De leden hebben steeds toegang tot de documenten, verslagen en adviezen van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur waarvan ze deel uitmaken.

      Art. 40:

      De gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren hebben inzage in de bestuursdocumenten die betrekking hebben op hun algemene en specifieke opdracht, tenzij er gegronde bezwaren zijn tegen de openbaarheid.

      Art. 41:

      De leden van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren zijn verzekerd tegen lichamelijke ongevallen en burgerlijke aansprakelijkheid.

       

      Afdeling 9 – Ondersteuning

      Art. 42:

      De algemeen directeur wijst onder de waarnemende leden een personeelslid aan als secretaris, waarvan de opdracht beperkt is tot de taken vermeld in onderhavig reglement.

      Art. 43:

      De gemeente ondersteunt de opdracht van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur financieel hetzij door de nodige middelen te voorzien op het gemeentebudget hetzij door de verstrekking van een werkingstoelage.

      De gemeente kan de activiteiten van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur die als gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur georganiseerd worden financieel ondersteunen hetzij door de nodige middelen te voorzien op het gemeentebudget hetzij door de verstrekking van een projecttoelage.

      Art. 44:

      De gemeente stelt de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kosteloos een vergaderlokaal ter beschikking ten behoeve van de vergaderingen van de algemene vergadering en van het dagelijks bestuur.

       

      Afdeling 10 – Financiën

      Art. 45:

      De penningmeester beheert de chartale en de girale middelen van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur. Hij houdt een gedetailleerd kasboek bij van alle inkomsten en uitgaven van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur.

      Art. 46:

      De penningmeester geeft elke algemene vergadering een beknopt overzicht van de stand van de kas en/of rekening(en) van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur.

      De algemene vergadering kan onder de leden die geen deel uitmaken van het dagelijks bestuur een of meerdere commissarissen aanduiden die de rekeninguittreksels, de kasboeken, de facturen e.d.m. van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kunnen nazien. De commissaris rapporteert over zijn bevindingen aan de algemene vergadering.

      Art. 47:

      De penningmeester bereidt voor het begin van elk kalenderjaar een budget voor, desgevallend naar model opgelegd door het college van burgemeester en schepenen.

      Het budget bevat onder meer het jaarprogramma en de middelen die nodig zijn om dit jaarprogramma te realiseren. Het jaarprogramma kan in de loop van het kalenderjaar bijgestuurd worden.

      Art. 48:

      De penningmeester maakt op het einde van elk kalenderjaar een rekening op, desgevallend naar model opgelegd door het college van burgemeester en schepenen

      Art. 49:

      Bij de ontbinding van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur worden alle goederen en middelen van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur overgemaakt aan de gemeentekas.

      Art. 50:

      De (uitgetreden en uitgesloten) leden kunnen geen enkel verhaal laten gelden op de goederen en/of de middelen van de gemeentelijke adviesraad en/of de individuele leden.

       

      Afdeling 11 - Huishoudelijk reglement

      Art. 51:

      De algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraad of overlegstructuur kan een huishoudelijk reglement opstellen.

      Het huishoudelijk reglement verbijzondert de onderhavige statuten en regelt de aangelegenheden die niet in de onderhavige statuten zijn opgenomen.

      Het huishoudelijk reglement mag geen bepalingen bevatten die strijdig zijn met onderhavige statuten of die de draagwijdte ervan inperken.

      Art. 52:

      De algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren maakt een exemplaar van het huishoudelijk reglement en van elke wijziging ervan over aan het college van burgemeester en schepenen.

       

      TITEL II – SPECIFIEKE EN AFWIJKENDE BEPALINGEN M.B.T. DE ADVIESRADEN EN DE OVERLEGSTRUCTUREN

       

      ONDERDEEL A – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR CULTUUR

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 53:

      De gemeentelijke adviesraad cultuur heeft als specifieke opdracht:

      • het adviseren van de culturele aangelegenheden in artikel 4, 1°, 2°, 3°, 5° 6°, 8° en 10° (vrijetijdsbesteding), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
      • het vullen van de rol van
        • beheersorgaan voor de bibliotheek, zoals bedoeld in artikel 9c van de wet van 16 juli 1973 waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt en artikel 9c het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact;
        • beheersorgaan voor het gemeenschapscentrum, zoals bedoeld in artikel 9c van de wet van 16 juli 1973 waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt en artikel 9c het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact;
      • het actief stimuleren en adviseren en/of bevorderen van
        • het integraal cultuurbeleid en het beleid ten aanzien van het verenigingsleven in het algemeen;
        • alle aspecten van het bibliotheekwerk;
        • het beheer en het gebruik van het gemeenschapscentrum en de gemeentelijke trefpunten, daaronder begrepen:
          • gemeentelijk ontmoetingscentrum Racing, Markt 20 te 9890 Gavere;
          • trefpunt ’t Eiland, Sportdreef 3 te 9890 Gavere;
          • trefpunt Henri De Cocker, Gentweg 30 te 9890 Gavere.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 54:

      De gemeentelijke adviesraad voor cultuur heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • maximum 1 vertegenwoordiger van alle socio-culturele verenigingen, organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die het Nederlandstalige socio-culturele leven bevorderen, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten en die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • aangeduid zijn door een socio-culturele vereniging, organisatie of instelling en actief betrokken zijn bij de werking van die socio-culturele vereniging, organisatie of instelling;
        • nog geen andere socio-culturele vereniging, organisatie of instelling vertegenwoordigen in de gemeentelijke adviesraad voor cultuur;
      • maximum 6 gebruikers van de bibliotheek.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • lid zijn van de bibliotheek.
      • maximum 2 vertegenwoordigers van de onderwijsorganisaties en -instellingen met een werking op het grondgebied van de gemeente.
      • maximum 6 gebruikers van het gemeenschapscentrum of de gemeentelijke trefpunten.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • betrokken zijn bij het beheer of minstens regelmatig gebruik maken van het gemeenschapscentrum en/of de gemeentelijke trefpunten.
      • maximum 1/3e geïnteresseerde burgers of deskundigen.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad.

      Art. 55:

      De gemeentelijke adviesraad voor cultuur heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor cultuur, bibliotheek en toerisme;
      • de schepen bevoegd voor patrimonium voor zover de agendapunten van de vergadering dit vereisen;
      • het afdelingshoofd vrije tijd;
      • de deskundige cultuur;
      • de bibliothecaris.

      Art. 56:

      opgeheven

       

      ONDERDEEL B – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR TOERISME EN ERFGOED

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 57:

      De gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed heeft als specifieke opdracht:

      • het adviseren van de culturele aangelegenheden in artikel 4, 1°, 4° en 10° (toerisme), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
      • het actief stimuleren en adviseren van alle aspecten m.b.t. materieel en immaterieel erfgoed.
       

      Afdeling 2 - Activiteiten

      Art. 58:

      De gemeentelijk adviesraad voor toerisme en erfgoed kan in het eigen werkveld in het bijzonder de volgende activiteiten organiseren:

      • het bevorderen van toerisme in Gavere en de toeristische regio Vlaamse Ardennen;
      • het organiseren van toeristische en erfgoedactiviteiten;
      • het opmaken van toeristische en erfgoedpublicaties;
      • het stimuleren en organiseren van de toeristische publieksfunctie en baliewerking.
       

      Afdeling 3 – Algemene vergadering

      Art. 59:

      De gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • minimaal 6 personen. De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarde:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad;

      Art. 60:

      De gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor toerisme;
      • de deskundige cultuur;
      • het afdelingshoofd vrije tijd.
       

      ONDERDEEL C – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR JEUGD

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 61:

      De gemeentelijke adviesraad voor jeugd heeft als specifieke opdracht:

      • het adviseren van de culturele aangelegenheden in artikel 4, 7° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
      • het actief stimuleren en adviseren van het jeugd(werk)beleid en het jeugdwelzijnsbeleid.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 62:

      De gemeentelijke adviesraad voor jeugd heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • maximum 2 vertegenwoordigers van alle jeugd(werk)verenigingen, -organisaties of- instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente.
        Onder jeugdwerk wordt begrepen: niet op winst gerichte socio-culturele initiatieven en pogingen om jeugdigen in een leeftijdsgebonden organisatie in de vrijetijdssector te plezieren (recreatie), te vormen (educatie) en te helpen (opvang, hulp).
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • aangeduid zijn door een jeugd(werk)vereniging, -organisatie of -instelling en actief betrokken zijn bij de werking van die organisatie of instelling;
        • nog geen andere jeugd(werk)vereniging, -organisatie of -instelling vertegenwoordigen in de gemeentelijke adviesraad voor jeugd;
      • geïnteresseerde jongeren of deskundigen.
        Het aantal geïnteresseerde jongeren en deskundigen mag niet groter zijn dan het aantal vertegenwoordigers van de verenigingen, organisaties of instellingen.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad.

      Art. 63:

      De gemeentelijke adviesraad voor jeugd heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor jeugd;
      • het afdelingshoofd vrije tijd;
      • de deskundige jeugd.
       

      ONDERDEEL D – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR SPORT

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 64:

      De gemeentelijke adviesraad voor sport heeft als specifieke opdracht:

      • het adviseren van de culturele aangelegenheden in artikel 4, 9° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;
      • het actief stimuleren en adviseren van het sportbeleid.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 65:

      De gemeentelijke advies raad voor sport heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • maximum 1 vertegenwoordiger van alle sportverenigingen, -organisaties en -instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • aangeduid zijn door een sportvereniging, -organisatie of -instelling en actief betrokken zijn bij de werking van die sportorganisatie of -instelling;
        • nog geen andere sportvereniging, -organisatie of -instelling vertegenwoordigen in de gemeentelijke adviesraad voor sport;
      • maximum 1/3e geïnteresseerde burgers of deskundigen.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad.

      Art. 66:

      De gemeentelijke adviesraad voor sport heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor sport;
      • het afdelingshoofd vrije tijd;
      • de deskundige sport.
       

      ONDERDEEL E – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR OUDEREN

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 67:

      De gemeentelijke adviesraad voor ouderen heeft als specifieke opdracht:

      • het adviseren van de gemeente m.b.t. alle aangelegenheden die de ouderen aanbelangen
      • het actief stimuleren en adviseren van de ouderenwerking(en) en het ouderenwelzijn.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 68:

      De gemeentelijke adviesraad voor ouderen heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • maximum 2 vertegenwoordigers van alle ouderenverenigingen, -organisaties en -instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 55 jaar zijn en genieten van een pensioen, brugpensioen of ander vervangingsinkomen;
        • of minimum 60 jaar zijn;
      • maximum 1 vertegenwoordiger per woon- of zorginstelling en per serviceflataanbieder gevestigd op het grondgebied van de gemeente;
      • maximum 1/3e geïnteresseerde burgers of deskundigen.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad.

      Art. 69:

      De gemeentelijke adviesraad voor ouderen heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor ouderen;
      • het afdelingshoofd vrije tijd;
      • de deskundige cultuur.
       

      ONDERDEEL F – GEMEENTELIJKE OVERLEGSTRUCTUUR VOOR VERKEER EN MOBILITEIT

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 70:

      De gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit heeft als specifieke opdracht:

      • het actief stimuleren en adviseren van de gemeente m.b.t. het verkeers(veiligheid)- en mobiliteitsbeleid.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 71:

      De gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • 1 vertegenwoordiger van de politiezone Schelde-Leie;
      • 1 vertegenwoordiger van de brandweerzone Centrum;
      • maximum 1 vertegenwoordiger per onderwijsorganisatie of -instelling met een werking op het grondgebied van de gemeente;
      • maximum 1 vertegenwoordiger per handelsvereniging, -organisatie of -instelling, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
      • maximum 1 vertegenwoordiger per bedrijvenvereniging, -organisatie of -instelling, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
      • maximum 1 vertegenwoordiger per vereniging, organisatie of instelling voor mensen met een beperking, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente;
      • 1 vertegenwoordiger van de gemeentelijke adviesraad voor jeugd;
      • 1 vertegenwoordiger van de gemeentelijke adviesraad voor ouderen;
      • 1 vertegenwoordiger van de gemeentelijke adviesraad voor  leefmilieu;
      • 1 vertegenwoordiger van de gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed.

      Art. 72:

      De gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor openbare werken, verkeer en mobiliteit;
      • 1 lid van elke gemeenteraadsfractie;
      • de deskundige infrastructuur;
      • de deskundige milieu.
       

      ONDERDEEL G – GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR LEEFMILIEU

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 73:

      De gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu heeft als specifieke opdracht:

      • het actief stimuleren en adviseren van de gemeente m.b.t. het milieu- en natuurbeleid, het land- en tuinbouwbeleid en het klimaatbeleid.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 74:

      De gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • maximum 8 vertegenwoordigers van alle milieu- en natuurverenigingen, -organisaties en –instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente (maximum 2 vertegenwoordigers per vereniging, organisatie of instelling);
      • maximum 8 vertegenwoordigers van alle landbouwverenigingen, -organisaties en -instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente (maximum 2 vertegenwoordigers per vereniging, organisatie of instelling);
      • maximum 8 vertegenwoordigers van alle overige verenigingen, organisaties en instellingen, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente en die een actieve werking hebben rond milieu en natuur (maximum 2 vertegenwoordigers per vereniging, organisatie of instelling);
      • maximum 6 geïnteresseerde burgers of deskundigen.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad.

      Art. 75:

      De gemeentelijke adviesraad voor leefmilieu heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor milieu en natuur, land- en tuinbouw;
      • de deskundige milieu;
      • de teamleider omgeving.
       

      ONDERDEEL H – GEMEENTELIJKE OVERLEGSTRUCTUUR HUIS VAN HET KIND

       

      Afdeling 1 – Opdracht

      Art. 76

      De gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind heeft als specifieke opdracht:

      • het actief stimuleren en adviseren van de gemeente m.b.t. de preventieve gezinsondersteuning;
      • het actief stimuleren en adviseren van de gemeente m.b.t. bij de opmaak en de uitvoering van het lokaal beleid kinderopvang en de uitbouw van de opvangvoorzieningen.
       

      Afdeling 2 – Algemene vergadering

      Art. 77:

      De gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • maximum 1 vertegenwoordiger per actor die preventieve gezinsondersteuning aanbiedt of organiseert binnen de werking van het Huis van het Kind, met uitzondering van Kind & Gezin
      • maximum 1 vertegenwoordiger per vereniging, organisatie of instelling die een rol vervult in de opvang of vrijetijdsbesteding van kinderen tot 12 jaar, zowel private als publieke, die werken met vrijwilligers of met professionele beroepskrachten, die een werking ontplooien op het grondgebied van de gemeente, in het bijzonder:
        • zelfstandige en gesubsidieerde kinderopvanginitiatieven;
        • publieke en private initiatieven die een vrijetijdsaanbod hebben voor kinderen van 0 tot 12 jaar;
        • kleuter- en lagere scholen;
      • maximum 6 (vertegenwoordigers van de) gebruikers, in het bijzonder:
        • zij die beroep doen op het Huis van het Kind;
        • zij die beroep doen op of behoefte hebben aan kinderopvang;
        • organisaties die representatief zijn voor de gebruikers;
      • maximum 1/3e geïnteresseerde burgers of deskundigen.
        De kandidaten dienen te voldoen aan de volgende voorwaarden:
        • minimum 18 jaar zijn;
        • een band kunnen aantonen met de gemeente;
        • een bijzondere deskundigheid en/of motivatie hebben voor het werkveld van de adviesraad.

      Art. 78:

      De gemeentelijke overlegstructuur Huis van het Kind heeft de volgende waarnemende leden:

      • de schepen bevoegd voor kinderopvang, jeugd, gezin en welzijn;
      • de vertegenwoordigers van Kind & Gezin;
      • de deskundige jeugd;
      • de deskundige onthaalgezinnen.
       

      TITEL III – SPECIFIEKE BEPALINGEN M.B.T. DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING

      Art. 79:

      De gemeente erkent en richt de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening in.

      De overige titels van onderhavig besluit zijn niet van toepassing op de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening.

      De samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening wordt daarentegen bepaald in:

      • de Vlaamse codex ruimtelijke ordening en in het bijzonder op artikel 1.3.3.;
      • het besluit van de Vlaamse regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van de nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening
      • het besluit van de Vlaamse regering van 3 juli 2009 tot vaststelling van de deontologische code voor de leden van de Vlaamse, provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening.

      Onderhavig reglement bevatten met betrekking tot de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening slechts die bepalingen die aanvullend of niet geregeld zijn in de in vorig lid voornoemde regelgeving.

      Art. 80:

      De gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening heeft de volgende stemgerechtigde leden:

      • 1 vertegenwoordiger voorgedragen door de milieu- en natuurverenigingen;
      • 1 vertegenwoordiger voorgedragen door de landbouwverenigingen;
      • 1 vertegenwoordiger voorgedragen door de bedrijfsverenigingen, uitgezonderd de handels- en landbouwverenigingen;
      • 1 vertegenwoordiger voorgedragen door de handelsverenigingen;
      • 1 vertegenwoordiger voorgedragen door de werknemersverenigingen;
      • 4 deskundigen inzake ruimtelijke ordening.

      Art. 81:

      Elk stemgerechtigd lid, behoudens de voorzitter, heeft een plaatsvervanger.

      De plaatsvervanger voleindigt het mandaat van het effectief lid dat voortijdig zijn mandaat stopzet.

      De plaatsvervanger treedt op voor een effectief lid dat op de vergadering afwezig is.

      Art. 82:

      Het presentiegeld voor de voorzitter van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is gelijk aan het presentiegeld dat het gemeenteraadslid ontvangt voor het bijwonen van een vergadering van de gemeenteraad, zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.

      Het presentiegeld voor de leden van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is gelijk aan het presentiegeld dat het gemeenteraadslid ontvangt voor het bijwonen van een vergadering van een gemeenteraadscommissie, zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.

      De plaatsvervangende leden ontvangen slechts een presentiegeld voor zover de effectieve leden afwezig zijn.

      Art. 83:

      De vergoeding voor reis- en verblijfskosten voor de voorzitter en de leden van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening is gelijk aan de vergoeding voor reis- en verblijfskosten dat het gemeentepersoneel ontvangt, zoals vastgesteld in de lokale rechtspositieregeling.

       

      TITEL IV - SLOTBEPALINGEN

       

      Afdeling 1 – Inwerkingtreding

      Art. 84:

      Onderhavig reglement treedt in werking op 1 april 2023.

       

      Afdeling 2 - Opheffingsbepalingen

      Art. 85:

      Het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 houdende participatie - vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019), wordt met ingang van heden opgeheven.

       

      Afdeling 3 – Bekendmaking

      Art. 86:

      Onderhavig reglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur.

      Art. 87:

      Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de betrokken gemeentelijke diensten.

    • Participatie - realisatie nieuwe sporthal - vaststellen naam

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Gemeenteraadsbesluit van 19 december 2022 houdende participatie - realisatie nieuwe sporthal - vaststellen procesverloop naamgeving, artikel 4.

      juridisch kader
      • Gemeenteraadsbesluit van 19 december 2022 houdende participatie - realisatie nieuwe sporthal - vaststellen procesverloop naamgeving.
      • Collegebesluit van 30 januari 2023 houdende participatie - realisatie nieuwe sporthal - samenstellen jury naamgeving.
      • Collegebesluit van 6 februari 2023 houdende participatie - realisatie nieuwe sporthal - samenstellen jury naamgeving (vervangen collegebesluit van 30 januari 2023).
      • Collegebesluit van 13 februari 2023 houdende participatie - realisatie nieuwe sporthal - valideren geselecteerde namen.
      motivering

      Alle inwoners konden via het digitaal participatieplatform tot en met 7 februari 2023 naamvoorstellen voor de nieuwe sporthal indienen. 

      Er werden door 99 inwoners 126 voorstellen ingediend.

      De jury beoordeelde de voorstellen op 9 februari 2023 en selecteerde de volgende naamvoorstellen:

      Naam Toelichting
      sporthal Scaldis Verwijzing  naar de locatie van de sporthal: Scaldis is de Latijnse naam van de Schelde.
      Gaverhal Samenstelling van Gavere enerzijds en sporthal anderzijds.
      De Sportdreef Verwijzing naar de straatnaam en locatie van de sporthal. De naam is bekend, verwijst naar sport en is gemakkelijk in gebruik (voor clubs in competitie)
      Sportburcht Verwijzing naar de locatie waar voorheen de waterburcht van Gavere stond.
      sporthal De Meander Verwijzing naar de locatie van de sporthal, langs de meanderende Schelde.

      Het college van burgemeester en schepenen valideerde de naamvoorstellen op 13 februari 2023.

      Het publiek kon via het digitaal participatieplatform zijn stem uitbrengen.

      Het resultaat van de stemming luidt:

      Naam Resultaat van de digitale stemming Resultaat van de analoge stemming Totaal resultaat van de stemming
      sporthal Scaldis  91  44  135
      Gaverhal  17  19  36
      De Sportdreef  81  19  100
      Sportburcht  7  20  27
      sporthal De Meander  11  27  38
      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit
      Art. 1:

      De gemeenteraad neemt kennis van de resultaten van de stemming.

      Art. 2:

      De gemeenteraad stelt de naam van de nieuwe sporthal vast: "sporthal Scaldis"

      Art. 3:

      Een afschrift van deze beslissing over te maken aan

      • de dienst sport.
      • de dienst administratieve organisatie (communicatie en participatie).
    • Richtlijnenkader "verdichting" - goedkeuren

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet over het lokaal bestuur, artikel 40.

      juridisch kader
      • Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), artikel 4.3.1. §2. 2° a).
      • Meerjarenplan 2020-2025, doelstelling 1, actieplan 129 (duurzame en kwalitatieve invulling van het ruimtelijk beleid), actie 265 (landschapsintegratie).
      • Collegebesluit van 21 juni 2021 houdende gunnen van de opdracht "opmaak richtlijnenkader landschap-nota verdichtingsprojecten" aan Veneco.
      • Collegebesluit van 12 december 2022 houdende goedkeuren van het richtlijnenkader verdichting.
      motivering

      In het meerjarenplan 2020-2025 is actie 265 "Landschapsintegratie" opgenomen.
      Deze actie wordt omschreven als volgt:

      Het lokaal bestuur zorgt via zijn vergunningenbeleid voor een goede integratie in het landschap van gebouwen, constructies en inrichtingen.
      Dit omvat onder meer:
      - de opmaak van een stedenbouwkundige verordening kwalitatieve meergezinswoningen
      - de opmaak van een belastingreglement op meergezinswoningen en het aanwenden van deze inkomsten voor de aanleg/uitbreiding van publiek groen, zachte verbindingen e.d.
      - stedenbouwkundige voorwaarden en lasten opgelegd in de vergunningen
      - stimuleren van erfbeplanting (= het aanplanten van groen in de omgeving van bedrijfsgebouwen)
      - de opmaak van een richtlijnenkader "verdichting"
      Deze actie levert een bijdrage aan duurzaam ontwikkelingsdoel nr. 15 'Leven op het land'.

      De opmaak van een "richtlijnenkader verdichting" is ingegeven vanuit de noodzaak om te kunnen inspelen op enkele negatieve trends:

      • voor groepswoningbouwprojecten is vaak de economische factor bepalend voor de streefdichtheid binnen een project, wat vaak resulteert in projecten die een schaalbreuk vormen met hun omgeving en de ruimtelijke draagkracht van de plek overschrijden
      • verdichtingsaanvragen op niet geschikte locaties
      • gebrek aan ruimtelijke kwaliteit, ontbreken van toegevoegde waarde voor de omgeving

      Met het "richtlijnenkader verdichting" wenst de gemeente proactief in te spelen op deze negatieve tendensen en een leidraad op te stellen voor toekomstige verdichtingsprojecten in de gemeente op geschikte locaties.
      De leidraad/handleiding verbeeldt op een visuele en toegankelijke manier ontwerprichtlijnen voor verdichtingsprojecten naar architecten, projectontwikkelaars en particulieren.
      Het is geen verordenend instrument, maar een kader voor de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening bij voorbesprekingen van projecten en bij de behandeling van aanvragen voor omgevingsvergunningen.
      Het "richtlijnenkader verdichting" betekent geen automatische vrijgeleide voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning. Deze richtlijnen vormen een kader voor de toetsing van een aanvraagdossier aan de goede ruimtelijke ordening.
      Naast deze opportuniteitsbeoordeling is er ook steeds een juridische toets: nl. de decretale beoordelingsgronden uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, de verordenende stedenbouwkundige voorschriften uit een geldend gewestplan, een Bijzonder Plan van Aanleg (BPA) of een Ruimtelijk UitvoeringsPlan (RUP), eventueel een verkavelingsplan én de normering uit de stedenbouwkundige verordeningen.

      Het "richtlijnenkader verdichting" bevat enerzijds een locatiebeleid met de gewenste verdichtingsstrategie van de bestaande woongebieden, en anderzijds de ruimtelijke kwaliteitsprincipes welke noodzakelijk zijn om een verhoging van de dichtheid te kunnen verantwoorden.
      Deze ruimtelijke kwaliteitsprincipes zijn:

      1. Architectuur op maat van het dorp
      2. Erfgoed
      3. Gevarieerde leefomgeving
      4. Gezonde mix in het woonaanbod
      5. Ruimte voor groen en water
      6. Duurzame mobiliteit
      7. Hernieuwbare energie en energiezuinig bouwen

      Het "richtlijnenkader verdichting" werd besproken tijdens de vergadering van de gecoro van 30 oktober 2022 en werd beoordeeld als volgt:

      "de gecoro is van oordeel dat de gemeente met dit richtlijnenkader over een sterke visie beschikt om invulling te geven aan het gewenste ruimtelijk beleid.
      Er wordt voorgesteld om het document te gebruiken als richtlijnenkader zonder verordenend karakter, om te vermijden dat specifieke situaties/ontwikkelingen (bvb herbestemming van een grote hoeve) onmogelijk zouden worden.
      De vergunningverlenende overheid moet te allen tijde een met redenen omklede afwijkingsmogelijkheid hebben bij specifieke gevallen, zoals b.v. na sloping (of bij herwerking / opsplitsing) van bestaande volumineuze bouwwerken. Anders bestaat steeds het gevaar dat kwalitatieve oplossingen op bepaalde plaatsen niet kunnen worden aanvaard, louter door het feit dat dit ‘helaas’ niet in de regelgeving is opgenomen.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit

      Art. 1:

      De nota "richtlijnenkader verdichting" wordt goedgekeurd, zoals gezien in bijlage, en wordt gebruikt als beoordelingsinstrument van de goede ruimtelijke ordening bij verdichtingsprojecten.

      Art. 2:

      Een afschrift van deze beslissing en de bijlage over te maken aan de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen en aan de afdeling ruimte.

      Art. 3:

      Het richtlijnenkader verdichting algemeen bekend te maken aan de bevolking, minstens via de gemeentelijke website.

    • Defensie - 3e Bataljon Parachutisten - goedkeuren samenwerkingsprotocol

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.

      juridisch kader
      • Gemeenteraadsbesluit van 27 augustus 2001 houdende goedkeuring overeenkomst tot peterschap door de gemeente Gavere over de luchtmachteenheid ATCC Semmerzake.
      • Ontwerp samenwerkingsprotocol opgemaakt door en naar model van Defensie.
      motivering

      De gemeente Gavere kent een lange aanwezigheid van de luchtmacht. Om die redenen werd tussen de gemeente Gavere en ATCC Semmerzake in 2001 een overeenkomst gesloten waarbij de gemeente Gavere het peterschap van de luchtmachteenheid op zich nam.

      Het ATCC heeft zijn activiteiten, met uitzondering van de exploitatie van de radarinstallatie in Semmerzake, op het grondgebied van de gemeente Gavere stopgezet. Het ATCC verhuisde naar Skyes in Steenokkerzeel, ingevolge de nauwere samenwerking tussen de militaire en de civiele luchtvaart.

      De kazerne in Gavere werd intussen ingenomen door de landmacht, meer bepaald door een deel van het 3e Bataljon Parachutisten (kortweg: 3Para) uit Tielen. Het 3e Bataljon Parachutisten is één van de twee bataljons van het Special Operations Regiment en houdt op permanente basis steeds 1 bataljon klaar als snelle interventiemacht.

      De gemeente Gavere wenst met 3Para, net als met het ATCC, een goede verstandhouding op te bouwen en stelt daarom voor om een samenwerkingsprotocol met 3Para af te sluiten. Een peterschap behoort niet tot de mogelijkheden aangezien een eenheid slechts één peter mag hebben en het peterschap reeds berust bij de gemeente Kasterlee. Daarenboven is de gemeente Gavere reeds peter van het ATCC.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit
      Art. 1: De gemeente Gavere keurt het samenwerkingsprotocol met de landmachteenheid 3e Bataljon Parachutisten (3Para), gevestigd in het kwartier Kapt. VI De Hemptinne, Molenstraat 69 te 9890 Gavere, goed zoals gezien in bijlage.
      Art. 2:

      Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan: 3Para, p/a Molenstraat 69, 9890 Gavere.

    • Gemeentelijke basisschool de Vierklaver - aansluiten bij een leersteuncentrum (bekrachtigen collegebesluit van 6 maart 2023)

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40 en 41.

      juridisch kader
      • Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997.
      • Decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, artikel 21.
      • Ontwerpdecreet over leersteun.
      • Protocol landschap LSC, voorgelegd aan de Vlaamse Regering op 10 februari 2023.
      • Verslag van het afzonderlijk bijzonder onderhandelingscomité (ABOC) van 27 februari 2023.
      • Verslag van de schoolraad van 28 februari 2023.
      • Collegebesluit van 6 maart 2023 houdende gemeentelijke basisschool de Vierklaver - aansluiten bij een leersteuncentrum.
      motivering

      Het ontwerpdecreet over leersteun (ter vervanging van het zogenaamde M-decreet) bepaalt dat een schoolbestuur moet aansluiten bij één leersteuncentrum (LSC) naar keuze, met uitzondering van een specifiek leersteuncentrum type 4, 6 of 7, georganiseerd door een bestuur van het eigen of een ander onderwijsnet, om leersteun te kunnen ontvangen voor de leerlingen en leerkrachten van zijn school/scholen voor gewoon onderwijs (gewoon basisonderwijs en gewoon secundair onderwijs). 

      Volgens de ontwerptekst van de memorie van toelichting kiest de Vlaamse Regering hiermee voor een nieuw ondersteuningsmodel.

      • Mensen, middelen en expertise worden geconcentreerd in deze nieuwe leersteuncentra, die anders georganiseerd zijn dan de huidige ondersteuningsnetwerken.
      • Er wordt gekozen voor een beperkt aantal leersteuncentra die de mogelijkheden maximaal bundelen én garanderen met een voldoende kritische massa.
      • Scholen voor gewoon onderwijs kiezen vrij het leersteuncentrum waarbij ze willen aansluiten (los van het net of de koepel waartoe ze behoren) en nemen een belangrijke rol op in de leersteunraad. Jaarlijks kunnen ze kiezen om hun middelen in dat leersteuncentrum onder te brengen waar hun noden optimaal beantwoord worden.

      Een LSC biedt leersteun aan scholen voor gewoon onderwijs (gewoon basisonderwijs en gewoon secundair onderwijs) die leerlingen hebben met:

      • een GC-verslag (verslag gemeenschappelijk curriculum, dit is een verslag dat toegang geeft tot leersteun bij een gemeenschappelijk curriculum, vermeld in artikel 16 van het decreet basisonderwijs en artikel 352 van de Codex Secundair Onderwijs),
      • IAC-verslag (verslag individueel aangepast curriculum, dit is een verslag dat toegang geeft tot een individueel aangepast curriculum, vermeld in artikel 15 van het decreet basisonderwijs en in artikel 294, §2, 1° van de Codex Secundair Onderwijs) of
      • OV4-verslag (dit is het verslag vermeld in artikel 294, §2, 2° van de Codex Secundair Onderwijs) 

      Gemeentelijke basisscholen De Vierklaver A en BGV hebben leerlingen met de hierboven vermelde verslagen.

      Een LSC kan deel uitmaken van een school voor buitengewoon onderwijs of kan een zelfstandige instelling zijn. Een specifiek LSC type 4, 6 of 7 is een LSC dat deel uitmaakt van een school voor buitengewoon onderwijs en dat alleen leersteun biedt voor leerlingen met een GC-verslag, IAC-verslag of OV4-verslag type 4, type 6 of type 7, in het gewoon basisonderwijs en het gewoon secundair onderwijs. 

      Het schoolbestuur is sinds 2015 aangesloten bij het ondersteuningsnetwerk SYM en de directies van de gemeentelijke basisscholen zijn zeer tevreden over de samenwerking. Het LSC komt in de plaats van de ondersteuning door het huidige ondersteuningsnetwerk SYM, dat ophoudt te bestaan.

      De Vlaamse Regering sluit met de representatieve verenigingen van inrichtende machten (waaronder OVSG) en het gemeenschapsonderwijs een protocol af over waar de LSC’s mogen worden opgericht en door welke besturen (protocol landschap LSC).

      Het LSC waarbij het schoolbestuur wenst aan te sluiten is GO! 19 20 21:

      • dit is de opvolger van SYM.
      • dit LSC is opgenomen in het protocol landschap LSC waardoor het voorlopig erkend zal zijn voor het schooljaar 2023-2024 en het schooljaar 2024-2025.
      • dit LSC is een zelfstandige instelling.

      Het schoolbestuur voldoet aan de voorwaarden voor aansluiting zoals omschreven in de onderwijsreglementering. 

      Het schoolbestuur diende uiterlijk op 10 maart 2023 aan te sluiten bij een leersteuncentrum. Het schoolbestuur moest zijn keuze meedelen aan het betrokken leersteuncentrum en aan AGODI uiterlijk een maand na de publicatie van het vermelde protocol landschap LSC. Door deze zeer strakke timing was het college van burgemeester genoodzaakt om bij hoogdringendheid een voorlopige beslissing te nemen en deze ter bekrachtiging voor te leggen aan de gemeenteraad.

      De beslissing voldoet aan de voorwaarden vermeld in art. 21 van het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad. Op 28 februari 2023 heeft het overleg in de schoolraad plaatsgevonden en het schoolbestuur volgt het resultaat.

      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit
      Art. 1: De gemeenteraad bekrachtigt het collegebesluit van 6 maart 2023 houdende gemeentelijke basisschool de Vierklaver - aansluiten bij een leersteuncentrum: het schoolbestuur sluit op 1 september 2023 met zijn scholen gewoon basisonderwijs aan bij het leersteuncentrum GO! 19 20 21, gevestigd Serpenstraat 63, 9700 Oudenaarde, deel van de scholengroep GO! Vlaamse Ardennen, gevestigd Ronseweg 1, 9700 Oudenaarde.
      Art. 2: Een afschrift van deze beslissing over te maken aan: 
      • het leersteuncentrum GO! 19 20 21
      • AGODI 
      • de directies van de gemeentelijke basisscholen De Vierklaver A en BGV.
    • Beheersovereenkomst tussen gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn - goedkeuren (vervangen gemeenteraadsbesluit van 21 november 2021)

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 41 2e lid 5° en 196.

      juridisch kader
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 78 2e lid 6°, 162 §1 en 294.
      • Bestuursdecreet van 7 december 2018, artikel III.60/3 §3.
      • Gemeenteraadsbesluit van 21 november 2021 houdende beheersovereenkomst tussen gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn - goedkeuren (vervangen gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019).
      • OCMW-raadsbesluit van 21 november 2021 houdende beheersovereenkomst tussen gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn - goedkeuren (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 oktober 2019). 
      • Ontwerp aangepaste beheersovereenkomst.
      motivering

      De laatste versie van de beheersovereenkomst dateert van november 2021

      De beheersovereenkomst wordt aangepast op de volgende onderwerpen:

      • de schrapping van de vergoeding verschuldigd voor prestaties van de technische dienst aan het sociaal huis.
      • de benamingen van afdelingen en functies, conform de personeelsformatie.
      • de inrichting van een gemeenschappelijk intern meldpunt voor klokkenluiders.
      • de schrapping van de bemiddelingsprocedure.
      Publieke stemming
      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, Serge Ronsse
      Voorstanders: Jean-Pierre Sprangers, Denis Dierick, Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin
      Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
      besluit
      Art. 1: De beheersovereenkomst tussen de gemeente Gavere en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn Gavere goed te keuren, zoals gezien in bijlage.
      Art. 2: Het gemeenteraadsbesluit van 21november 2021 houdende beheersovereenkomst tussen gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn - goedkeuren (vervangen gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019) wordt opgeheven.
    • Inzamelen van schapenscheerwol

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 40.

      juridisch kader
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 21.
      • Mail van raadslid Karel Hubau van 22 maart 2023.
      • Toegelicht voorstel van beslissing van raadslid Isabelle Tuypens van 22 maart 2023
      motivering

      Schapen worden traditiegetrouw de komende maanden geschoren, maar de vele schapenhouders blijven met de scheerwol zitten, vnl. gezien de lage marktprijs.
      Dit is dus een natuurlijk ‘afval’product, maar wordt niet ‘verteerd/ verwerkt’ door de natuur zelf.
      Gavere durft/ N-VA pleit er hier voor deze scheerwol op duidelijk kenbaar gemaakte momenten in te zamelen op het gemeentelijk recyclagepark zodat o.a. het illegaal dumpen of ergens achterlaten geen optie wordt of blijft.

      Overwegende dat:

      • Gavere een landelijke gemeente is, waarin er nogal wat schapenhouders actief zijn en deze schapen de komende maanden april-mei-juni hun jaarlijkse scheerbeurt zullen krijgen.
      • De schapenscheerders de afgeschoren wol niet meer meenemen gezien de lage wolprijs voor dit natuurproduct.
      • We willen voorkomen dat schapenwol terecht komt op plaatsen waar het niet thuis hoort en/of illegaal gestort wordt.
      • Het kenbaar maken van het inzamelpunt ook de kans openlaat voor mensen die het natuurproduct scheerwol verder willen gebruiken/verwerken.
      • Hiertoe (nog) geen voorzieningen getroffen worden door de afvalintercommunale IVM.

      Het voorstel van beslissing luidt:

      1. Het College beslist tot het inzamelen van niet-verontreinigde schapenwol via het gemeentelijk recyclagepark op een 3-tal vaste momenten in de maanden mei-juni, bv telkens de zaterdag tussen 10.00u en 12.00u. 
      2. Het College ervoor zorgt dat de burgers tijdig geïnformeerd worden aangaande het inzamelpunt en alle betreffende duidelijke instructies, zoals de 3 inzamelmomenten, de recipiënten (bv doorzichtige plastiekzakken), de voorwaarden (witte/ zwarte wol gescheiden,) … 
      3. Deze inzameling ook op te nemen in het gemeentelijk reglement terzake.
      besluit
      Art. 1: De gemeenteraad neemt kennis van het antwoord van het college van burgemeester en schepenen, met name dat bij afvalintercommunale IVM navraag zal gedaan worden over de inzameling van niet-verontreinigde wol.
    • Kennisname briefwisseling bestemd voor de gemeenteraad en kennisname verslagen en einddocumenten van de gemeentelijke adviesraden of overlegstructuren

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid
      • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 29.
      • Gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019 houdende participatie - vaststellen reglement, artikel 38.
      juridisch kader

      Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).

      motivering

      De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.

      De verslagen en de einddocumenten van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren worden ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad.

    • Mondelinge en schriftelijke vragen

      Aanwezig: Jean-Pierre Sprangers, voorzitter van de gemeenteraad
      Denis Dierick, burgemeester
      Peter Declercq, Christophe De Boever, Dirk Martens, Peggy Demoor, Dieter De Mets, schepenen
      Hugo Leroy, Karel Hubau, Nadine De Stercke, Jef Vermaere, Wim Malfroot, Luc Goemaere, Veronique Dedeyne, Ankie D'Hollander, Roland De Bosscher, Christine De Cooman, Isabelle Tuypens, Peter De Rycke, Stany Schamp, Davy Tuytens, Pascale Bottequin, raadsleden
      Serge Ronsse, algemeen directeur
      Verontschuldigd: Sara De Mulder, gemeenteraadslid
      bevoegheid

      Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.

      juridisch kader

      Gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de gemeenteraad (vervangen gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2019).

      motivering

      De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.

De voorzitter sluit de zitting op 27/03/2023 om 21:23.

Namens Gemeenteraad,

Serge Ronsse
algemeen directeur

Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de gemeenteraad