De voorzitter opent de zitting op 24/10/2022 om 22:06.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 32.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 277 en 278.
Elk lid van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad voor maatschappelijk welzijn worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en de algemeen directeur.
Art. 1: |
De notulen van de zitting van de OCMW-raad van 12 september 2022 goed te keuren. |
Art. 2: |
Het verslag van de zitting van de OCMW-raad van 12 september 2022 goed te keuren. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
Via een aardgasbudgetmeter is een gegarandeerde minimale levering om technische redenen niet mogelijk. Wie niet oplaadt en ook zijn noodkrediet heeft opgebruikt, dreigt dan geen aardgas meer te hebben.
Met de ‘minimale levering via de aardgasbudgetmeter’ wil de Vlaamse Regering de OCMW’s een middel aanreiken om gezinnen die de middelen ontberen om de budgetmeter aardgas op te laden en die dus het risico lopen zonder verwarming te vallen in de winterperiode, te ondersteunen door hen een ‘minimale hoeveelheid’ aardgas ter beschikking te stellen:
De ‘minimale levering via de aardgasbudgetmeter’ is van toepassing in de periode die in dit verband gedefinieerd is van 1 november tot en met 31 maart.
Deze regeling was steeds optioneel voor de OCMW’s: zij kunnen beslissen al dan niet in het systeem te stappen.
Eens het principieel engagement genomen is, gaat het OCMW geval per geval na, aan de hand van een sociaal onderzoek, of de hulpvraag gegrond is en de mogelijkheid om menswaardig te leven dus in het gedrang is.
In de context van de energiecrisis gaf de Vlaamse Regering op 30 september 2022 haar principiële goedkeuring aan bijkomende maatregelen om de impact van extreem hoge energieprijzen voor de gezinnen te verlichten:
De minister roept alle OCMW's op om deze tussenkomsten aan te bieden.
In afwachting van de definitieve goedkeuring door de Vlaamse regering van het noodbesluit van 30 september 2022, werden de exacte bedragen van de halfmaandelijkse tussenkomsten nog niet bekendgemaakt. Deze worden eerstdaags gepubliceerd.
Het OCMW kan voorwaarden verbinden aan het ter beschikking stellen van de minimale leveringen en opteert voor:
Het niet naleven van deze voorwaarden kan dan voor het OCMW een reden zijn om de toekenning van tussenkomsten voor de minimale levering van aardgas via de budgetmeterkaart stop te zetten of in een volgende winterperiode de ‘minimale levering aardgas via budgetmeter’ niet toe te kennen.
Voor 2022 werd er € 2.000 in uitgave voorzien en € 1.800 in ontvangst, voor 2023 € 10.000 per jaar in uitgave waarvan 90% terugvorderbaar in ontvangst.
De kasstromen worden opgenomen bij beleidsitem 0900-00, actie 299 - (kinder)armoedebestrijding en AR 648170 (kost) en 748170 (terugvordering).
Het resterende percentage wordt gerecupereerd bij de hulpvrager, tenzij het bijzonder comité voor de sociale dienst oordeelt dat het niet mogelijk is.
Een OCMW dat wenst in te stappen in dit systeem dient dit voor te leggen aan de raad voor maatschappelijk welzijn.
Art. 1: | De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de instap in het systeem voor de minimale levering voor aardgas en exclusief nachttarief goed tijdens de gedefinieerde periode 2022-2023. |
Art. 2: | De hulpvrager laat een energiescan uitvoeren met het oog op het verminderen van gebruik. Het percentage ten laste van het OCMW wordt in beginsel gerecupereerd bij de hulpvrager, tenzij het bijzonder comité voor de sociale dienst gemotiveerd oordeelt dat dit in de concrete situatie niet mogelijk is. |
Art. 3: | Onderhavige beslissing treedt in werking op 1 november 2022. |
Art. 4: | Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de afdeling mens en het bijzonder comité voor de sociale dienst. |
Als borstvoeding om een of andere reden niet mogelijk is, is flesvoeding een goed alternatief. Eerste leeftijdsmelk is een basisrecht van elk kind en is cruciaal voor de ontwikkeling. Deze noodzakelijke voeding is vrij duur. Het is zinvol om een toelage voor de eerste leeftijdsmelk aan kwetsbare gezinnen toe te kennen.
De sociale dienst werkt hierbij nauw samen met Agentschap Opgroeien en Huis van het Kind om de kwetsbare gezinnen te bereiken.
Hiertoe wordt in eerste plaats de schenking van Sorops in actie vzw aangewend.
Wanneer de middelen ontoereikend blijken, kan het bijzonder comité voor de sociale dienst beslissen om gebruik te maken van de toelage activering en participatie of een al dan niet terugvorderbare steun toekennen.
Art. 1: |
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn verleent, binnen de perken van de beschikbare middelen, financiële steun in de vorm van een tussenkomst in de eerste leeftijdsmelk (100 %). |
Art. 2 |
Rechthebbenden op een tussenkomst in de eerste leeftijdsmelk zijn personen
|
Art. 3: |
De aanvraag gebeurt door de maatschappelijk werker van het OCMW aan de hand van de volgende stukken:
|
Art. 4: |
De betrokkene krijgt maandelijks (tot het kind de leeftijd van zes maanden heeft bereikt) een attest mee. Met dit attest kan de eerste leeftijdsmelk opgehaald worden in een apotheek naar keuze op het grondgebied van Gavere. |
Art. 5: |
Er kunnen maximum 4 dozen van 800 gram of 8 dozen van 400 gram eerste leeftijdsmelk ten laste genomen worden per maand per kind. |
Art. 6: |
De financiële afrekening gebeurt uiterlijk maandelijks rechtstreeks tussen het OCMW en de apotheek. |
Art. 7: |
De financiering gebeurt via de middelen geschonken door Sorops in actie vzw. Wanneer de financiële middelen ontoereikend zouden blijken, kan gebruik gemaakt worden van de toelage participatie en sociale activering cfr. respectievelijk reglement of een al dan niet terugvorderbare individuele steunverlening. |
Art. 8: |
Bij evaluatie kan deze tussenkomst verlengd worden tot 12 maanden in totaal door aanwending van de toelage participatie en sociale activering cfr. respectievelijk reglement. |
Art. 9: |
Onderhavig reglement treedt in werking vanaf 1 november 2022. |
Art. 10: |
Onderhavig reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. |
Art. 11: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling mens (sociale dienst) en het Huis van het Kind. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 77.
Het OCMW krijgt middelen ter beschikking waarmee het de actieve of passieve deelname door de doelgroep aan het maatschappelijk leven kan stimuleren. Het kan dit doen door een individueel voordeel toe te kennen, zoals de tussenkomst in de kosten voor een toegangsticket, maar het kan ook een collectief voordeel toekennen door een activiteit te ondersteunen die zich tot de doelgroep richt.
Het OCMW ontvangt voor het jaar 2022 een subsidiebedrag van € 4.975. Het OCMW kan deze middelen aanwenden voor:
Deze toelage kan ook aangewend worden voor de financiering van activiteiten en tussenkomsten in het kader van de strijd tegen kinderarmoede:
Het staat het OCMW vrij om prioritaire doelgroepen die zich in een achtergestelde situatie bevinden en waarvoor een tussenkomst noodzakelijk is, af te bakenen. De doelgroepen moeten behoren tot de personen die gebruik maken van een of andere vorm van openbare dienstverlening van het OCMW.
De wijzigingen van het reglement hebben betrekking op:
Begunstigden en toepassingsgebied |
|
Art. 1: |
De volgende personen komen als begunstigde voor de toepassing van onderhavig reglement in aanmerking:
Het OCMW moet op het moment van de aanvraag bevoegd zijn voor de aanvrager.
|
Tussenkomsten |
|
Art. 2: |
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn verleent, aan de begunstigden een financiële tussenkomst voor:
De volledige lijst van activiteiten is toegevoegd aan dit reglement. De geactualiseerde lijst is terug te vinden op de website van de POD Maatschappelijke Integratie, www.mi-is.be, onder het luik participatie en sociale activering.
Deze tussenkomst is beperkt tot 80 % van de kostprijs, na aftrek van tussenkomst van derden (mutualiteit, school, …) voor zover hierdoor het volledige bedrag niet naar één individuele begunstigde gaat. Het restsaldo is ten laste van de begunstigde. In uitzonderlijke gevallen kan er na sociaal onderzoek beslist worden om voor 100% tussen te komen. |
Art. 3: |
Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn verleent, binnen de perken van de door de federale overheid verkregen middelen, aan de begunstigden een financiële tussenkomst voor:
De volledige lijst van activiteiten is toegevoegd aan dit reglement. De geactualiseerde lijst is terug te vinden op de website van de POD Maatschappelijke Integratie, www.mi-is.be, onder het luik participatie en sociale activering.
Deze tussenkomst is beperkt tot 80% van de kostprijs, na aftrek van tussenkomst van derden (mutualiteit, school, …) voor zover hierdoor het volledige bedrag niet naar één individuele begunstigde gaat. In uitzonderlijke gevallen kan er na sociaal onderzoek beslist worden om voor 100% tussen te komen. |
Art. 4: |
De tussenkomsten vermeld in artikel 2 en 3 zijn cumuleerbaar. |
Voorwaarden |
|
Art. 5: |
Deze tussenkomst geldt onder voorbehoud dat de aanvrager van de maatschappelijke dienstverlening zijn/haar volle medewerking verleent in de begeleiding. |
Art. 6: |
De hulpvrager dient zijn/haar rechten maximaal uit te putten. |
Slotbepalingen |
|
Art. 7: |
Onderhavig reglement treedt in werking op 1 november 2022. Onderhavig reglement vervangt met ingang van dezelfde datum het OCMW-raadsbesluit van 19 oktober 2020 houdende verlenen tussenkomsten voor participatie, sociale activering en bestrijding van kinderarmoede - vaststellen reglement (vervangen OCMW-raadsbesluit van 23 maart 2020). |
Art. 8: |
Onderhavig reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. |
Art. 9: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling sociaal huis (sociale dienst), de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie) en het Huis van het Kind. |
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 78 2e lid 11°.
Het OCMW is eigenaar van de woningen Dorpstraat 20 en 22 te Semmerzake. Het betreft een oude onderwijzerswoning met voormalige schoolgebouwen enerzijds en een woning die dienst deed als gemeentehuis en doorgangswoning anderzijds. De woningen zijn kadastraal gekend als Gavere, 2e afdeling, sectie A, nrs. 799/D, 799/E en 799/F. De woningen zijn op heden niet in gebruik.
Er is een prekadastratie verkregen. Er is een geldig en recent schattingsverslag. De schatting van de venale waarde bedraagt:
Het vast bureau heeft de geassocieerde notarissen Hulsbosch, Rijckbosch & Hulsbosch aangeduid als instrumenterend ambtenaar. De raad dient de ontwerpakte goed te keuren voor het plaatsvinden van de verkooptransactie.
Art. 1: |
De ontwerpakte (verkoopsvoorwaarden) met betrekking tot
goed te keuren, zoals gezien in bijlage. De instelprijzen vermeld onder punt 3. van de III. Bijzonder verkoopsvoorwaarden gelden als minimale verkoopprijzen. |
Art. 2: |
Het addendum aan de ontwerpakte (verkoopsvoorwaarden) goed te keuren, zoals gezien in bijlage. |
Art. 3: |
De voorzitter en de algemeen directeur zullen de akte namens het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn ondertekenen. |
Art. 4: |
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie en dienst financiële organisatie), de afdeling ruimte en geassocieerde notarissen Hulsbosch, Rijckbosch & Hulsbosch. |
OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015).
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn en die bestemd is voor de raad voor maatschappelijk welzijn, wordt meegedeeld aan de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt dat de beslissingen van de algemene vergadering van de welzijnsverenigingen ter kennisname worden voorgelegd aan de raad voor maatschappelijk welzijn.
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 31.
OCMW-raadsbesluit van 28 januari 2019 houdende huishoudelijk reglement en deontologische code van de raad voor maatschappelijk welzijn (vervangen OCMW-raadsbesluit van 21 september 2015).
De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht aan de voorzitter van het vast bureau en aan het vast bureau mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
De voorzitter sluit de zitting op 24/10/2022 om 22:18.
Namens OCMW-raad,
Serge Ronsse
algemeen directeur
Jean-Pierre Sprangers
voorzitter van de OCMW-raad